Beweeg met dat lijf!

Bewegen moet! Al doen we het nog steeds te weinig. Meer lichaamsbeweging komt op elke leeftijd onze gezondheid ten goede. Maar vooral voor de conditie van het hart en de bloedvaten is het een must.

Bewegen geeft meer energie, een groter uithoudingsvermogen en een ontspannen gevoel. U blijft er makkelijker door op gewicht of raakt zelfs enkele kilootjes kwijt, slaapt beter en houdt er sterkere botten aan over. Maar, belangrijkst van al: bewegen heeft een gunstige invloed op de risicofactoren voor hart- en vaatziekten. Redenen genoeg om uw sportschoenen aan te trekken!

Start verstandig

Vooraleer u van start gaat, moet u wel even de balans opmaken van uw algemene conditie. Indien u nog nooit ernstige gezondheidsproblemen had en geen klachten hebt die kunnen wijzen op hart- en vaatziekten of gewrichtsproblemen, dan kunt u gerust geleidelijk aan uw sportactiviteiten opbouwen. Hebt u twijfels, vraag dan eerst uw huisarts om advies. Hij kan u helpen om op een verstandige manier aan het bewegen te gaan. Zo raakt u niet meteen ontmoedigd door tegenvallende resultaten en loopt u geen letsels op die u even snel weer buiten strijd zetten als u met sporten bent begonnen. Als u na een lange tijd van inactiviteit terug begint te sporten, doet u dat de eerste drie maanden best alleen. Zo hebt u zelf de intensiteit van uw inspanning volledig in handen. Begin met sporten zoals wandelen, zwemmen, fietsen of fitness om uw uithoudingsvermogen opnieuw op peil te brengen. In een tweede tijd mag u er gerust op uit trekken met uw partner, vrienden, een sportclub. Sporten in groep werkt immers motiverend. Maar respecteer steeds uw eigen grenzen.

Hoeveel is genoeg?

Specifiek wat hart- en vaatziekten betreft, heeft voldoende bewegen een bloeddrukverlagend effect en leidt het tot een verhoging van het gehalte aan goede cholesterol. Maar wat is ‘voldoende bewegen’? Voor uw gezondheid volstaat het om dagelijks een half uur te bewegen op zo’n manier dat u er een matige tot redelijke inspanning voor levert. Dat hoeft niet noodzakelijk een half uur aan een stuk te zijn, drie keer tien minuten of twee maal een kwartiertje kan ook.

Een matige tot redelijke inspanning is niet voor iedereen dezelfde. Maar een aantal vuistregels zijn universeel. U bent goed bezig als:

u voor de inspanning die u doet behoorlijk moet ademhalen, zonder dat u buiten adem raakt of niet meer kunt praten.

uw hart er sneller van gaat kloppen, zonder dat u na afloop lange tijd nodig hebt om weer tot uw rusthartslag te komen.

Sporten na een infarct? Zeker doen!

Na een hartinfarct hebben mensen vaak angst om opnieuw intensief te bewegen. Nochtans is bewegen net dan eerder een kwestie van moeten dan van mogen! Tot de jaren ’60 dacht men dat patiënten na een infarct vooral moesten rusten. Intussen weet men dat het tegendeel waar is. Bewegen na een acuut hartprobleem zoals een infarct is een van de krachtigste middelen om de kans op herstel te vergroten en nieuwe problemen te voorkomen. Heel wat onderzoek heeft aangetoond dat een sportief revalidatieprogramma voor hartpatiënten de gezondheid van hun hart en bloedvaten gedeeltelijk herstelt en hun toekomstperspectieven aanzienlijk verbetert. Een recent Amerikaans onderzoek, waaraan meer dan 30.000 hartpatiënten deelnamen, wees uit dat bij mensen die een 36 weken durend revalidatieprogramma volgden, het sterftecijfer de helft lager lag dan bij de groep die niet revalideerde. Het risico op een nieuw hartinfarct lag 31% lager.

Nooit te oud

Nochtans volgt van alle infarctpatiënten of mensen die een ballondilatatie ondergingen in ons land, slechts 20 % hartrevalidatie. Veel mensen vinden zichzelf te oud voor een revalidatieprogramma. Niets is minder waar: ouderen ondervinden minstens evenveel effect als jongeren.

Cardiale revalidatie in een revalidatiecentrum is bovendien veel meer dan een aangepast bewegingsprogramma. Het is een globale aanpak waarbij naast lichaamsbeweging ook voedings- en psychologische aspecten aan bod komen. De revalidatie start vanaf de eerste dag in het ziekenhuis, onder begeleiding van een kinesitherapeut.

De tweede fase van de revalidatie begint wanneer de patiënt het ziekenhuis verlaat en vindt plaats in een gespecialiseerd hartrevalidatiecentrum dat meestal aan een ziekenhuis verbonden is. Uw ziekenfonds kan u de adressen bezorgen van erkende centra bij u in de buurt. De ziekteverzekering komt overigens tussen in de kosten van deze revalidatie.

Sportclubs voor hartpatiënten

Ook na dat u het volledige revalidatieprogramma doorlopen hebt, blijft het belangrijk om uw conditie op peil te houden. Er bestaan verenigingen van hartpatiënten die aangepaste sportactiviteiten organiseren, onder professionele begeleiding. Een lijst van deze hartclubs vindt u op de website van de Belgische Cardiologische Liga: www.cardiologischeliga.be.

Leen Baekelandt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content