Bestuurder, erger je niet!

Flitspalen, snelheidsbeperkingen, superboetes. De automobilist lijkt opgejaagd wild geworden. Daar komt nog bij dat bepaalde verkeerssituaties ons mateloos blijven ergeren. Kunnen de beruchte raadsels en hot spots van ons verkeer echt niet anders?

Plus Magazine doorkruiste België in het gezelschap van twee commissarissen van de federale politie: Gail Van Hoever (‘Kijk Uit’) en Olivier Quisquater (‘Monsieur Sécurité’) en ging ook te rade bij Hajo Beeckman van het Vlaams Verkeerscentrum. We vroegen hen naar een verklaring van acht verkeerssituaties waarmee duizenden bestuurders elke dag geconfonteerd worden.

1 Bertem hoelang kan men een witte streep maken?

n Het raadsel: de plaats in Bertem waar het verkeer van de A2 en de E40 samenkomen, zorgt elke dag voor één van de bekendste structurele files op onze autowegen. Er zijn nochtans vier rijstroken beschikbaar, maar er loopt wel een ononderbroken witte streep van liefst 1,5 km tussen de twee linker- en de twee rechterrijstroken. Wie van de A2 komt, kan pas na 1,5 km gebruik maken van de twee linkerstroken. Wie uit de richting Luik komt, mag echter vrijwel meteen op de twee rechterrijstroken rijden (stippellijn). Discriminatie? 1,5 km file kan ontzettend lang duren...

n De verklaring: “In Bertem komen twee grote verkeersstromen samen en deze lange witte streep is juist geplaatst om de twee stromen beter te kanaliseren”, zegt Gail Van Hoever, commissaris van de federale politie en sinds kort de presentatrice van Kijk Uit!. “De ervaring heeft uitgewezen dat het werkt. De kanalisering vermijdt dat de bestuurders van links naar rechts zigzaggen over de vier rijstroken. Ik ben ervan overtuigd dat er onmiddellijk een file zou staan op de vier rijstroken als de witte streep korter zou zijn. En dan duurt de reis nog langer. We leven nu eenmaal in een zeer dicht bevolkt land met een massa weggebruikers. Kortzichtigheid, ongeduld of ergernis in de file heeft geen enkele zin en helpt u zeker niet sneller op uw bestemming. Er zijn gedragingen in het verkeer die ik persoonlijk veel ergerlijker vind: bumperkleven, blijven rijden op de middenstrook, zigzaggen in de file, ouders die hun kinderen zonder gordel mee laten rijden en grote vrachtwagens die een collega willen passeren en het andere verkeer minutenlang ophouden...”

n Onze conclusie: Gail Van Hoever heeft zeker gelijk met haar ergernissen, maar ze glijdt hier toch wat te snel heen over de grond van de zaak. In Sterrebeek, waar het verkeer van de Brusselse Ring op de E40 richting Luik komt, werd eveneens een zeer lange ononderbroken witte streep tussen de rijstroken aangebracht en ook daar staat er elke avond een structurele file. Is die streep dan de oplossing of juist het probleem?

2 Brussel overal 50 km?

n Het raadsel: het Brussels Gewest vormt de dichtstbevolkte agglomeratie van het land en toch staan er opvallend weinig borden die een maximumsnelheid opleggen. Hoeveel mag je rijden op de Kleine Ring en in de tunnels? Of is het overal 50 km (bebouwde kom), zelfs op vierbaanswegen?

n De verklaring van Olivier Quisquater, commissaris bij de federale politie (in Franstalig België bekend als ‘Monsieur Sécurité’ en presentator van het RTBF-programma Contacts, de tegenhanger van Kijk Uit op de VRT): “Het klinkt flauw, maar iedereen wordt verondersteld de wet te kennen. Er zijn mogelijkheden genoeg om u te informeren. Wie het Brussels Gewest binnenrijdt, zal altijd ergens een wit bord met de naam van de gemeente passeren. Op de nieuwe versie van deze borden ziet u trouwens silhouetten van huisjes. Van zodra u voorbij zo’n wit bord rijdt, bent u in de bebouwde kom en mag u volgens de wet niet meer dan 50 km per uur rijden. Concreet betekent dit dat deze snelheidsbeperking vrijwel overal in het Brussels Gewest geldt, tenzij anders aangeduid. Alleen op de grote toegangs- en uitvalswegen ziet u borden die een snelheid tot 70 of 90 km toelaten. Waarom vinden we dan in de stad zelf nergens borden die ons aan die 50 km herinneren? Omdat overheden terecht proberen een wildgroei te vermijden. De zogenaamde zonale borden, zoals het witte bord voor de bebouwde kom of de zone 30-borden, worden steeds vaker alleen bij het binnenrijden en bij het uitrijden (hetzelfde bord maar met een schuine rode streep eroverheen) geplaatst, maar niet meer in de zone zelf. Dat schept inderdaad problemen voor wie het bord bij het binnenrijden gemist heeft.”

n Onze conclusie: dit antwoord heeft het voordeel dat het duidelijk is. Overal 50 km/uur in het Brussels Gewest, tenzij anders aangeduid. Punt uit! Alleen zouden we degenen die buiten de file-uren meer dan 50 km per uur rijden op de Brusselse wegen, de kost niet willen geven.

3 Luik 80 km op een autoweg?

n Het raadsel: iedereen is blij met de 1650 m lange Cointetunnel die in Luik de E40 met de E25 verbindt. Hij levert veel tijdwinst op en wordt beschouwd als de veiligste tunnel van Europa. Alleen: we bevinden ons op een autoweg en er staan maar zelden files. Waarom dan die snelheidsbeperking tot 80 km/uur (60 km voor vrachtwagens)?

n De verklaring van commissaris Quisquater: “De Cointetunnel is een model van een eigentijdse autotunnel: uitwijkplaatsen, telefoons, nooduitgangen voor voetgangers, een goede verlichting, snelle afzuiging van giftige gassen enz. Geloof me: de 80 km-beperking is geen pesterij maar dient juist om ons allemaal sneller te laten rijden. Zware ongevallen in een tunnel veroorzaken bijna altijd een langdurige blokkering van het verkeer. Door de snelheid te beperken krijgen we hier vrijwel alleen aanrijdingen met uitsluitend materiële schade en dan is de rijweg snel weer vrij. In 2002 en 2003 noteerden we hier slechts tien ongevallen, waarvan geen enkel dodelijk. Minder dan 0,5 percent van de gebruikers kreeg een bekeuring wegens overdreven snelheid.”

n Onze conclusie: o.k., maar waarom mogen we dan 100 km rijden in tunnels van het oude type, met veel drukker en zwaarder verkeer (bijv. de Kennedytunnel)?

4 Antwerpen Ring 1 of 2?

n Het raadsel: “Wie vandaag Antwerpen nadert vanop een autoweg, ziet op de elektronische infoborden én op een aantal vaste borden boodschappen zoals: ‘Breda: volg 2’ of ‘Brugge-Gent: volg 1”, zegt Maarten Matienko, de woordvoerder van de VTB-VAB. “Hier wordt dus verondersteld dat alle chauffeurs weten wat 1 en 2 is. Mogen we dat wel verwachten? En wat met al die buitenlandse truckers?”

n De verklaring: “Als automobilist moet u de informatie op de elektronische borden altijd combineren met die op de vaste borden”, luidt de verdediging van Hajo Beeckman van het Vlaams Verkeerscentrum. “Welnu, als u Antwerpen nadert, ziet u overal eerst een bord dat een lus met de cijfers 1 en 2 laat zien: het cijfer 1 staat voor de Ring in wijzerzin, het cijfer 2 voor de Ring in tegenwijzerzin. Eens u dit vaste bord voorbij bent en u de stad wat dichter nadert, worden de cijfers 1 en 2 overal consequent aangehouden en steeds duidelijker. Dat geldt ook bij adviezen in geval van files. Op de E17 richting Kennedytunnel geven we die adviezen zelfs in zes talen. Maar verder is het een basisregel dat de informatie beknopt moet blijven, zoniet gaan de chauffeurs remmen om ze te kunnen lezen. En op de elektronische borden kunnen we maximaal drie regels van 17 tekens plaatsen. 1 en 2 vormen zowat de Antwerpse tegenhangers van de benamingen Binnenring en Buitenring voor de Brusselse Ring. Ook hier heeft het even geduurd voor iedereen dat begreep, maar nu is het glashelder.”

n Onze conclusie: in de praktijk valt het inderdaad allemaal nog mee. Toch blijft de informatie verwarrend voor wie de situatie ter plaatse niet kent. Zo hebben we het advies ‘volg 1’ al op een elektronisch bord in Waasmunster gezien, lang vóór Antwerpen dus. En de verkeersberichten op de radio blijven spreken over de R1 (de Antwerpse Ring op de rechteroever) en de R2 (Liefkenshoektunnel) û net het omgekeerde dus. Want zo worden deze wegen nog altijd officieel genummerd!

5 Brussel 40 km in de Leopold II-tunnel?

n Het raadsel: wanneer er geen files staan, rijdt iedereen vlotjes 70 km door de kokers van de Brusselse Leopold II-tunnel. Begrijpelijk: elke koker is over het grootste deel van zijn lengte een tweebaansweg in één richting. Heeft dan niemand dat bordje ’40 km’ aan de ingang van de tunnel richting centrum aan de basiliek van Koekelberg gezien? En geldt deze beperking over de hele lengte van de tunnel?

n De verklaring: “Neen”, zegt een licht gepikeerde Monsieur Sécurité. “Dat bordje met 40 km geldt maar tot het volgende kruispunt, namelijk tot de volgende inrit in de tunnel (Basiliek). Iedereen weet toch dat een bord met een snelheidsbeperking slechts geldig blijft tot het volgende kruispunt. En die 40 km is zeer terecht, want aan deze ingang maakt de tunnel een scherpe bocht en het is er vaak nevelig. Verderop geldt in de Leopold II-tunnel dezelfde snelheidsbeperking als in heel de Brusselse agglomeratie: 50 km ( zie ook onder situatie 1, nvdr). Ik weet dat iedereen hier buiten de file-uren veel sneller rijdt, maar iedereen vergeet even vrolijk dat deze tunnel zeer gevaarlijk is. Het ontwerp dateert nog uit de jaren 70: geen pechstrook, geen uitwijkplaatsen en steile in- en uitritten.”

n Onze conclusie: het zal wel zo zijn als Olivier Quisquater zegt, maar we hebben buiten de file-uren nog nooit één auto gezien die zich in de Leopold II-tunnel aan de 50 km-limiet hield. Zijn al die automobilisten dan zo dom, kortzichtig en gevaarlijk?

6 Zwijndrecht rechts invoegen?

n Het raadsel: wie van de E34/N49 naar de Kennedytunnel wil, moet rechts invoegen op de E17 en dan nog wel op één van de drukste plekken van ons autowegennet. Vrachtwagens zonder een dodehoekuitrusting moeten gokken als ze naar de rijstroken rechts van hen willen uitwijken. Ze zien de snelle personenauto’s op de E17 niet. Onbegrijpelijk en gevaarlijk voor beide partijen. Ook aan Mechelen-Zuid op de E19 moet het verkeer rechts invoegen.

n De verklaring: “Toegegeven, dit is een risicoplaats voor verkeersagressie”, zegt Gail Van Hoever. “Uw verstand gebruiken, zeker niet stoppen en ook niet te veel vertragen, dat is hier de boodschap. Respecteer vooral de regels van het ritsen en gebruik tijdig uw richtingaanwijzers. Ook wie op de E17 rijdt, moet hier verdraagzaam willen zijn. Als iedereen in het verkeer wat socialer was, zouden we veel ellende voorkomen. Het kost toch niets om iemand hoffelijk voorrang te verlenen, u krijgt misschien een glimlach terug....”

n Onze conclusie: verkeersdeskundigen vinden dat hier een hardere oplossing nodig is. Concreet: eerst voor het vrachtverkeer een alternatieve inrit mogelijk maken en het dan op deze plaats verbieden.

7 Oudergem – Herman Debroux ritsen of niet?

n Het raadsel: op het Herman Debroux-viaduct in Oudergem blijven twee raadsels open: waarom mag je op deze vierbaansweg maar 70 km rijden en waarom zien we op de opritten naar het viaduct de ene chauffeur ritsen en de andere niet?

n De verklaring: Olivier Quisquater: “De snelheidsbeperking is alweer zeer logisch. Het viaduct maakt een bocht die scherper is dan op een autoweg. Je kunt dus niet ver vooruitzien en niet op tijd reageren. Er is hier ook geen pechstrook en de tussenberm en de zijwanden bestaan niet uit betonnen afsluitingen maar uit roosters. Als hier een auto naar beneden dondert, maakt hij gegarandeerd dodelijke slachtoffers tussen de weggebruikers onder het viaduct. Het tweede probleem vormt voor mij de reden bij uitstek waarom sensibiliseringscampagnes in de twee grote gemeenschappen weer gelijk moeten lopen. Dit viaduct is wellicht de enige plaats met evenveel Franstalige als Nederlandstalige bestuurders. In het Nederlands zijn campagnes gevoerd onder het motto ‘ritsen is hoffelijk’, in het Frans niet. De Nederlandstaligen rijden dus tot het einde van de invoegstrook en proberen dan in te voegen volgens het ritsprincipe. De Franstaligen proberen zo snel mogelijk in te voegen en begrijpen niet waarom ze verderop ruimte zouden moeten laten aan een ritser. En ze hebben alle twee gelijk...”

n Onze conclusie: hoe is ritsen nu ook alweer in het Frans?

8 Lummen stoppen op een autoweg?

n Het raadsel: het klaverblad van Lummen vormt de enige plek op het autowegennet in België waar het verkeer moet... stoppen. Het knooppunt van de E313 en de E314 is immers gelijkgronds aangelegd als een autowegenrotonde. Wie de rotonde wil oprijden of van autoweg wil wisselen, moet stoppen voor een omgekeerde driehoek-met-knipperlicht. Wie de situatie niet kent, wordt hier altijd verrast. Vooral kop-staartaanrijdingen komen veel voor omdat bestuurders plotseling remmen of niet precies weten welke richting ze uit moeten. Om dezelfde reden komt ladingverlies door vrachtwagens frequent voor.

n De verklaring: “Ik geef geen commentaar op beslissingen van de wegbeheerder”, aldus Gail Van Hoever. “Maar ik geef toe dat ik dit één van de meest bizarre punten van ons autowegennet vind. Toch is er hoop: tegen eind 2009 moet Lummen heraangelegd zijn tot een klassiek klaverblad met niet-gelijkgrondse op- en afritten. De situatie is bovendien verbeterd sinds de snelheid op de rotonde tot 70 km werd teruggebracht. Ik kan alleen aanraden: gebruik hier al uw aandacht en matig op tijd uw snelheid. Zorg dat u op voorhand goed weet welke richting u moet nemen en gebruik zo vlug mogelijk uw richtingaanwijzers. De bestuurders op de rotonde weten dan waar u heen wilt.”

n Onze conclusie: nog vijf jaar geduld dus. In afwachting zullen we dit klaverblad de eerste prijs toekennen in de categorie ‘absurde kostenbesparingen’. n

Ludo Hugaerts

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content