Beeldhouwen met groen en pastel

De intieme kamertjestuin aan het huis breekt open wanneer hij afglooit naar de boomgaard en de bloeiende massieven met doorkijkjes op het landschap van Waals-Brabant. In elke hoek van hun tuin in Lasne hebben Agnes en Paul Van der Aa een andere sfeer geschapen. Met één rode draad: de vele bloemen in zachte kleuren.

Toen Agnes (58) en Paul (57) Van der Aa in 1975 het eigendom kochten, was het niet meer dan een boerenwoning met achter het huis weiden en fruitbomen, samen zo’n 57 are. Ooit moet hier zelfs een boerenkroeg zijn geweest met een jeu-de-boulesbaan onder de lindebomen. Die linden werden behouden en gaven hun naam aan het huidige landgoed ( Les Tilleuls).

Vol enthousiasme ging het echtpaar aan de slag om zijn droom werkelijkheid te maken. De woning werd gerenoveerd en uitgebreid met een nieuwe aanbouw. Achter het huis loopt het terrein naar beneden af en de overgang van hoger naar lager lieten ze aanleggen in de vorm van terrassen. Een tuinarchitect tekende een basisplan en dat werd ook uitgevoerd. “In de voorbije dertig jaar is er echter veel veranderd”, zegt Agnes. “We hebben drie kinderen grootgebracht en vele aanpas-singen gedaan. Nogal wat plantensoorten die de architect op het plan had voorzien, zoals witte lavendel, sloegen in onze grond niet aan. Pas sinds enkele jaren hebben we een goed evenwicht bereikt tussen wat we willen en wat mogelijk is.”

Tuinkamertjes tussen hoge bloeiers

Direct rondom de woning oogt de vormgeving eigentijds en overheerst een intieme sfeer. Lage borders met Anaphalis, een vaste plant met zilvergrijs loof en een massa witte bloempjes in de zomer, leiden de bezoeker naar een strak gestructureerde tuin aan de straatzijde van de woning. Haagjes van buxus en taxus vormen hier een opeenvolging van kamertjes die gevuld zijn met moschatarozen (de variëteiten Ballerina en Kathleen) en vaste planten (vooral witte Achillea en lichtblauwe Scabiosa). De kamertjes worden op hun beurt beschermd door een hogere randbeplanting van spalierbomen en bloeiende struiken. Zoals enkele Deutzia magnifica’s (bruidsbloem) die 2 meter hoog worden en in juni vol hangen met grote pluimen witte bloemen. Eén struik Rosa rugosa (de variëteit Yellow Dagmar Hastrup) mocht bijna tot een boom uitgroeien en biedt een zee van roomgele bloempjes. Een muur van de woning is helemaal ingepalmd door een wit bloeiende klimhortensia.

“De hoge bloeiers lijken de lage tuinkamertjes te beschermen en die krijgen zo iets intiems”, vertelt Agnes. “Ook in de winter, wanneer ze met rijm bedekt zijn, stralen ze rust uit. De moschatarozen zijn een gelukkige keuze gebleken. Zonder onderbreking bloeien ze de hele zomer met lieflijke bloempjes. Gezien van binnenshuis toveren ze de strakke borders om tot schilderijtjes van miniaturisten met een kleurenspel met wit en roze.” Meteen verklapt Agnes één van de geheimen van haar tuin: in alle hoeken wordt het groen gecombineerd met een massa wit en zachte kleuren: lavendelblauw, gebroken wit, zachtroze, lila, lichtgeel... Die tinten scheppen een soort van tijdloze harmonie, vindt ze.

Aan de achterzijde van de woning is het zalig genieten op een groot terras. Dit is de oase waarvan iedereen droomt. Als je er zit, ziet je oog alleen bloemen: borders met hortensia’s en lavendel en vooral reuzegrote pioenrozen. De witroze Shirley Temple, de roze Sarah Bernhardt en de witte Duchesse de Nemours ontpoppen zich in juni en juli tot de grote sterren.

Opvallende contrasten

Het grote terras is ook de plaats waar de sfeer kantelt. De intimiteit van de voorzijde maakt trap na trap plaats voor openheid. Bij het afdalen naar de lagere tuingedeelten kom je eerst nog langs een aantal besloten hoekjes: een pergola die beschaduwd wordt door een blauweregen en een druivenstok, een waterpartijtje met Hosta’s en een kleine koude serre. Maar eens beneden gaan het ruimtegevoel en de band met het landschap overheersen. De kleine serre dient overigens vooral als wintertuin voor de kuipplanten. Agnes probeert er ook kiwi’s te kweken.

Het eerste niveau beneden wordt gevuld door een weide met fruitbomen. Van de vroegere boomgaard werden vijf oude appelbomen bewaard en aangevuld met nieuwe aanplantingen van oude appelrassen (Court Pendu en sterrenet), peren-, kastanje- en pruimenbomen, mirabellen en een notenboom. “We laten die oude bomen staan tot ze vanzelf omvallen en dan vervangen we ze door nieuwe”, vertelt Agnes. “Ondertussen vinden vogels en kleine zoogdieren een nestruimte in de vele gaten van de oude stammen.”

Na de boomgaard volgt een mix van stukken grasland en massieven van bloeiende struiken. De beplanting lijkt op het eerste gezicht nogal lukraak gekozen, maar dat is zonder de planmatige aanpak van de eigenaars gerekend. Ze werd zo gekozen dat er bloei is van april tot oktober. In april en mei bloeien de kornoeljes wit, geel en roze. Ze worden gevolgd door de Kolkwitzia’s (roze bloempluimen in mei-juni) en daarna door de Deutzia’s (variëteit Mont Rose met lichtroze en paarsroze trossen in juni-juli). In juli bloeien de struikrozen Marguerite Hilling (dieproze) en vervolgens is het de beurt aan de hortensia’s. De laatste kleurenopstoot komt van een brede band Caryopterisstruikjes. Deze heester heeft grijsgroene blaadjes en donkerblauwe bloemen.

Dreigt er ergens een gat in de bloei te vallen, dan bevindt zich toevallig een perk met klaprozen of pioenen aan de voet van die heester. Net als de hortensia’s zijn de klaprozen hier vertegenwoordigd met een groot aantal variëteiten (zelfs met chiffonnéblaadjes). Ze contrasteren op een dubbele manier met de rest van de tuin: hun kleuren zijn fel en hun bloei heel kort. “We wilden een andere sfeer in elke hoek van de tuin. Zo streven we in het verste gedeelte naar een waaier van geuren. Die komen van de bloeiende heesters maar ook van frambozenstruiken en van hopplanten die we om een boog laten slingeren.”

“Ik vind snoeien leuk”

Al die bloemen en geuren kunnen niet anders dan bijen aantrekken. Echtgenoot Paul is dan ook een verwoed amateurimker geworden, zij het met elektronische spitstechnologie. Het gewicht van zijn korven wordt automatisch om de vijf minuten gewogen. Zo weet hij precies wanneer hij de raten moet leegmaken. Geïnteresseerden kunnen de vorderingen van elke korf volgen op de website www.apibrabant.be (doorklikken op ‘E-ruches’ en op ‘Mesures en direct’).

Agnes is gemiddeld één dag in de week bezig met het onderhoud van de tuin. In september moet ze een tandje bijsteken voor de oogst van het fruit en de verwerking ervan. “Ik ben wellicht één van de weinige tuinbezitters die snoeien een leuk werkje vinden. Op dat moment voel je dat je aan het beeldhouwen bent met groen en bloei. Dat is de essentie van elke tuin: je eigen natuur sculpturen en de seizoenen van dichtbij beleven. Stop mij op een flatje en ik kwijn weg.”

Haar nieuwste plan heeft Agnes al voor ogen: de tuin moet een ruimer uitzicht op de omgevende akkers krijgen. Desnoods moeten er afsluitingen sneuvelen of lager worden. “We krijgen dan misschien meer bezoek van wilde dieren, maar dat moet dan maar. Nu al eten konijnen de helft van onze moestuin op...” n

Als leden van de vereniging Open Tuinen van België, stellen Agnes en Paul Van der Aa hun tuin open op zaterdag 3 en zondag 4 juni, telkens van 10 tot 18 uur. Toegang: A 2,50. Adres: Rue du Printemps 19, 1380 Lasne, tel. 02 653 18 40.

Ludo Hugaerts

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content