Bestseller 2.0

De Peugeot 208 was altijd al een bestseller. Nu mikt hij op technologie om het op te nemen tegen een almaar sterkere concurrentie.

Al sinds 1983 triomfeert Peugeot met zijn polyvalente kleine auto’s: de 205, 206, 207 en 208 verkochten als zoete broodjes. Maar in het B-segment is de concurrentie bikkelhard en dus moet je blijven vernieuwen. En dus is Peugeot voor de nieuwe 208 – nu ook 100% elektrisch – met een schone lei gestart.

WEER WAT GROTER

Met zijn nieuwe CMF-platform kan de 208 zowel elektrische als verbrandingsmotoren aan. Hij is ook voor het eerst langer dan vier meter: 4,05 m om precies te zijn. Dat is 7 cm meer dan zijn voorganger. Verder is hij 2 cm lager en 3,2 cm breder, wat de esthetiek ten goede komt. Ter vergelijking: de 306 van weleer was 4,03 cm lang. Het design is sterk geïnspireerd door de 508 berline, zeker vooraan, met de inspringende koplampen. Maar het ruimtegevoel binnenin is niet echt geëvolueerd. Jammer. De meest recente Clio van Renault en Polo van Volkswagen doen het beter. Dat geldt ook voor de kofferruimte: met 264 l (VDA) is de 208 de hekkensluiter van zijn segment. De praktische aspecten werden blijkbaar geofferd op het altaar van het design.

De nieuwe 208 mikt op technologie en dat is vooral aan de i-Cockpit te merken: een klein stuur en een hooggeplaatst instrumentenbord scheppen ruimte voor een groot multimedia scherm (10,3 inch als optie). De display met functies in 3D (eveneens een optie), waarbij je de weergave aan je persoonlijke voorkeuren kan aanpassen, is een primeur in dit segment! Het interieur oogt mooier, maar de afwerking is niet perfect en de kwaliteit van de gebruikte materialen laat wat te wensen over. Ook hier doen de nieuwe Clio en Polo het beter.

ELK WAT WILS

Naast de elektrische versie (vanaf 32.600 euro) met 50 kWh en 340 km autonomie, mikt Peugeot bij de verbrandingsmotoren (vanaf 15.800 euro) op eenvoud: een 1.2 Puretech van 75 tot 130 pk en een diesel 1.5 BlueHDi (vanaf 20.100 euro) die goed is voor 100 pk. Voor alle duidelijkheid: als je graag wat pit onder de motorkap hebt, ga je best niet voor de Puretech van 75 pk. Op zich geen slechte motor, maar met zijn geringe vermogen is hij op zijn best in de stad. Aan de versies van 110 of 130 pk valt meer plezier te beleven, want die halen het meeste uit de lenigheid van deze compacte auto.

Dit is ongetwijfeld een op-en-top Peugeot: efficiënt en prettig, ook al heeft het sportieve karakter van het merk hier plaats geruimd voor een grote stabiliteit. Bij de diesels is de 1.5 BlueHDi gewillig en hoogst aangenaam. Hij doet enthousiast zijn werk en lijkt behoorlijk zuinig. Maar op dynamisch vlak is deze diesel, door het grotere gewicht op het voorstel, wat logger dan in benzineversies. Dat alle modellen erg comfortabel zijn, heeft zeker te maken met het minder dynamische karakter van de auto. De wegligging van de 208 lijkt nu meer op die van een Citroën. Andere tijden, andere zeden. Maar een probleem is dat niet, het is op lange ritten zelfs een voordeel. Kortom, de nieuwe 208 is een raspaardje dat mikt op het verschil. Ons hoor je dus niet klagen.