© GETTY IMAGES

7 tips voor schaduwbeplanting

1 Observeer je tuin en breng de verschillende zones in kaart: lichte schaduw, donkerdere schaduw, heel donkere schaduw...

2 Kies je planten in functie van dezelfde behoeften. Sommige planten zijn tevreden met enkele uren schaduw per dag, terwijl andere volledig in de schaduw kunnen blijven.

3 De bekoorlijkste schaduwtuinen kenmerken zich meestal door een overvloed aan bladeren. Schik blauwachtige, donkergroene, felgroene, bonte en purperen bladeren op kleur, maar ook op groeiwijze en grootte. De bloemen garanderen een subtielere aanwezigheid, volledig in harmonie.

4 Geef voor bloemen de voorkeur aan pasteltinten. De schaduw zal ze beter tot hun recht laten komen dan heldere tinten. Wit kan bijvoorbeeld overheersen, in combinatie met enkele blauwe en/of roze toetsen.

5 Vergeet niet dat er vier seizoenen zijn in een jaar. Sommige bloemen ontluiken in de lente (bloembollen, meiklokje, vergeet-mij-nietje, sleutelbloem, meidoorn en witte spirea), andere in de zomer (hortensia, vlijtig liesje en vingerhoedskruid). Ook in de winter kunnen enkele pareltjes opengaan: mahonie, sneeuwklokje, winterjasmijn en nieskruid.

6 Snoei op te donkere plaatsen het gebladerte of de lagere takken, zodat de zon er beter door kan schijnen.

7 Bloembollen en bodembedekkers zijn ideaal onder dichtbegroeide bomen. Het heeft geen zin om er gras te zaaien of beplanting aan te brengen. Kies voor bodembedekkers met verschillend gebladerte en bloeitijd. En doe zoals de Britten: zaai voorjaarsbloembollen aan de voet van de bomen. Ze zullen er zonlicht krijgen precies op het moment dat ze het nodig hebben: in maart, voor er bladeren aan de boom komen. Voor wat vrolijke chaos gooi je de zaadjes gewoon lukraak in het rond en plant je ze op de plek waar ze terechtgekomen zijn (op een diepte van twee keer de hoogte van de bloembol).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content