© GETTYIMAGES

Partner met pensioen, nieuwe start voor je relatie

Help, mijn partner gaat met pensioen! Paniek om die nieuwe fase in een relatie is niet abnormaal. Met wat geduld en een dosis nieuwsgierigheid, kan het een nieuwe start betekenen voor je relatie.

Je huivert bij de gedachte dat jullie leven nog slechts zal bestaan uit fietstochtjes en terrasjes met z’n tweetjes. Je vreest dat je partner zich nu zal bemoeien met hoe jij het huishouden runt. Of dat hij/zij de rol als grootouder ten volle zal willen opnemen en de kleinkinderen dagelijks over de vloer zullen komen. En waar moeten jullie voortaan de hele dag over praten? Het zijn doembeelden die de kop opsteken wanneer je partner of jullie beiden met pensioen gaan.

“Een pensionering is een serieuze verandering in je leven en heeft een weerslag op je relatie. Je maakt als koppel een nieuwe bewustzijnsfase door: je wordt je bewust van je eigen verantwoordelijkheid, net zoals wanneer je kinderen krijgt of wanneer je partner ziek wordt”, verduidelijkt psycholoog en relatietherapeut Kries Van Damme.

Ik ben mijn job

De grootste angst die mensen ervaren wanneer ze met pensioen gaan, is dat ze hun identiteit zullen verliezen. “Sommigen identificeren zich volledig met hun job: Ik ben Piet of Marie en ik ben advocaat. Wanneer dat wegvalt, valt ook de zin van hun leven weg. En het vergt dan heel veel om een nieuwe identiteit te vormen”, ervaart Kries Van Damme.

Maar ook het wegvallen van een job waarbij je mensen moet aansturen of verantwoordelijkheid moet opnemen, kan voor existentiële onrust zorgen. “Thuis beland je in een compleet andere positie. Je stelt je de vraag: wie ben ik nu nog? Wie ben ik voor mezelf? Maar ook: wat beteken ik nog voor mijn partner? Je bent bang dat je sociale positie verandert. Dat je omgeving je anders gaat bekijken. En soms gebeurt dat ook. Misschien voelde je partner zich goed in de rol van vrouw/man van de advocaat en moet die nu ook haar/zijn zelfbeeld en het beeld van de partner bijstellen.”

Klein bedrijfje

Zolang jij of jullie beiden werken, wordt jullie gezin vaak gerund als een klein bedrijfje: jij brengt de kleinkinderen naar school, je partner gaat ze halen en zorgt voor het eten. Op dinsdag ga jij naar de yogales, woensdag en vrijdag gaat je partner tennissen, zaterdag komen de kinderen eten... Kries Van Damme: “Als gezin maak je doorgaans veel praktische afspraken. Zolang de agenda vol zit, gaat het goed. Maar eens je met pensioen gaat, verandert die tijdsinvulling. Je kijkt naar elkaar en beseft dat je elkaar onderweg wat verloren bent. Er is heel veel veranderd sinds de dag waarop jullie mekaar hebben beloofd om samen door het leven te gaan. Eigenlijk vraagt het pensioen om bewust een nieuw engagement uit te spreken. Want er is veel gebeurd tussen die eerste trouwbelofte en je pensioen. Een van jullie heeft misschien gezondheidsproblemen, je bent een dierbare verloren, of je hebt al verschillende partners gehad. Hoe jullie daar samen in het verleden mee omgegaan zijn, kan helpen in deze nieuwe levensfase.”

Verschillen toelaten

Kries Van Damme ziet twee grote lijnen wanneer het om die nieuwe invulling gaat. “Je hebt mensen die willen versmelten met hun partner en alles samen willen doen. En je hebt er die zeggen: ik heb mij al die jaren ingezet voor mijn werk en mijn gezin, nu wil ik me-time.” Die eerste keuze kan een veilig gevoel geven, of net heel verstikkend werken. De tweede kan de angst voeden dat jullie verder van elkaar zullen afdrijven. “Je hebt natuurlijk ook koppels die elkaar echt terugvinden wanneer ze met pensioen gaan. De uitdaging is: beseffen dat jullie allebei wat op een eigen spoor hebben gereden en dat het interessant kan zijn om die sporen weer een beetje naar elkaar toe te brengen.”

Dat naar elkaar toewerken, kan wel voor spanningen en botsingen zorgen. Er kunnen immers veel zaken (opnieuw) de kop opsteken eens je met pensioen bent. Financieel moet je het vaak met (veel) minder doen. Misschien wil je partner nu eindelijk die luxueuze mobilhome kopen om Europa mee rond te trekken, terwijl jij de spaarrekening niet wil plunderen en voldoende reserve wil hebben ‘voor als jullie ziek zouden worden’.

Ook seksualiteit kunnen jullie anders beleven. De ene heeft weer meer zin in intimiteit en seksualiteit nu de stress van het werk wegvalt, terwijl dat voor de andere niet meer per se zo hoeft. Wat niet wil zeggen dat er niet net meer verlangen is naar intimiteit, gezellig samenzijn, kleine lichamelijke signalen. “In een gezonde, evenwichtige relatie zie je deze verschillen als gelijkwaardig en wil je niet vechten voor je eigen gelijk.”

Toegeven dat jullie uit elkaar zijn gegroeid, is een belangrijke eerste stap om mekaar terug te vinden. Beseffen dat jullie misschien anders denken over bepaalde zaken en daarover praten met elkaar, is de volgende stap. “We hebben nogal snel de neiging om ons eigen leven én dat van onze partner te willen invullen. Zeker als we met pensioen zijn”, merkt de relatietherapeut. “Nu je man thuis is, wil je dat hij de tuin aanpakt. Of hij had toch eens gezegd dat hij meer wou gaan vissen met vrienden? Dat kan hij nu doen. Of nog: je koopt een hele stapel boeken voor je vrouw zodat ze eindelijk nog eens wat leest. Maar dat is nu net wat je als kersvers gepensioneerde niet meer wil: bevelen opvolgen, doen wat anderen willen.”

Wat je volgens Kries Van Damme wel moet doen, is vragen waarom je partner bepaalde dingen wel of niet wil ondernemen, ook al druist dat in tegen het beeld dat je van hem/haar had. “Vraag waarom je vrouw niet zo graag meer leest of waarom je man plots wil gaan golven. Nieuwsgierig zijn naar elkaar is erg belangrijk. Elkaar steeds als nieuw ontmoeten, opent nieuwe mogelijkheden voor je relatie.”

Er elk verschillende hobby’s en vrienden op nahouden, kan ook helpen om geïnteresseerd te blijven in elkaar. Jullie brengen elk jullie eigen verhalen mee naar huis en laten zo een frisse wind waaien door jullie relatie.

Leer luisteren en je gevoelens uiten

Met pensioen gaan gaat vaak gepaard met gevoelens van frustratie en onzekerheid, maar je slaagt er niet altijd in die gevoelens goed te verwoorden of te begrijpen. Beter naar elkaar luisteren kan bijdragen tot wederzijds begrip. Herhaal daarom wat je partner je vertelt en ga na of je het correct begrepen hebt. Maak ook duidelijk waar je je in kan vinden, wat je herkent bij jezelf. En zeg waarin je verschilt en vraag hoe dat bij je partner overkomt.

A: ‘Ik ben bang dat mijn leven nu eentonig gaat worden’.

B: ‘Heb je geen zin meer in het leven? Of maak je je eerder zorgen over wat je nog betekent?’

A: ‘Ik ben bang dat ik niet meer belangrijk zal zijn voor de maatschappij’.

B: ‘Jij bent bang niet meer mee te tellen voor de samenleving, terwijl ik net blij ben dat je meer thuis bent en ik hoop dat we samen een nieuwe weg inslaan, die ons terug dat gevoel kan geven zinvol bezig te zijn’.

Stilstaan bij frustraties

De moeilijkste periode is wellicht wanneer je partner vroeger met pensioen gaat. Jij komt thuis na een drukke werkdag en merkt dat er nog niets in het huishouden is gedaan: de was is nog niet opgehangen, het gras staat een halve meter hoog en er moet nog eten worden gekocht. Terwijl je partner doodleuk vertelt dat hij/zij gaan fietsen is met vrienden en achteraf nog gezellig een terrasje heeft gedaan. Of omgekeerd: je partner met pensioen neemt alle huishoudelijke taken over waardoor de was anders ruikt, het eten anders smaakt, jullie bijpraatmoment tijdens de afwas wegvalt,... en jij je niet langer thuis voelt.

“Dat kan voor frustraties zorgen. Maar in plaats van je partner verwijten te maken, sta je beter stil bij je eigen frustraties. Wat vertellen die irritaties over jou en je leven? In het geval van de fietstocht, kan je zeggen: ik hoor dat jij een leuke dag hebt gehad en dat is fijn. Zelf heb ik het er moeilijk mee dat als ik ’s avonds moe thuiskom, jij nog niet gekookt hebt. Dan weet je partner wat je belangrijk vindt en kan hij of zij daar in het vervolg rekening mee houden. Dat is liefde.”

“Je moet je kwetsbaar durven opstellen. Zeg elkaar hoe jij die periode ervaart, wat je mist, waar je het moeilijk mee hebt en vraag je partner hoe die zich daarbij voelt. Zo kom je weer dichter tot elkaar. Soms weet je niet meer wat je zelf voelt en wilt, omdat je het zo gewoon bent om te beantwoorden aan wat anderen willen. Tot je geconfronteerd wordt met frustraties en boosheid. Als je met pensioen bent, word je daar extra met de neus op gedrukt, omdat je geen vluchtwegen meer hebt. Je kan niet meer vluchten in je werk of je hart eens luchten bij je collega’s. Het is ook een gevaarlijke periode om je gevoelens te stillen met alcohol, slaappillen, kalmeermiddelen, antidepressiva,...”

Nieuw begin

Toch vindt de psychologe het geen goed idee om je pensioen tot in de puntjes voor te bereiden en je in te schrijven bij allerhande verenigingen en hobbyclubs. “Het is belangrijk dat je naast je werk nog andere interesses hebt, maar vul de leegte die op je afkomt na je pensioen ook niet meteen helemaal in. Dan zit je weer in hetzelfde schuitje als toen je nog werkte. Denk vooral niet dat je voorbereid bent op je pensioen, want dan krijg je de grootste mentale klappen. Je kan je niet voorbereiden op zulke grote veranderingen in je leven. Neem de tijd om te achterhalen wat je wil doen in deze nieuwe levensfase. En geef je partner ook de tijd om die overgang te maken. Zie het pensioen niet als de laatste levensfase of de laatste kans, maar eerder als een nieuw begin.”

Linda en haar partner kregen een wake-upcall

“Toen ik met pensioen ging, vroeg mijn partner me ge- regeld of het wel ging, of ik het gewoon kon worden, wat ik die dag had gedaan. Ik vond dat vreemd, want mijn nieuwe levensfase beviel me wonderwel. Zelf werk-te hij nog volop, hoewel hij de pensioenleeftijd al heeft bereikt. Hij doet zijn job ontzettend graag en dacht he- lemaal niet aan stoppen. Maar corona stak daar een stokje voor. Hij werd, samen met anderen, ontslagen. Zijn wereld stortte in. Hij miste zijn werk en de structuur. Hij had ook nog nooit nagedacht over wat hij zou doen eens met pensioen. Hij werd depressief, zat maar te roken in de sofa, sliep veel, liep wat te lummelen. Ik schoot in paniek. Ook ik voelde me slecht. Ik was mijn ruimte kwijt, mijn vrijheid. Ik ergerde me: hoe kunnen we samenleven, vroeg ik me af.”

“Medicatie tegen zwaarmoedige gedachten en een babbel met een therapeut brachten wat soelaas. Maar alles klaarde pas echt op toen mijn partner toch weer aan de slag kon. Hij voelde zich weer het mannetje en ik kreeg weer meer ruimte. Het gaat goed met hem. Hij let meer op zijn gezondheid, houdt rekening met zijn lichaam, neemt rust. Maar vooral: hij denkt aan la- ter, aan stilaan minderen, zelfs stoppen met werken, aan hoe hij de tijd die vrijkomt zinvol kan invullen. We praten er ook over: hoe gaan we dit samen rooien? Ik heb behoefte aan ruimte, hij wil zinvol bezig blijven. Maar we hebben beslist om ook samen dingen te doen. Al zal dat wellicht met vallen en opstaan zijn.”

Partner Content