200 x Chagall

De Koninklijke Musea voor Schone Kunsten in Brussel zetten hun traditie van grote retrospectieven verder. In het voorjaar is Marc Chagall (1887-1985) aan de beurt, de Franse schilder van Joods Wit-Russische komaf.

Tweehonderd werken bieden een volledig overzicht van de carrière van Marc Chagall, van 1908 tot zijn laatste realisaties in 1985. Daaronder enkele meesterwerken, zoals Verzoeking (1912), De Wandeling (1917-1918, foto onder), Koe met Parasol (1946, foto links) en de studie voor de plafondschildering van de Opéra Garnier (1964) in Parijs. Ze zijn afkomstig uit 20 musea van over de hele wereld. “Zelf hebben wij hier een zestal werken in bezit”, zegt Samir Al-Haddad, persverantwoordelijke van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten. “Vandaar het idee om een grote retrospectieve aan Marc Chagall te wijden. Zo plaatsen we ook onze eigen collectie in de kijker, waaronder topstukken als Ik en het dorp (1911) en Ik, Marc Chagall (1928). Dit is een mooie gelegenheid om ze te bewonderen, door plaatsgebrek worden ze niet altijd tentoongesteld.”

Russische roots

De tentoonstelling is eenvoudig thematisch en chronologisch opgebouwd, aldus Al-Haddad. Een belangrijk thema in Chagalls oeuvre is zijn band met de Hebreeuwse cultuur en de Joodse volkstradities. “We schenken speciale aandacht aan zijn Russische periode. Het was toen dat de kunstenaar een heel persoonlijke stijl ontwikkelde – een combinatie van fauvisme, kubisme en expressionisme – en dat zijn roots belangrijk werden in zijn oeuvre.”

Amper 20 is Chagall, wanneer hij in 1908 vanuit zijn geboorteregio Vitebsk naar Parijs trekt. Maar zes jaar later, in 1914, keert hij terug om met Bella Rosenfeld te trouwen. Hij kan niet terug naar Parijs omdat de Eerste Wereldoorlog is uitgebroken en brengt dus opnieuw een aantal jaren in Wit-Rusland door. In Vitebsk duiken de Joodse samenleving, zijn geboortehuis, zijn ouders, broers, zussen – kortom alle mensen en dingen uit zijn kindertijd – opnieuw op. Zijn Joodse roots worden vanaf dat moment belangrijk in zijn artistieke productie. Een na een verschijnen grote portretten van oude Joden en versies van de Wandelende Jood. Hij neemt bijbelteksten en Hebreeuwse zinnen op. In alle grote schilderijen uit deze periode beeldt hij ook vaak verliefde stellen af en domineert de figuur van Bella.

Nieuwe start

In 1922 verlaat Chagall met zijn vrouw Bella en dochter Ida Rusland definitief en neemt hij een nieuwe start in Parijs. Hij ontdekt de schoonheid van de Franse landschappen en illustreert de fabels van de La Fontaine. Maar zijn verblijf is van relatief korte duur, want tijdens de Tweede Wereldoorlog moet hij vluchten naar de VS. Pas in 1945 keert hij voorgoed naar zijn tweede vaderland terug. De plafondschilderingen in de beroemde Opéra Garnier in Parijs dateren uit die periode.

Marc Chagall. Retrospectieve. Van 28/2 tot 28/6 in de Musea voor Schone Kunsten, Regentschapstraat 3, Brussel. Di-vr, 10-17 u., za-zo, 11-18 u. www.fine-arts-museum.be

ANN HEYLENS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content