4 redenen om toch een testament te maken

Is het anno 2008 nog zinvol een testament op te stellen? Zeker weten! Ons erfrecht is dan wel sterk geëvolueerd, maar het is nog altijd niet perfect voor alle individuele gevallen. Wilt u zelf bepalen wie wat krijgt en onder welke voorwaarden, dan is het testament nog altijd het aangewezen juridische instrument. Bovendien gunt u uw erfgenamen een fiscaal cadeautje.

Het testament is de juri- dische formule die door de eeuwen heen het meest tot de verbeelding heeft gesproken. Vóór het tijdperk van de lotto, de Win for life en de Euromillions was het de enige manier om plots rijk te worden zonder ervoor te werken! Geen wonder dat intriges rond een testament aan de basis lagen (liggen) van vele romans, films en tv-series. Het testament is én van alle tijden, én van alle leeftijden én van alle sociale klassen. En met het uitdagen van het noodlot, zoals sommigen beweren, heeft het absoluut niets te maken.

Dat de Nobelprijzen in 1896 door Alfred Nobel bij testament in het leven werden geroepen, is leuk. Maar ruim een eeuw later zijn er nog voldoende redenen voor een laatste wilsbeschikking: fiscaal-financiële én burgerrechtelijke!

1. U bepaalt wie wat krijgt

De regels van het erfrecht staan in het Burgerlijk Wetboek. Afwijken van deze burgerrechtelijke regels kunt u door middel van een testament. Zo kunt u de wettelijke erfvolgorde wijzigen, bepaalde erfgenamen bevoordelen, iets nalaten voor het goede doel,...

Let wel, dit kan maar voor zover u niet raakt aan de zogenaamde reserve van bepaalde erfgenamen (ouders, kinderen, kleinkinderen,...). Dit is het deel waar zij in elk geval recht op hebben. Hebt u geen reservataire erfgenamen, dan kunt u via testament uw hele vermogen nalaten aan wie u wilt.

Afwijken van de wettelijke erfvolgorde

Een testament laat in eerste instantie toe om af te wijken van de erfvolgorde zoals die door de wet is voorzien. Het testament vervult dan een corrigerende functie.

Stel: Jan is ongehuwd en kinderloos. Zijn beide ouders zijn overleden maar hij heeft wel twee zussen, Mia en Sandra, die op hun beurt elk één zoontje hebben, respectievelijk Sven en Nico. Jan is peter van Sven. Als Jan overlijdt, zal volgens het wettelijk erfrecht zijn nalatenschap volledig toekomen aan zijn zussen Mia en Sandra, elk voor de helft. Als Jan om affectieve redenen zijn hele nalatenschap in handen wil laten vallen van zijn neef en petekind Sven, dan kan hij dat d.m.v. een testament waarin hij Sven als algemeen legataris aanwijst. Zijn zussen hebben immers geen recht op een reservatair deel van de erfenis.

Bepaalde erfgenamen bevoordelen

Het is mogelijk de wettelijk uitgetekende erfvolgorde te respecteren en toch bepaalde erfgenamen meer te geven dan de andere. Diverse motieven kunnen hieraan ten grondslag liggen. We denken in eerste instantie aan billijkheidsoverwegingen.

Zo kunnen ouders tot de vaststelling komen dat het leven niet al hun kinderen even gunstig gezind is geweest. Dat een van hun kinderen zich, door een fysieke of mentale handicap, minder heeft kunnen ontplooien dan de andere, bijvoorbeeld. Via een testament kunnen de ouders dan de gelijkheid van kansen (gedeeltelijk) herstellen. Afgelopen zomer raakte bekend dat Joe Jagger, de vader van Rolling Stoneslegende Mick Jagger, aan laatstgenoemde geen cent heeft nagelaten toen hij op 93-jarige leeftijd aan een long-ontsteking stierf. Hij had namelijk besloten zijn volledige erfenis aan zijn jongere zoon Chris te geven. De reden: “Mick zwemt al in het geld terwijl de muziekcarrière van Chris nooit van de grond kwam.”

Een testament kan ook vanuit vergoedende bedoelingen ingegeven zijn, bijvoorbeeld als de ouder financieel wil compenseren dat een van de kinderen jarenlang in het familiebedrijf heeft meegewerkt zonder daar behoorlijk voor verloond te zijn geweest.

Minder fraai, maar toch mogelijk, is een bestraffend testament. Het kan gebeuren dat de contacten tussen een erflater en één van zijn erfgenamen vertroebeld of verzuurd zijn, waardoor de erflater via zijn laatste wil deze erfgenaam (deels) wenst te onterven.

De juiste goederen aan de juiste personen geven

Een testament kan opgesteld worden met de bedoeling welbepaalde goederen toe te wijzen aan welbepaalde, met naam genoemde erfgenamen. Zo’n zogenaamd stabiliserend testament en de daarin uitgewerkte verdeling van (bepaalde) erfgoederen onder de erfgenamen kan in heel wat gevallen familieruzies helpen voorkomen. Psycho- logisch zullen de erfgenamen immers een door vader of moeder opgelegde -dus duidelijk door de ouders gewilde- verdeling sneller aanvaarden dan wanneer deze buiten hen om en na hun overlijden tussen de kinderen moet tot stand worden gebracht. Dit kan ook nuttig zijn vanuit economische overwegingen, zoals de continuïteit van de familiezaak.

Een noodzaak voor ongehuwde samenwoners

Voor sommigen is de opmaak van een testament zonder meer een must wil er überhaupt van enige erfenis sprake zijn. Dit is met name het geval voor ongehuwde samenwoners. Feitelijke samenwoners (die geen verklaring van samenwoning hebben afgelegd bij de burgerlijke stand) erven krachtens de wet niets van mekaar. Zij zijn aangewezen op een testament (of andere technieken, zoals het beding van aanwas) om hun erfenis zelf te organiseren. Voor wettelijke samenwoners geldt sinds 18 mei 2007 een beperkt wettelijk erfrecht (zie Plus Magazine nr. 231, van oktober 2007, p. 91): zij erven het vruchtgebruik op de gezinswoning en de huisraad. Maar wie zijn partner meer wil nalaten dan dat, doet er goed aan een testament op te stellen.

Een nuttig instrument tussen echtgenoten

Echtgenoten hebben in principe minder behoefte aan een testament. Zij kunnen heel wat regelen via een huwelijkscontract of via zogenaamde contractuele erfstellingen. Dit laatste zijn wederkerige schenkingen via notarisakte van hun toekomstige erfgoederen. Toch kan een testament ook een manier zijn om mekaar extra te bevoordelen. Veel hangt af van de concrete gezinssituatie en het huwelijksstelsel.

Voorbeeld: Stel dat Anja en Bruno gehuwd zijn onder het wettelijk stelsel van gemeenschap van goederen (er is dus geen huwelijkscontract) en dat ze twee kinderen hebben. Als Anja van haar ouders een appartement erft dat verhuurd wordt, zal dit de dag dat ze overlijdt in principe slechts in vruchtgebruik toevallen aan Bruno en voor de blote eigendom aan de twee kinderen. Als Anja liever zou hebben dat dit appartement in volle eigendom aan Bruno toevalt, dan stelt ze het best een testament op.

Voor het goede doel

Alleenstaanden zonder erfgenamen doen er steeds goed aan een testament op te stellen en zo hun erfenis over te maken aan een goede vriend of vriendin of aan één of andere liefdadigheids-instelling. Doen ze dat niet, dan gaat hun erfenis naar de Belgische staat. Met dergelijke caritatieve testamenten kunt u alle kanten op. U kunt zonder problemen nalaten aan het goede doel dat het meest uw sympathie wegdraagt.

TIP Bent u op zoek naar een geschikte liefdadigheidsinstelling, dan kunt u gratis de Gids van Giften en Legaten bestellen bij France Edition, Pepingensesteenweg 147, 1600 Sint-Pieters-Leeuw, tel. 02 361 47 48. Of op het internet: www.giften-legaten.be

WEETJE Het is bovendien mogelijk de liefdadigheid te combineren met fiscale optimalisatie via de techniek van het duolegaat (zie p. xx).

Niet-patrimoniale schikkingen

Een testament hoeft niet uitsluitend bepalingen te bevatten die verband houden met het vermogen (het patrimonium) van de overledene. Zo is het perfect mogelijk via testament zijn persoonlijke wensen over de lijkbezorging tot uiting te brengen (begrafenis of crematie), instructies te geven in verband met de begrafenisplechtigheid, aan te geven hoeveel herdenkingsmissen u graag georganiseerd wilt zien, schikkingen te treffen inzake orgaanwegneming. Maar u kunt er ook gewoonweg ly- rische (levens)beschouwingen of praktische informatie ten behoeve van de nazaten in kwijt.

Houd er wel rekening mee dat de juridische afdwingbaarheid van dat soort testamentaire beschikkingen die het eigenlijke patrimonium overstijgen, vaak beperkt is. Vraag dat maar aan George Orwell zaliger. De Britse auteur van bestsellers als Nineteen Eighty-Four en Animal Farm had in zijn testament formeel verboden dat er na zijn dood biografieën zouden verschijnen. Toch is dat gebeurd.

2. U kunt voor-waarden aan de erfenis verbinden

Via een testament kunt u één, meerdere of soms zelfs al uw goederen nalaten aan wie u wilt. Maar u hebt bovendien het volste recht, daar bepaalde voorwaarden aan te verbinden. Op dit vlak zijn met name het zogenaamde testament met bewindsclausule en het restlegaat interessant.

Testament met bewindsclausule

Een oprechte bezorgdheid die menige (groot)ouder parten speelt wanneer hij/zij via testament iets wil nalaten aan jonge kinderen, is de zorg dat de nagelaten goederen goed zullen worden besteed. Sommige (groot)ouders gaan ervan uit dat hun (klein)kinderen pas een zekere volwassenheid en rijpheid om met geld om te gaan bereiken wanneer ze 27 geworden zijn, of 30, soms zelfs 40 jaar. De vraag is dan of de via testament nagelaten goederen niet kunnen toevertrouwd worden aan een derde, een vertrouwenpersoon die de opdracht krijgt de goederen in zijn naam en voor zijn rekening te beheren tot de jonge erfgenaam een bepaalde leeftijd heeft bereikt. Of dat deze vertrouwenspersoon de opdracht kan krijgen om het geërfde vermogen in stukjes vrij te geven, op bepaalde, vooraf in het testament vastgelegde, tijdstippen (bijvoorbeeld telkens 25% op de leeftijd van respectievelijk 25, 30, 35 en 40 jaar)?

De rechtsfiguur die aan deze wens voldoet, wordt de bewindsclausule genoemd. De beheerder of bewindvoerder wordt niet de eigenaar van de gelegateerde erfgoederen, dat is wel degelijk de erfgenaam-legataris. Maar het eigendomsrecht en de beschikkingsbevoegdheid worden van mekaar losgekoppeld. In het Nederlandse recht zit de figuur van het beschermingsbewind in de rechtstraditie ingebakken en is het bovendien uitvoerig wettelijk geregeld. In België liggen de zaken anders. Er bestaat namelijk geen wettelijk kader. Rechtspraak hierover is nagenoeg onbestaande en rechtsleer eerder schaars. Het is pas de jongste jaren, naar aanleiding van de toegenomen interesse voor successie- en estate-planning, dat hierover in de rechtsliteratuur standpunten worden ingenomen. Sommige auteurs stellen zich vragen over de geldigheid. Weet dus dat hierover het laatste woord nog niet gezegd is en dat de inlassing van dergelijke bewindsclausule aanleiding kan geven tot juridische discussies.

Het restlegaat

Dat een testament soms een instrument van postume machtsuitoefening kan zijn, een instrument dat toelaat als het ware bevelen te geven vanuit het graf, illustreert de techniek van het restlegaat. Deze techniek laat de erflater namelijk toe niet éénmaal maar tweemaal te bepalen aan wie de door hem nagelaten goederen (opvolgend) toekomen.

Hoe gaat dit in zijn werk? De testator vermaakt zijn erfgoederen (of een deel daarvan) aan een welbepaalde erfgenaam (de legataris), die ook de eerste begunstigde genoemd wordt (of de bezwaarde). Hij krijgt de goederen meteen en blijft er eigenaar van tot aan zijn eigen overlijden. Maar, bij het overlijden van die eerste begunstigde, gaat wat er rest niet naar zijn erfgenamen maar wel naar een welbepaalde persoon (de tweede begunstigde of de verwachter genoemd) die door de testator (de opsteller van het oorspronkelijke testament) werd aangeduid. De tweede begunstigde erft dus als het ware recht-streeks van de testator, maar in uitgesteld relais. Deze techniek wordt van oudsher gebruikt tussen kinderloze echtparen die op deze manier de eigen familie niet helemaal in de kou willen zetten. Hij kan ook gebruikt worden om erfgoederen in de eigen bloedlijn te houden en zodoende de schoonfamilie voor welbepaalde goederen schaakmat te zetten. Binnen vermogensplanningen wordt het restlegaat ook wel eens gebruikt door ouders met een gehandicapt kind die uiteindelijk diegene willen belonen die na hun dood met toewijding voor dat kind zorgt.

Ook fiscaal kan het restlegaat soms interessant zijn. De eerste begunstigde wordt onderworpen aan het successierecht, volgens het tarief in functie van zijn verwantschap met de testator, zoals bij een normaal legaat. Met de bijzondere beschikking van het restlegaat – de verplichting van de eerste begunstigde om wat overblijft over te maken aan de tweede begunstigde – wordt bij de waardering van het legaat geen rekening gehouden. Op het ogenblik van het overlijden van de eerste begun-stigde is een nieuw successierecht ver-schuldigd op wat er overblijft, door de persoon die de goederen in tweede orde verwerft (de tweede begunstigde). Het bijzondere is – en hierin schuilt de belastingbesparing – dat voor de bepaling van het tarief van deze tweede successie er rekening gehouden wordt met de verwantschapsband die bestaat tussen de oorspronkelijke testator en de tweede verkrijger. De graad van verwantschap tussen de eerste verkrijger en de tweede verkrijger blijft dus buiten beschouwing. Dit is bijvoorbeeld interessant voor ouders die op een fiscaalvriendelijke manier de overgang willen organiseren van de goederen die hun kinderloos kind van hen zal erven naar zijn broer en zussen!

WEETJE Bij de tweede successie wordt het successierecht berekend op de waarde van de goederen ten tijde van het overlijden van de eerste begun-stigde, maar volgens het tarief dat van toepassing was ten tijde van het overlijden van de oorspronkelijke testator. Zowel wettelijke tussentijdse tariefverhogingen als eventuele tariefverlagingen, blijven dus zonder invloed.

3. U kunt uw wil afdwingen

Bij vele mensen die een testament opmaken, zit de schrik erin dat benadeelde erfgenamen lastig zouden kunnen doen en dat is heel begrijpelijk. Het aantal familievetes dat na het verdelen van een erfenis ontstaan, is niet te tellen. Gelukkig bestaan er mogelijkheden om een rem te zetten op al te drieste reacties. Op die manier kan de testator gerust zijn dat zijn wil zoveel mogelijk zal worden gerespecteerd en dat zijn testament niet tot gerechtelijke procedures zal leiden.

n In het testament kan een zogenaamd strafbeding ingelast worden. Dit is een clausule waarbij de testator de erfenis-aanspraken van een erfgenaam beperkt of zelfs tenietdoet voor het geval deze erfgenaam het testament (of een deel ervan) niet uitvoert of betwist.

n Een andere mogelijkheid is de zogenaamde alternatieve beschikking. De erfgenaam krijgt dan in het testament de keuze tussen twee mogelijkheden.

In een eerste beschikking krijgt de erfgenaam een ruimer erfdeel dan wat hij krachtens het wettelijke erfrecht zou verwerven, weliswaar onder de verplichting om een welbepaalde voorwaarde, last of modaliteit te respecteren die uitdrukkelijk aan zijn legaat wordt gekoppeld.

In een tweede beschikking krijgt de erfgenaam een (kleiner) wettelijk erfdeel, maar dan vrij van opgelegde lasten. Kiest de erfgenaam voor de eerste be-schikking dan wordt hij als het ware beloond omdat hij de laatste wil van de testator respecteert.

4. U geeft minder aan de fiscus

Een testament is een handig instrument voor fiscale successieplanning. Bepaalde testamentaire technieken kunnen immers leiden tot een fikse belastingbesparing. Belangrijke voorbeelden daarvan zijn het zogenaamde verdeel-en-heerstestament en het duolegaat.

Het verdeel-en- heerstestament (divide et impera)

We inspireren ons hier op de Romeinse staatsman, Julius Caesar, die ettelijke successen boekte met zijn divide-et-imperapolitiek. De term sluit perfect aan bij wat beoogd wordt via dit soort testament. We weten immers dat de tarieven van de successierechten progressief zijn. Dit wil zeggen dat hoe hoger het geërfde bedrag is, hoe hoger het percentage successierechten dat de erfgenamen zullen moeten betalen. De oplossing is dan ook eenvoudig. We snijden de erfenistaart in zoveel mogelijk kleinere stukjes door ze onder zoveel mogelijk gegadigden te verdelen. Daardoor krijgen ze weliswaar elk een kleiner stuk maar de kans op een fiscale indigestie is ook kleiner. De berekening van de successierechten herbegint immers telkens bij de laagste schijf.

VOORBEELD Stel dat een bemiddelde weduwe in Vlaanderen woont en een roerend vermogen van euro 900.000 heeft. Ze heeft drie kinderen: An, Peter en Stijn. Elk van hen heeft op zijn beurt kinderen. An heeft er drie, Peter één en Stijn twee. Er zijn dus in totaal zes kleinkinderen. Even vergelijken:

n Successierechten als er geen verdeel-en-heerstestament is.

Indien deze nalatenschap volgens het wettelijk erfrecht verloopt, erven An, Peter en Stijn elk één derde van de nalatenschap, hetzij elk euro 300.000.

Elk van hen betaalt hierop euro 33.000 successierechten.

Het totaal van de verschuldigde successierechten is dan: euro 99.000.

n Successierechten als er wel een verdeel-en-heerstestament is.

Stel dat de weduwe een testament heeft opgesteld waarin ze per kindsstaak een gelijk deel (namelijk één derde) van haar vermogen toevertrouwt, verdeelbaar in gelijke delen onder het kind en de kleinkinderen van die staak.

Dan zal de familiestaak die bestaat uit An en haar drie kinderen samen euro 300.000 ontvangen, of elk euro75.000. Hierop betalen An en haar drie kinderen elk euro 3750 successierechten of samen euro 15.000.

Ook Peter en zijn kind krijgen samen euro 300.000, te verdelen onder hen beiden zodat elk euro150.000 ontvangt. Zij betalen hierop beiden euro10.500 of samen euro 21.000 successierechten.

De staak van Stijn en zijn twee kinderen krijgt eveneens euro 300.000, elk dus euro 100.000. De successierechten bedragen 3 x euro 6000 = samen euro18.000.

In totaal betalen de drie kindsstaken samen euro 54.000 successierechten (15.000 + 21.000 + 18.000). Door een verdeel-en-heerstestament op te stellen, heeft onze weduwe haar erfgenamen dus een cadeautje gedaan van:

euro 99.000 – 54.000 = euro 45.000!

Het duolegaat

Misschien wenst u één of meer specifieke goederen na te laten aan een goede vriend(in) of uw favoriete nichtje, en daarnaast ook iets aan een goed doel of een liefdadigheidsinstelling. Zonder testament is het zeer de vraag of het gewenste effect wel bereikt wordt. Vergeet niet dat erfgenamen die geen enkele familieband met de overledene hebben, in het successierecht belast worden tegen het (hoge) tarief voor vreemden.

In dit specifieke geval biedt de techniek van het duolegaat echter een prima uitkomst. Het principe is, dat u de som die u oorspronkelijk aan uw favoriete nichtje wou geven, verdeelt over uw nichtje – dat een legaat vrij van successierechten krijgt, gewoon omdat u het zelf zo stipuleert in uw testament! – en de organisatie die u wilt steunen. Uw nichtje betaalt dan helemaal geen successierechten, de organisatie betaalt de successierechten die uw nichtje had moeten betalen plus een verlaagd percentage op haar eigen deel. In totaal maakt iedereen op deze manier winst, behalve de fiscus...

Meer uitleg over het duolegaat en een concreet uitgewerkt voorbeeld vindt u in Plus Magazine nr. 211 van december 2005, p. 72. n

Eric Spruyt, notaris en prof. Fiscale Hogeschool (EHSAL), Brussel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content