© G.F.

Nici French: ‘We verrassen elkaar nog elke dag’

Bij het Britse schrijversechtpaar Nicci Gerrard en Sean French is 1+1 geen 2, maar 3. Die derde persoon is hun wereldberoemde alter ego, psychologische thrillerschrijver Nicci French.

Dit schrijversduo praat graag over zijn werk, ook al moet het deze keer voor het scherm in hun huis in Suffolk. Sinds de lockdown weten we allemaal hoe het voelt om van onze vrijheid beroofd te zijn. Maar In Hechtenis, hun nieuwe roman, gaat over hoe het is om écht gevangen te zitten, zoals Tabitha die terechtstaat voor de moord op haar buurman. Ze is overtuigd van haar onschuld, maar wordt door niemand geloofd.

Wilden jullie een goed verhaal of een boodschap brengen?

Sean: Je kan dat niet scheiden. We zijn gestart met de idee een misdaad op te lossen vanuit de gevangenis. Vooraf hebben we veel gepraat met gevangenen. We wilden tonen hoe vreselijk en wreedaardig het leven in de cel kan zijn.

Nicci: Goeie verhalen zijn nooit zomaar verhalen. Want dan zijn ze niet goed. Het leven van Tabitha moest pijnlijk zijn. We wilden ontdekken hoe ze zichzelf zou bevrijden, welke emoties dat meebrengt. Ze is eenzaam, klein, koppig en al voor de beschuldiging zat ze in de eenzame opsluiting van haar eigen hoofd.

S: De meesten onder ons leiden een geordend leven. Toch is er altijd onderliggende angst. Want de dingen kunnen snel verkeerd lopen. In Londen wonen we in een mooie buurt. Maar op minder dan 100 m ligt de Pentonville-gevangenis, een van de beruchtste van Londen, met drugs, geweld, overbevolking. Zo dichtbij, maar doorgaans sluiten we dat mentaal buiten. In ons boek tonen we hoe het daarbinnen aan toe gaat.

N: In een gevangenis valt elke deur waar je door gaat meteen achter je in slot. Je voelt onmiddellijk fysiek dat je opgesloten wordt. Ik vond dat zeer beklemmend en beangstigend. Sommige mensen vinden gevangenissen te luxueus. Maar na nog geen tien minuten binnen besef je al hoe verschrikkelijk het is. Mensen zitten er echt heel dicht op mekaar.

Was dat de reden voor het schrijven van dit boek?

S: Het thema is vooral de strijd van hoofdpersonage Tabitha. Ze is een emotioneel wrak, een totaal gebroken vrouw, die haar leven weer moet opbouwen, dat is het echte thema.

N: Ze breekt uit haar mentale isolatie door af te dalen in haar geheugen en verleden, ze bezoekt plaatsen in haar eigen hoofd.

Ze is onaantrekkelijk, een outsider. Hoe identificeer je je met zo’n personage?

N: Ze is wel aantrekkelijk! Ze is gewoon anders. Ze haat zichzelf. Hebben wij iets gemeen met Tabitha? We schrijven over mensen die op zichzelf aangewezen zijn. We kunnen mekaar in dit leven wel helpen, maar finaal staan we alleen. Iedereen herkent zich een beetje in Tabitha. Ik denk dat we allemaal wel de rauwe gevoelens kennen van zelfhaat, eenzaamheid. We weten af en toe hoe het voelt om onze eigen grootste vijand te zijn.

S: Waar we ons sterk mee identificeren bij Tabitha is: als je diep in de problemen zit, wie van je vrienden zal je geloven, helpen?

N: We schrapen graag de oppervlakkige laag van het leven. Het draait niet om grote geheimen blootleggen, maar om de keerzijde van het leven. Niet om wat anderen over jou te weten komen, maar om wat je over jezelf ontdekt.

Jullie hoofdfiguren zijn bijna altijd sterke vrouwen. Een statement?

N: Absoluut! Ik ben een feminist tot in mijn diepste vezels. Ik ben daarmee opgegroeid, het is hoe ik denk over mezelf en de wereld. Vrouwen worden niet gered door mannen. Ze moeten zichzelf redden. Doorheen het hele werk van Nicci French is dat een sterke rode draad.

S: Vaak draait het in fictie om de vrouw die in de problemen zit, maar wanneer ze de juiste man ontmoet, alles goed komt. Dat willen we niet. Omdat het ook meestal niet zo gaat. Maar het is niet zo dat onze vrouwelijke personages goed zijn en de mannelijke slecht. In dit verhaal is de gevangenisdirecteur een vrouw en niet bepaald een fijn mens.

Autoriteit in vraag stellen is een ander weerkerend thema.

S: In veel verhalen heb je een superrechercheur die alles doorziet, oplost en redding brengt. Onze research heeft ons geleerd dat politiemensen zijn zoals iedereen: niet per definitie te vertrouwen en ook niet altijd goed in hun job.

N: Een persoon die zich verzet tegen het establishment levert stof voor drama op. Dat is wat ons als schrijvers interesseert. In het echte leven zijn we redelijk gezagsgetrouw, denk ik ( lacht). Sean is gehoorzamer dan ik. Wij zouden nooit zeggen: vermijd de politie en probeer de misdaad zelf op te lossen.

Jullie schrijven samen. Dat is ongewoon. Wat is jullie werkmethode?

N: Methode is niet het juiste woord ( lacht). Het is meer een chaotisch proces. De eerste weken en maanden praten we veel, aan de keukentafel, tijdens lange wandelingen: waarom willen we dit boek schrijven, waar gaat het heen, wie zijn de personages? Schrijven doen we elk apart.

S: Ik trek naar mijn schuur in de tuin. Wanneer ik een hoofdstuk klaar heb, stuur ik het naar Nicci. Zij kan aanpassingen doen, gaat verder met schrijven en mailt dan weer haar hoofdstuk naar mij. Weet je, telkens wanneer ik mezelf dit hoor vertellen, denk ik, o dit kan eigenlijk niet werken ( lacht).

Zijn jullie het altijd eens over hoe het boek moet lopen?

S: In de eerste fase moeten we het eens worden over de basisidee waarmee we een jaar lang aan de slag gaan. Als een van beiden iets niet goed vindt, gooien we het eruit. We ruziën niet, het is geen gevecht om macht. We ruziën wel ( lacht), maar niet over onze boeken.

N: Er is een fundamenteel vertrouwen. We hebben samen een idee over wie onze personages zijn, maar het is pas bij het schrijven dat we ontdekken hoe ze reageren, denken en wat het betekent om in hun bewustzijn te vertoeven.

Zit de hele verhaallijn van meet af aan in jullie hoofd?

N: In een basisversie. We kennen het begin, weten waar we naartoe willen, hoe het eindigt en waarom we het schrijven. Maar soms neemt het schrijven je mee in andere richtingen.

S: We hebben die mix van structuur en vrijheid nodig.

Wat is het voordeel van samen schrijven?

S & N: Het zou veel makkelijker zijn om alleen te schrijven! En minder tijd kosten. Er moet dus wel een groot voordeel zijn om dat te compenseren. En dat is er.

N: Elk afzonderlijk kunnen we niet schrijven zoals Nicci French dat kan. Het is een mysterie, we kunnen dat niet uitleggen. Nicci French is een derde persoon die wij gecreëerd hebben. Ze is niet een beetje van hem of een beetje van mij. Ze is onze schrijvende derde persoon, via wie we de wereld waarin we leven, de dingen die ons bang maken en fascineren, verkennen.

S: Er is ook een praktisch voordeel. Je kan steeds bij mekaar aftoetsen of dingen wel werken.

Zitten er altijd nieuwe verhalen klaar?

S: We hebben het gevoel dat als je in een gezin leeft, de inspiratie nooit stopt. Onze verhalen komen vaak voort uit onze gesprekken over de actualiteit, politiek, boeken, de tuin. Wat als dit zou gebeuren? Of dat? Haast elke ervaring is inspiratie. We schrijven over alledaagse dingen, intieme angsten.

N: Het is gewoon beangstigend om mens te zijn. Wat doen mensen mekaar aan? Hoe wordt liefde haat? Wat betekent het jaloers te zijn, intens verdriet te hebben, angst te voelen? We schrijven over de kleine dingen die bij iedereen kunnen voorkomen. We zijn ervan overtuigd dat de ‘normale’ mens niet bestaat. Daardoor voelt het alsof er eindeloos veel mogelijkheden zijn.

S: In Hechtenis gaat over iemand die beschuldigd wordt van moord. Dat is niet alledaags. Maar Tabitha kijkt ook terug op een relatie die ze had als tiener. En realiseert zich dat die niet was wat ze dacht. Hebben we niet allemaal al een keer teruggeblikt en ons nadien gerealiseerd dat iets niet was wat we toen dachten?

Jullie zijn dit jaar 30 jaar getrouwd. Leren jullie door samen te schrijven ook nog dingen over mekaar?

N: Zeker. We ontdekken hoe de verbeelding van de andere werkt. Heel intiem, want het voelt alsof je iemands geest binnendringt, en die is quasi oneindig. Je doorgrondt iemands ziel nooit helemaal, ook niet die van jezelf.

S: Soloschrijvers treden in hun eentje hun imaginaire wereld binnen, acht uur per dag, afgezonderd van hun gezin. Het is dus bijzonder voor Nicci en mij dat we dit samen kunnen doen.

N: Het kan ook een nachtmerrie worden. We moeten elkaar vertrouwen, voorzichtig en fijngevoelig zijn.

S: We verrassen elkaar nog elke dag. Mochten we te vertrouwd zijn met mekaars verbeelding, dan zou het geen zin meer hebben om samen te werken. Schrijven is nooit gemakkelijk. Telkens we met een nieuw boek starten, denken we: o god, hoe gaan we hier in slagen?

N: Maar da’s goed, schrijven moet niet te makkelijk zijn. Anders kunnen we beter stoppen.

In Hechtenis – Nicci French – Ambo/Anthos – 22,99 euro – isbn 9789026343339

Nicci Gerrard

  • °10/6/1958
  • Studeert Engelse literatuur aan Oxford University.
  • Literair journalist bij New Statesman, The Observer.
  • Schrijft acht romans.

Sean French

  • °28/5/1959
  • Studeert Engelse literatuur aan Oxford University.
  • Literair journalist, o.a. bij Vogue en The Sunday Times
  • Schrijft zes romans.

Gerrard & French

  • 1990: Sean en Nicci trouwen en krijgen twee dochters (1991 en 1993)
  • 1997: Eerste roman samen onder pseudoniem Nicci French: The Memory Game
  • 1997-2020: Publiceren meer dan 20 psychologische thrillers.

Partner Content