© iStock

Hoe zeg je je ouders dat autorijden niet meer kan?

Er komt misschien een dag dat je vader of moeder beter niet meer met de auto rijdt. Maar hoe vertel je iemand voor wie de auto symbool staat voor vrijheid, dat hij/zij de autosleutels best inlevert?

Zit je met een knoop in je maag telkens moeder of vader aan het stuur zit? Durven je kinderen niet meer met oma en opa meerijden? Dan is het tijd om de rijvaardigheid van je ouders in vraag te stellen, een moeilijk gesprek. “De gevolgen van niet meer mogen rijden, zijn niet te onderschatten”, weet Mark Tant, verantwoorde- lijke van CARA, het centrum voor rij-geschiktheid en voertuigaanpassing van Vias Institute. “Wie al zo lang rijdt, staat op zijn onafhankelijkheid. Neem dat weg en de wereld stort in. Soms letterlijk als je ouders op het platteland wonen en de auto hun enige manier is om eten te halen, naar de dokter te gaan, vrienden op te zoeken. Een groot stuk van hun leefwereld wordt hen ontnomen.”

Taboe

Dr. Mark Lutin, geriater en coördinator van rijveiligheidscentrum Samen veilig mobiel van het Jessaziekenhuis Hasselt, vindt dat er nog een te groot taboe rust op ouderen en hun rijvaardigheid. “Ze zijn zeker geen slechtere chauffeurs, integendeel. Ze compenseren het normale functionaliteitsverlies dat eigen is aan ouder worden door trager te rijden, meer afstand te houden van hun voorligger, enkel bekende routes te gebruiken, niet meer te rijden in het donker, piekuren te vermijden,... Bovendien hebben ze meestal heel veel rijervaring.” Toch zijn ouderen veel kwetsbaarder bij ongevallen. Ze hebben vaak ook meerdere aandoeningen en nemen medicijnen die hun rijvaardigheid negatief kunnen beïnvloeden. Dat zijn gegronde redenen om te twijfelen aan hun veiligheid in het verkeer.

Zodra iemand minder dan 3.000 km per jaar rijdt, stel je je best de vraag of die persoon nog voldoende oefening heeft.

Een gesprek hierover wordt vaak lang uitgesteld. “Om allerlei redenen. Je wil niet ondankbaar overkomen door je ouders de vrijheid waarvoor hun auto vaak symbool staat, af te nemen. Of je bent bang dat je je moeder en vader nu zelf de hele tijd zal moeten rondrijden. Of opa is degene die de kleinkinderen van school haalt. Hoe geraken die thuis als hij dat niet meer kan doen? Je bent ongerust, maar je knijpt een oogje dicht omdat er nog nooit iets ergs gebeurd is.” En als je met je twijfels dan bij hun huisarts, aanklopt, wuift die ze weg omdat vader toch enkel korte ritjes rond de kerktoren maakt. “Maar net dat is een bekommernis. Zodra iemand minder dan 3.000 km per jaar rijdt, stel je je best de vraag of die persoon nog voldoende oefening heeft.”

Voorbereiden op een autoloos leven

Eigenlijk moet elke chauffeur beseffen dat er een moment komt dat hij niet meer kan rijden, vindt Dr. Mark Lutin. “Niemand staat daar bij stil. Als ik in het rijveiligheidscentrum een negatief advies geef, vallen veel mensen uit de lucht.” Volgens Lutin spelen (huis)artsen hier een belangrijke rol in. Want om wettelijk in orde te zijn met je rijbewijs moet je slagen voor een theoretisch en praktisch examen én moet je medisch geschikt zijn om te rijden. “Een arts kan hierover oordelen, maar vaak kent hij de materie niet goed. Of durft hij dit thema niet aan te snijden uit angst dat zijn patiënt hem niet meer zal vertrouwen en niet langer zal langskomen.”

Nochtans zijn er momenten waarop je het thema op tafel kan leggen, zonder dat er al tekenen zijn om je zorgen te maken over de rijvaardigheid. Wanneer je ouder medicatie moet nemen, bijvoorbeeld, kan je nagaan of die mogelijk een invloed heeft op zijn rijvaardigheid. Je vindt die informatie in de bijsluiter, maar ook op bijvoorbeeld rijveiligmetmedicijnen.nl. “Op die manier heb je toch al een gesprek over rijvaardigheid gehad, zonder dat er een verdenking is. Iemand van 75 die nog goed rijdt, is dan toch al eens met die vraag geconfronteerd”, zegt Dr. Mark Lutin. Bij bepaalde diagnoses, zoals alzheimer of parkinson, zou een arts zijn patiënt er in het begin al op moeten wijzen dat dit op termijn gevolgen zal hebben voor zijn rijvaardigheid.

Wie een negatief advies krijgt, verzoent zich daar meestal na een paar weken wel mee.

Wie beter voorbereid is op een autoloos leven, zal zich ook minder verloren voelen wanneer hij zijn auto moet inleveren, vindt ook Mark Tant van CARA. “Neem daarom al eens het openbaar vervoer als je met je ouders op stap gaat, bestel een taxi, stel voor om hen zelf ergens heen te brengen,... Of misschien kan je je ouders overtuigen te verhuizen naar de dorpskern, zodat ze later meer te voet kunnen doen. Dan wordt dat gesprek, op het moment dat het voor hen écht niet meer veilig is op de weg, een heel ander verhaal. Dan denken ze misschien: oké, dan neem ik voortaan altijd de bus.”

Toch loopt een gesprek over rijvaardigheid zelden over rozen. Zeker wanneer je ouder door een aandoening weinig zelfinzicht heeft. Dr. Mark Lutin: “Ouderen met dementie zullen tijdens zo’n gesprek haast altijd hun succesvolle rijcarrière aanhalen. Waarom zou ik niet veilig rijden? Ik rijd al 60 jaar en heb nog nooit een ongeval veroorzaakt of een overtreding begaan. In hun ogen rechtvaardigt nog geen enkel feit dat hun rijgedrag moet worden afgekeurd. En vaak is dat ook zo, wat het extra moeilijk maakt.”

Het beste wat je in zo’n geval kan doen, is verwijzen naar hun huidige toestand: dat ze wat vergeetachtig worden en hun reacties niet zo snel meer zijn. Bevestig eventueel dat ze inderdaad nog geen ongeval hebben gehad, maar dat je nu wil handelen om dat zo te houden. Dr. Mark Lutin: “Ik zeg ook altijd dat het verkeer almaar drukker wordt. Dat het niet allemaal aan henzelf ligt, maar aan de andere chauffeurs die niet altijd rekening met hen houden.”

Als de boodschap in dovemansoren valt, kan je als ongeruste familie nog bij andere instanties aankloppen. Het eerste aanspreekpunt is de (huis)arts. Die kan om medische redenen een rijverbod opleggen. Of hij kan de rijgeschiktheid van zijn patiënt objectief laten testen door instellingen als Samen veilig mobiel of CARA. “Soms is het makkelijker als een officiële instantie als CARA een negatief advies geeft. Dan kan je als familie zeggen: specialisten hebben op basis van testen beslist dat je niet langer voldoende veilig rijdt”, zegt Mark Tant.

Bij een negatief rijgeschiktheidsattest is het aan de bestuurder om zijn rijbewijs in te leveren. Doet hij dat niet en blijft hij rijden, dan komt dat vaak pas aan het licht als hij bij een ongeval betrokken is of tegengehouden wordt door de politie. De bestuurder riskeert dan een zware straf. “Als familie kan je nooit aansprakelijk worden gesteld omdat vader of moeder niet meer mag rijden. Maar je voelt jezelf vaak wel heel erg verantwoordelijk. Wanneer ik vermoed dat iemand ons advies naast zich neer zal leggen, raad ik de familie aan om naar de vrederechter te stappen. Die kan beschermingsmaatregelen opleggen op maat van die persoon. Of je kan naar de procureur des konings stappen wanneer er een vermoeden is van een ernstig veiligheidsprobleem. Maar dat is voor de familie of een arts een hele zware stap om te zetten en gebeurt gelukkig heel zelden.”

Zoeken naar oplossingen

Dr. Mark Lutin weet uit ervaring dat de meeste mensen die een negatief advies krijgen zich daar na een aantal weken wel mee verzoenen. “In eerste instantie voelt het als hun vrijheid afpakken. Maar dat is vaak een subjectief gevoel. In sommige gevallen rijden ze echt niet veel meer of mag hun echtgeno(o)t(e) nog rijden. Wij gaan samen met hen op zoek naar alternatieven. Het openbaar vervoer is vaak geen optie, omdat het niet overal goed georganiseerd is en de oudere niet meer in staat is het te gebruiken. Soms kunnen de kinderen en kleinkinderen die vlakbij wonen helpen of ze kunnen een beroep doen op lokale initiatieven van de gemeente en hun ziekenfonds. De volledig zelfrijdende auto zou een hoop kunnen oplossen, als hij er komt. Hopelijk houden autobouwers er rekening mee dat ouderen mogelijk de eerste gebruikers van die auto’s zullen zijn.”

Langer veilig rijden

We worden almaar ouder en blijven ook langer actief. Dat vertaalt zich in de ongevallenstatistieken. In 1992 was één op de zeven personen die in het verkeer omkwamen 65+, in 2017 was dat al één op de vier. Opvallend is dat het risico op een zwaar ongeval toeneemt vanaf 75 jaar én zodra het aantal afgelegde kilometers per jaar onder de kritische grens van 3.000 km zakt. Bovendien blijkt uit onderzoek dat ouderen vaak de (nieuwe) verkeersregels onvoldoende kennen. Soms is een gebrek aan kennis en oefening de oorzaak van onveilig rijgedrag en volstaat een opfriscursus. Daarnaast kunnen ook rijhulpsystemen, zoals dodehoekdetectie en automatische remsystemen, ouderen helpen om zo lang mogelijk veilig deel te nemen aan het verkeer.

  • Op de website van Samen veilig mobiel vind je een wegwijzer voor de aankoop van een seniorenvriendelijke auto.
  • Vias Institute en het Instituut voor Mobiliteit (imob) van de Universiteit Hasselt ontwikkelden een online test om na te gaan hoe veilig je nog rijdt: www.senior-test.be

Partner Content