In de praktijk merken we dat het vruchtgebruik dat de langstlevende echtgenoot krijgt via het erfrecht, vaak onvoldoende is. Dat is vooral het geval als de activa van de erfenis geen inkomsten opleveren. Denk maar aan de grote, wat verouderde villa als gezinswoning, of het kustappartement dat niet wordt verhuurd of enkel door de familie wordt gebruikt, maar dat geldt ook voor bouwgronden, enz. Je mag dan als vruchtgebruiker wel gebruik maken van dat goed, maar het levert je geen inkomsten op. Ook de meeste beleggingsportefeuilles genereren nauwelijks nog inkomsten, omdat die om fiscale redenen doorgaans voor een groot stuk uit beleggingsfondsen van het kapitalisatietype (zonder coupon) bestaan. Hetzelfde geldt vaak voor familievennootschappen, waar de winst wordt geherinvesteerd en er geen dividenden worden uitgekeerd. Wil je dit soort situaties vermijden, dan moet je actie ondernemen!
...
Actieplan in 4 punten
In de praktijk merken we dat het vruchtgebruik dat de langstlevende echtgenoot krijgt via het erfrecht, vaak onvoldoende is. Dat is vooral het geval als de activa van de erfenis geen inkomsten opleveren. Denk maar aan de grote, wat verouderde villa als gezinswoning, of het kustappartement dat niet wordt verhuurd of enkel door de familie wordt gebruikt, maar dat geldt ook voor bouwgronden, enz. Je mag dan als vruchtgebruiker wel gebruik maken van dat goed, maar het levert je geen inkomsten op. Ook de meeste beleggingsportefeuilles genereren nauwelijks nog inkomsten, omdat die om fiscale redenen doorgaans voor een groot stuk uit beleggingsfondsen van het kapitalisatietype (zonder coupon) bestaan. Hetzelfde geldt vaak voor familievennootschappen, waar de winst wordt geherinvesteerd en er geen dividenden worden uitgekeerd. Wil je dit soort situaties vermijden, dan moet je actie ondernemen! Als je ervoor wil zorgen dat je partner later voldoende inkomsten heeft, maar je wil niet raken aan wat jullie kinderen volgens de wet erven, dan moet je vooral letten op de samenstelling van jullie vermogen. Door te kiezen voor een vermogen dat veel inkomsten oplevert en weinig kosten meebrengt. Zoals bijvoorbeeld individuele aandelen met een hoog dividend, distributiefondsen, obligaties, een appartement of garages die verhuurd worden, enz. Een vermogen dat vooral bestaat uit een goed gevulde spaarrekening die slechts 0,11% per jaar oplevert, is een ware nachtmerrie als vruchtgebruiker. Als jullie een keuzebeding inlassen in jullie huwelijkscontract, kan de langstlevende partner kiezen wat hij of zij uit de huwelijksgemeenschap wil nemen. Over zo'n keuzebeding moeten jullie het beiden eens zijn én jullie moeten ervoor naar de notaris (± 600 euro). Maar zijn jullie gehuwd met scheiding van goederen, dan is er geen huwgemeenschap. Jullie kunnen wel een beperkte gemeenschap toevoegen, waarin jullie bepaalde zaken inbrengen die belangrijk zijn voor de langstlevende. Dat kan via één notariële akte, zonder dat er een inventaris moet worden opgemaakt (± 1.000 euro). Een keuzebeding geeft je als langstlevende het comfort dat je kan kiezen wat het best aansluit bij je wensen op dat moment. Als je bij het overlijden van je partner 55 jaar bent en nog drie studerende kinderen in huis hebt, dan maak je andere keuzes dan wanneer je als weduwe van 85 overblijft. Weet ook dat elke keuze uiteraard ook fiscale gevolgen heeft: je kan je keuzebeding dus voor een stukje ook fiscaal optimaliseren. In de praktijk valt de keuze vaak op de volledige gezinswoning, omdat die in de drie gewesten belastingvrij is voor de langstlevende echtgenoot. Met het keuzebeding kan je ook inspelen op bepaalde vrijstellingen, zoals de 50.000 euro vrijstelling voor de langstlevende partner in Vlaanderen. Als jullie mekaar meer willen nalaten dan wat de langstlevende partner volgens de wet krijgt, dan maak je een testament. Uiteraard moet je de reserve van je kinderen respecteren, maar sinds de nieuwe erfwet bedraagt die nog slechts de helft en heb je nu dus een ruime marge. Je kan ook een testament maken met een keuzelegaat. Dat is voor samenwoners een valabel alternatief voor het keuzebeding. Concreet kan je je partner bijvoorbeeld laten kiezen voor 1% tot 100% van de gezinswoning, naargelang wat voor hem/haar op dat moment de beste oplossing is. Dit is een contract waarin twee (of meer) partijen bedingen dat bepaalde goederen of eigendomsdelen van goederen die hen toebehoren, bij het overlijden van de ene partij zullen aanwassen bij de goederen of de eigendomsdelen van de andere partij. De techniek werd vroeger vooral gebruikt tussen samenwonenden die samen een huis kochten. Maar doordat wettelijk samenwonenden nu ook de gezinswoning van elkaar erven in vruchtgebruik, wordt de techniek vandaag meer gebruikt voor roerende goederen om de langstlevende te beschermen. Zijn jullie bijvoorbeeld gehuwd met scheiding van goederen en heeft je partner een obligatieportefeuille van 150.000 euro en jijzelf een aandelenportefeuille van 150.000 euro, dan kan je via een beding van aanwas bepalen dat alles naar de langstlevende gaat. Voor roerende goederen kan je dit contract onderhands opmaken, al is het beter om dit notarieel te regelen. Een beding van aanwas is een kanscontract: jullie hebben allebei de kans om langst te leven en de goederen van de andere(n) te verwerven, maar evenzeer de kans om vroeger te overlijden en je eigen goederen te verliezen. Een kanscontract heeft een ander fiscaal gevolg dan een erfenis of legaat. Als langstlevende partner betaal je geen erf- of schenkbelasting, maar een kooprecht van 10% in Vlaanderen en 12,5% in Brussel en Wallonië. Bij een roerend goed betaal je als langstlevende geen belasting. Wel moeten de kansen ongeveer gelijk zijn: als je partner 80 is en jij bent er 60, dan is dat uiteraard niet het geval. De concrete voorwaarden verschillen per gewest en zijn strenger in Vlaanderen. Zo moet je in Vlaanderen niet alleen een gelijkaardige levensverwachting hebben bij het aangaan van het beding, maar ook een gelijkwaardige inleg. In Brussel en Wallonië zijn er geen extra voorwaarden opgelegd zoals in Vlaanderen. Maar in die gewesten wordt veel meer naar de (vermoedelijke) bedoeling van de partijen gekeken om te beoordelen of het echt om een kanscontract gaat en niet om een louter opgezette constructie om erfbelasting te vermijden.
Wil je dit artikel verder lezen?
Kies voor Plusmagazine