Boerentuin met waterrust

Stan Peeraer is boer en daar is hij héél trots op. Rond zijn bedrijf hebben zijn vrouw Trees en hij een zalige tuin opgebouwd met het ene verborgen hoekje na het andere. Een zitkuil midden in een vijver, aparte terrassen voor elk moment van de dag en bloemen die uitbundig de boerentuinen van vroeger laten herleven.

Een notenboom, pioenen, korenbloemen, rabarber, witte rozen, wilgen, lindebomen, kastanjes, jasmijn... Alle bloemen, planten en bomen die zo tekenend waren voor de boerentuinen van vroeger, groeien en bloeien in Hoogstraten in de grote tuin van Stan Peeraer en Trees Mertens (beiden 49 ).

Dat de tuin zo groot is (45 are), mag niet verwonderen want we zijn hier op een landbouwbedrijf. Stan is varkenshouder en heeft altijd het imago van zijn stiel in het achterhoofd. “Een boer, en zeker een varkensboer, wordt meteen geassocieerd met viezigheid. Met dat beeld heb ik korte metten willen maken. In 1981 kochten we deze oude boerderij en gaandeweg hebben we die veranderd. De beplanting en de tuin rond de bedrijfsgebouwen waren voor ons even belangrijk als de modernisering van de stallen. Aan de buitenkant van een hoeve kan je immers zien hoe het landbouwbedrijf binnenin werkt. Zolang onze drie kinderen nog klein waren, hebben we ons beperkt tot veel gazon met bloemperken zodat ze veel speelruimte hadden. Toen ze ouder waren, hebben we met de hulp van een familielid-tuinarchitect de hele tuin grondig herdacht”.

Nostalgische notenboom

De oprijlaan naar de woning en de stallen zet meteen de toon. Ze wordt afgeboord door afgeknotte linden en een haag van bottelrozen. Ernaast een groot grasveld met vlinderstruiken, wilgen, bottelrozen, een eikenboom, sparren, een spalier van linden en fruitbomen. Daar treffen we niet alleen appels, pruimen en kersen aan, maar ook ‘vergeten’ fruitsoorten zoals mispels en moerbeien.

“Waar het kon, hebben we inderdaad bewust gekozen voor streekeigen en wat ouderwetse soorten, zonder daarom nieuwe trends als buxusbollen, taxuszuiltjes, lavendel en Ginkgo biloba te vergeten”, valt Trees in.

Het pleintje vóór de varkensstallen lijkt met zijn betonnen vloer weinig romantisch. Tot je op de beplanting gaat letten. Het plantsoen midden op het plein zou niet misstaan in een boek over boerentuinen van vroeger. In het midden prijkt een notenboom met een zitbank rond de stam. Rond de boom bloeien pioenen, vetkruid, papavers, kogeldistels, korenbloemen, daglelies en Aruncussen (allemaal vaste soorten) tussen witte en rode struikrozen en lage buxussen. Een opvallende verschijning zijn de rabarberstengels. Trees: “We vonden dat rabarber wel paste tussen al die ouderwetse boerenbloemen, maar eigenlijk waren we vergeten de stengels op tijd af te snijden en op te eten. De planten zijn toen doorgeschoten en vormden grote rode stengels met golvend groene bladeren!”

Om de bedrijfsgebouwen en stallen te camoufleren groeien struiken boerenjasmijn en perken met hoge Kniphofia’s, blauwe Verbena’s (tweejarig) en wit bloeiende Hosta’s tegen de muren, samen met sierrabarber (Rheum palmatum). Deze spectaculaire soort heeft niets met de eerder genoemde, eetbare rabarber te maken. Het gaat om een vaste plant die tot 2,5 meter hoog kan worden en dus zeer geschikt is om een lelijke muur te camoufleren.

Zitten tussen trillend water

Het centrale gedeelte van de tuin wordt gevormd door een groot rechthoekig stuk dat in het verlengde ligt van de woonkamer en van het met glas overdekte hoofdterras. Van hieruit ziet het oog rustgevende watervlakken in een strak design. Een lange, rechthoekige zwemvijver, een siervijver en een grasperk volgen elkaar op. De blik eindigt bij een vrijstaande rode beuk en bij vier valse Christusdoorns. Deze merkwaardige bomen (Gleditsia triacanthos) hebben een stam met doorns, sierlijk krullende takken en zoet smakende zaden. Bekeken vanaf het hoofdterras vormen ze een skyline die de tuin achteraan afsluit.

Tussen de twee vijvers ligt een put gevuld met lavasteentjes. Hij staat in verbinding met de twee vijvers en filtert het water. Drie pompen zorgen ervoor dat de watervlakken licht in beweging blijven en dat de bladeren niet op de vijvers blijven liggen. De zwemvijver is maar 1,10 m diep. “Dat is net diep genoeg om in te zwemmen en net ondiep genoeg voor de veiligheid en voor een snelle opwarming van het water”, zegt Stan. Om kosten te sparen hebben we hem zelf uitgegraven. Eerst de zijkanten gemetseld, dan de hele vijver bekleed met rubberfolie en ten slotte de randen afgewerkt met boordstenen van zwart beton. Ik vind het zalig om me na het werk in de vijver even te verfrissen vóór het eten”.

De grootste blikvanger is de zitkuil die midden in de siervijver werd uitgespaard. Hij is te bereiken met twee loopbruggetjes en eenvoudig ingericht met een keitjesbodem en teakhouten tuinmeubilair. “Het is gewoon heerlijk relaxen hier”, lacht Trees. “Je hebt de indruk droog in het water te zitten. In een luie stoel komt de waterspiegel net op je ooghoogte en dat versterkt nog het ontstressende effect van de trillende watervlakken”.

Een terras voor elk humeur!

Indrukwekkende Gunnera’s (bladplanten), varens, siergrassen, Viburnumstruiken en ooievaarsbekken omzomen de oevers van de siervijver. Aan de zuidrand van diezelfde vijver spreidt een pergola met een dakplataan op het warmst van de dag schaduw over de zitkuil. Om de plataan in zijn dakvorm te krijgen werden alle zijtakken verwijderd. Alleen de kruin werd overgehouden en daarvan werden de takken over de bovenkant van de pergola uitgespreid. Langs de zwemvijver is de beplanting strak gebleven met buxusbollen, perkjes lavendel en taxuszuilen.

Alsof de zitkuil en het hoofdterras aan de woning nog niet volstonden, hebben Stan en Trees langs de omtrek van de centrale tuin ook een klein ochtendterras (op het oosten) en een avondzithoek (op het westen) aangelegd. Merkwaardig: de plantenkeuze is hier afgestemd op het typische humeur dat je ’s morgens en ’s avonds wel eens kunt hebben (zie kaderstuk ‘Ochtendplanten – avondplanten’).

De rest van de tuinomtrek wordt gevuld door rijk bloeiende hortensia’s, rododendrons, lage wilgstruiken en een kruidenperk in de schaduw van enkele echte olijfbomen. De landbouwer in Stan komt boven wanneer hij vertelt dat hij al drie jaar na elkaar dikke olijven heeft kunnen oogsten. Olijfbomen in de Kempen? “Jawel”, glundert hij. “Ze staan zelfs in volle grond en hebben nog nooit winterbescherming gekregen. De klimaatopwarming heeft ook haar voordelen!”

Een dure tuin?

Waterpartijen, een zitkuil, terrassen en een enorme verscheidenheid aan planten: de tuin van Stan en Trees lijkt een dure onderneming. “Veel mensen maken ons die opmerking, maar die indruk is verkeerd. Om kosten te besparen, hebben we zelf massa’s stekjes genomen en planten gescheurd. Of zijn we vertrokken van piepkleine plantjes, zoals voor de buxussen. Ik heb zelf de pergola’s aaneengelast, de vijvers uitgegraven en gemetseld en de loopbruggetjes gemaakt. Alles is dan natuurlijk niet perfect vanaf het eerste jaar, maar dat hoefde voor ons ook niet”.

Helaas voor ons sympathieke landbouwerskoppel is de kans groot dat ze hun levenswerk volledig moeten overdoen. Hun boerderij ligt in een zone die onteigend wordt voor de aanleg van een gloednieuw bedrijvenpark. Samen met andere buurtbewoners voeren ze al twee jaar actie tegen de plannen, maar volgens de jongste berichten is hun strijd een verloren zaak. “Over twee jaar zullen we hier waarschijnlijk niet meer wonen”, zeggen ze gelaten. “We zijn op zoek naar een geschikte locatie in de streek om ons bedrijf weer op te starten. Wees maar zeker dat de aanleg van de tuin ook nu een prioriteit zal zijn!” n

Ludo Hugaerts – Foto’s: Bastin & Evrard

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content