Brussel, bitterzoet of met een schuimkraag

De smaken van onze hoofdstad proeven doe je rondom de Grote Markt, de Grasmarkt en de Zavel. Zeker als je verlekkerd bent op chocolade of een liefhebber bent van authentieke bieren.

Een chocoladewandeling vraagt tijd. Om te proeven, te genieten. Nergens is de concentratie aan chocolatiers zo groot als rond de Grote Markt en de Zavel. Vertrekpunt is het Museum van Cacao en Chocolade waar een cursus ‘chocolade en cacao voor dummies’ ons in de juiste stemming brengt.

Proeven doe je door verse speculaaskoekjes in een kom warme chocolade te doppen. De verschillen in smaak hebben veel te maken met het soort cacaoboon weet stadsgids Didier Rochette: “De topkwaliteit komt uit Zuid-Amerika. Een chocoladeartiest als Pierre Marcolini trekt elk jaar zelf naar Peru om er zijn cacaobonen te selecteren. Een verschil dat je proeft én betaalt. De komende jaren wordt topfondant uit Madagascar verwacht. Volgens chocolatiers het nieuwe eldorado voor de cacaoboon.”

Terug buiten slaan we de straat achter het stadhuis in. De drukte verraadt dat dit de toeristische snelweg van de hoofdstad is. De kunst bestaat erin de valkuilen te mijden. Want het succes van de artisanale chocolatiers heeft ook minder onderlegde goudzoekers aangetrokken. “Wie kwaliteit wil, let best op het etiket ‘artisanaal/ambachtelijk vervaardigd’. Alleen chocolatiers die de productiemethoden respecteren, mogen dit etaleren”, tipt de stadsgids.

Vergeet de ballotin

Zoals Planète Chocolat, een winkel én levend atelier waar je zelf pralines kan maken. Avontuurlijke smaken als curry madras, wasabi en cayenne in een chocoladejasje prikkelen onze tong. Leuk is de uitgebreide badcollectie met chocoladegeur. “Voor wie er nooit genoeg van krijgt of geen chocolade mag eten.”

Verderop, in de Boterstraat, lonkt het walhalla van de topchocola en zoete delicatessen. Hier steken klassieke namen en nieuwe ontwerpers elkaar de loef af met wondermooie vitrines en juweeltjes van verpakkingen. De klassieke ballotin is beslist op zijn retour.

Wie tuk is op makarons, moet langs bij Darcis of oud-juwelier Pierre Ledent. Groter maar toch topkwaliteit is chocolatier Galler, vermaard om zijn kattentongen. Een klassieker is Maison Dandoy, dat fijne koekjes vervaardigt en het vermaarde pain à la grecque, een platte koek met parelsuiker. “Al kwam er geen Griek aan te pas. De koek verwijst naar de Brusselse Grechtstraat en werd verkeerd vertaald als pain à la grecque.”

Voor het neusje van de zalm onder de chocolatiers tekent de Sint-Hubertusgalerij, waar kleppers als Pierre Marcolini, Corné, Neuhaus en Mary huizen. Die laatste, bekend om zijn romantische bonbonnières, is razend populair in de VS. Met dank aan oud-president George Bush die er, op bezoek in Brussel, de lievelingspralines van zijn vader kocht.

Aan de Grote Zavel flaneren we langs de verfijnde etalages van Wittamer, Godiva en Passion Chocolat. Als afsluiter trakteert de gids ons op een jong en veelbelovend talent in de Ravensteinstraat. Laurent Gerbaud creëert pralines volgens vijf smaakfamilies: zout, peper (gember), ganache, zuur en fruit en gaat prat op een laag suikergehalte (10%) en zero alcohol. “Ik bedenk niet elke seizoen nieuwe ontwerpen. Mijn pralines ontwikkelen zich traag. Ik volg rustig mijn eigen smaak,” vertelt Gerbaud. Een naam om te onthouden.

Kroegentocht

Wie traditionele bieren als Lambiek, Oude Geuze, Kriek en Faro wil degusteren komt in hartje Brussel zeer aan zijn trekken. Populair is de Poechenellekelder tegenover Manneken Pis. Aan de muur een lijst van de 900 kostuums die het beeldje rijk is.

Dit vroegere marionettentheater is nog een van de weinige estaminets – in het Brussels stameneis. “Kroegen met een geschiedenis die niet gebonden zijn aan één brouwerij en dus verschillende (wel 200) bieren schenken. Alle ambachtelijke brouwerijen – Boon, Cantillon, Oud Beersel, Mort Subite, Girardin, 3 Fonteinen – staan er op de kaart.” Ondanks de naam speelt alles zich af op de eerste verdieping. De koperen plaatjes op de tafels verraden de bekende kroegtijgers die hier al gepasseerd zijn.

Achterafsteegjes

Tijd om een aantal verborgen kroegen in te duiken. Een bord met rode pijl boven een portiek op de Grasmarkt is het enige wat je attent maakt op A la Bécasse. “Een volkse herberg, waar zacht Lambiekbier wordt geserveerd in stenen kruiken. Lambiek, de eerste stap op weg naar Geuze, heeft een typische, zoete smaak. Heel populair bij noorderlingen, zuiderlingen waarderen de smaak minder,” weet de gids.

Vlakbij en even karaktervol zijn de tweelingkroegen A l’Imaige Nostre-Dame (Geschenkengang) en Au Bon Vieux Temps (Sint-Niklaasgang). Beide steegjes bevinden zich elk aan een kant van hetzelfde pand. Bierliefhebbers zonder keuzestress vinden hun gading in Delirium Village (Getrouwheidsgang), een groep cafés met 2.400 biersoorten, waarvan ruim 30 van ’t vat. In dit doodlopende steegje is het ’s avonds erg druk toeven.

Een bijzonder estaminet annex poppentheater is Toone (Schuddeveldgang), waar je cultuur (operette, volkstoneel in Brussels dialect) kan combineren met een drankje in een antiek decor. Perfect om de dag te eindigen.

KARI VAN HOORICK

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content