10 misverstanden over Warschau

Als citytrip is Warschau zelden bij de favoriete bestemmingen. Nochtans maakt een bezoek al snel brandhout van de hardnekkigste misverstanden over de Poolse hoofdstad.

1 Saai, zeg je?

Helemaal niet! Als er een stad is met een spannende geschiedenis, dan is het Warschau wel. In april 1943 was de Poolse hoofdstad het decor van de wanhopige opstand van het joodse getto tegen de nazi’s, onderwerp van talloze films en boeken. Het verhaal van de tweede rebellie tegen de Duitse bezetters door de inwoners van Warschau is minder gekend, maar even aangrijpend.

Op 1 augustus 1944 startte de poging van het Poolse verzet om de stad op de Duitsers te heroveren, met de massale medewerking van de burgers van Warschau. Met buitgemaakte en zelf gefabriceerde wapens hielden ze 63 dagen lang stand tegen tanks en bombardementen, vlammenwerpers, granaten en wreedheden. In het Muzeum Powstania Warszawskiego (Warsaw Rising Museum) worden alle middelen ingezet om je de gruwel, angst, moed en dreiging in die wrange episode aan den lijve te doen voelen.

Niets te beleven, denk je? 2

Dan heb je het verkeerd voor. Woedend omdat de inwoners van Warschau het waagden in opstand te komen, beval Hitler zijn leger de stad tot een punt op de landkaart te herleiden. Het Duitse leger voerde dat bevel nauwgezet uit met tanks, springstof en bombardementen, tot geen gebouw in Warschau nog heel was en de inwoners in de riolen moesten onderduiken om te overleven.

Vandaag staat de stad vol monumenten en gedenkplaten die haar rijke geschiedenis tot leven wekken. Daaronder twee van maarschalk Pilsudski, die in 1918 van Polen weer een onafhankelijke staat maakte, verschillende standbeelden die de opstanden tegen de Duitsers in herinnering brengen, eentje van de voormalige Amerikaanse president/acteur Ronald Reagan, en natuurlijk het indrukwekkende Chopinstandbeeld in het Lazienkipark.

3 Architecturaal oninteressant?

Dat valt te bezien. Na de oorlog werden de belangrijkste blikvangers van de stad nauwgezet gereconstrueerd, op basis van bewaard gebleven plannen, oude foto’s én schilderijen van Canaletto. Hier en daar vind je voor zo’n gebouw een kubus met een weergave van het schilderij dat als inspiratie voor de heropbouw diende.

Er zijn na de oorlog ook bijzondere gebouwen bijgekomen. Meest opvallend is het door nogal wat inwoners verfoeide – want een cadeautje van Stalin – Paleis van Cultuur en Wetenschap. De bombastische kolos telt meer dan 3.000 kamers en huisvest onder meer vier theaters, een bioscoop, bibliotheken, een infopunt voor toeristen en een terras met uitzicht op Warschau. Of je het nu mooi of lelijk vindt, het is in ieder geval imposant, met een groot Harry Pottergehalte.

Nog nieuwer zijn het Nationaal Stadion, opgetrokken voor het EK Voetbal van 2012 en het Museum of the History of Polish Jews, dat deze zomer zijn permanente tentoonstelling ontsloten heeft. De architect koos voor een combinatie van hypermodern design met sterk symbolische elementen.

Prof. Barbara Kirshenblatt-Gimblett, die de collectie samenstelde, vat kernachtig het waarom van het museum, gelegen tegenover het monument ter nagedachtenis van de joodse strijders van het getto van Warschau, samen: “Het monument aan de overkant geeft weer hoe de Joden stierven, dit museum wil tonen hoe ze leefden.” Een van de highlights is de houten synagoge die in het museum gereconstrueerd werd.

4 Cultureel braakland?

Warschau is lang geen cultureel niemandsland. Het is de stad waar het hart van Chopin begraven ligt (in de Heilig Kruiskerk) en dat moet je niet alleen letterlijk nemen. Frédéric Chopin had dan wel de Franse achternaam van zijn vader, zijn moeder was Poolse en de componist is geboren en getogen in Warschau. Zijn leven en werk vormen dan ook een rode draad doorheen de stad.

Er is een museum aan hem gewijd, ’s zomers kan je elke zondag genieten van een gratis concert bij zijn standbeeld in het Lazienkipark en – heel leuk – op alle plekken in Warschau die belangrijk voor hem waren, staan zitbanken die niet alleen meer uitleg geven over de betekenis van die plek (de QR code ter plaatse levert nog meer info), maar ook werk van hem spelen, als je op de play-knop drukt.

Grauw en grijs, vind je? 5

Dat moeten we ontkrachten! Een vierde van de oppervlakte bestaat uit groen: bomen langs de straten en vooral heel mooie parken. Je bent er in het gezelschap van joggers en wandelaars, maar ook van pauwen, eendjes en brutale eekhoorntjes!

6 Deprimerend?

Dat wordt van veel steden in het voormalige Oostblok gezegd. Maar het oude stadscentrum van Warschau – het Stare Miasto – is door de Unesco tot Werelderfgoed uitgeroepen en dat is best bijzonder. Want het is niet écht oud. Het werd minutieus heropgebouwd na de verwoestingen van WOII. Op de markt zijn de oude gevelschilderingen in eer hersteld, de straatjes en steegjes ademen gezelligheid uit.

Nergens lekker tafelen? 7

Dat de Poolse keuken zwaar is, klopt niet: we hebben ontzettend lekker gegeten. In het eerste Poolse restaurant met een Michelinster, Atelier Amaro, bijvoorbeeld, waar chef Wojciech Modest Amaro er een erezaak van maakt om typisch Poolse ingrediënten van hoge kwaliteit ultiem tot hun recht te laten komen. Verbluffend en met een menu van om en bij de 200 zloty (ongeveer €48) democratisch voor een sterrenzaak. Geen wonder dat je tot drie maanden vooraf moet reserveren. Ook de andere toprestaurants van Warschau – Belvedere, Platter, U Fukiera, Tamka43,... – moeten in niets onderdoen voor de goede restaurants in ons land.

Je lust geen wodka? 8

Polen zijn niet meteen wijnbouwers en in het algemeen ook geen echte wijndrinkers. Ze houden het vaker bij bier, maar dé nationale drank is natuurlijk wodka. Net zoals de ene wijn de andere niet is, is er ook wodka en wodka. Echte wodka wordt gemaakt van tarwe, rogge of aardappelen, en naargelang de kwaliteit van de ingrediënten varieert ook de kwaliteit van de drank. Een bezoek aan Warschau is dus een uitgelezen moment om wodka te leren appreciëren: puur, met een van de talloze aroma’s (van framboos tot peper) of – populair bij de Polen – met appelsap.

Geen modecultuur? 9

Vergeet de vooroordelen over hoe de Polen zich kleden en ga een kijkje nemen in de winkeltjes in Ulica Mokotowska. Die hippe wijk is de plaats bij uitstek om de collecties van Poolse ontwerpers te ontdekken. Al klinken hun namen onbekend, hun stijlvolle creaties spreken voor zich. “Wat? Jullie komen uit het land van de Antwerpse Zes en Dries Van Noten en kunnen toch nog interesse opbrengen voor de Poolse mode?”, lacht Monika Zalewska, die ons in haar spectaculair vormgegeven Laura Boutique wegwijs maakt in de Poolse modewereld. We kijken verlekkerd naar schoenen van Dominika Nowak en gaan verder op verkenning, dapper weerstand biedend aan grote verleidingen, in de vorm van bijvoorbeeld de handtassen van Lilou. Het helpt niet echt dat de prijzen erg redelijk zijn...

Te ver weg? 10

Warschau is juist verrassend dichtbij: met het vliegtuig doe je er een tweetal uurtjes over en zowel vanuit Zaventem, Charleroi als Eindhoven zijn er rechtstreekse vluchten. Met de auto kan het in 12 uur, Warschau ligt 1.300km van Brussel verwijderd.

Praktisch

Info over Warschau en Polen vind je op www.poland.travel/nl-be of bij het Pools Informatiebureau voor Toerisme, Renaissancelaan 20, bus 25,1000 Brussel, 02 740 06 20.

Ariane De Borger

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content