© ANDY MALEN GIER

Het begraafpark brengt ode aan het leven

Er beweegt wat op onze begraafplaatsen. Geen ronddwalende geesten, maar bomen, planten, bloemen én mensen. Gemeenten laten steeds vaker hun begraafplaatsen omturnen tot groene, stille ontmoetingsplekken.

Ben je onlangs nog op een begraafplaats geweest? Dan is het je wellicht opgevallen dat het grijze of rode grind stilaan wordt vervangen door gras, bloemen en planten. Begroeiingen die niet te veel onderhoud vragen en waar wat onkruid niet misstaat, want sinds het verbod op pesticiden is vergroenen de enige oplossing. Maar samen met het groen verschijnen er ook zitbanken en zelfs ligbanken op onze kerkhoven. Nieuwe (en oude) begraafplaatsen worden ingericht als heuse begraafparken waar je wordt uitgenodigd om te wandelen, te bezinnen. Mechelen wil ook ouders met kinderen de kans geven om stil te staan bij de dood door een hoekje van de begraafplaats speels uit te rusten met een krijtbord in de vorm van wolkjes. De stad Leuven vroeg een jeugdtheatergezelschap een voorstelling te maken die opgevoerd wordt op het kerkhof. En op 1 november krijgt het evenement Reveil, een reeks intieme concerten op begraafplaatsen, steeds meer navolging. Het lijkt wel of de muren rond de kerkhoven worden gesloopt – figuurlijk althans.

Troostend groen

“In België, en zeker in Vlaanderen, is groene ruimte een schaars goed geworden. Gemeenten vragen multifunctionele begraafparken waar stille recreatie kan plaatsvinden. In het beste geval zijn het mooie parken waar ook plaats is om begraven te worden.” Andy Malengier heeft als landschapsarchitect al verschillende begraafplaatsen omgevormd tot begraafparken en er staan er nog tientallen in de steigers. “Ik vertrek altijd vanuit het landschap. Architectuur moet verankerd zijn met de omgeving, anders creëer je een eiland. Door het begraafpark te integreren in de omgeving wordt het ook toegankelijker voor iedereen.” Dat betekent niet dat de muren rond de bestaande begraafplaats gesloopt worden, integendeel. “Niets mis met een oude kerkhofmuur. Die zorgt voor geborgenheid. Het houdt ook de idee van een tuin in. En dat is ook de oorspronkelijke betekenis van ‘kerkhof, de tuin rond de kerk. In de jaren ’60-70 is dat veranderd. Kerkhoven werden omgevormd tot parking of kregen een stenen aanblik waardoor de mens meer ontworteld raakte van de natuur.” De ontwerpen van Andy Malengier proberen altijd een blik te gunnen op een mooi open landschap. Wanneer dat door de ligging niet lukt, creëert hij een mooie tuin. “Schoonheid werkt troostend. Het neemt het verdriet niet weg, maar mensen voelen zich getroost als ze weten dat hun dierbare op een mooie plek begraven ligt”, ervaart de landschapsarchitect. “Niet lang geleden bezocht een dame uit Brussel samen met haar man het begraafpark van Wervik. Ze was afkomstig uit de streek en onder de indruk van de plek. Niet veel later stierf haar man, een Brusselaar. Ze heeft hem in Wervik laten begraven.”

Rouwtherapeut en docent Johan Maes: “Onze omgang met de dood wordt stilaan weer genormaliseerd. Mede door de palliatieve zorg is sterven beter bespreekbaar geworden. De afscheidscultuur is persoonlijker geworden en nu verandert ook onze rouwcultuur. Begraafplaatsen kunnen daar een belangrijke rol in spelen. We komen uit een tijd dat de dood wordt weggestopt. De afstand tot de dood is ook groter omdat we minder snel sterven. Je kan vandaag volwassen worden zonder één dode te hebben gezien. Dat was vroeger ondenkbaar.” Tot voor kort vond men dan ook dat je na een sterfgeval die persoon moest loslaten, je moest die dood verwerken, achter je laten. Nu gaat men er meer en meer vanuit dat de overledene deel mag blijven uitmaken van je leven. “Iemand die rouwt wil nog praten over en mét zijn overleden dierbare”, weet Johan Maes. “Een mooie natuurlijke omgeving kan daarbij helpen. In de dood voelt men zich vaak meer verbonden met de natuur. Ik merk dat de nabijheid van de natuur – voor sommigen is dat een bos, voor anderen de zee of hun eigen tuin – helend kan werken voor mensen in rouw.”

Nieuwe rituelen

Ook steevast aanwezig in de begraafparken van Malengier: een plaats voor rituelen. “Niet iedereen wil nog de begrafenisplechtigheid in een kerk laten doorgaan. Maar er zijn maar weinig mooie alternatieven. Ik wil mensen weer een plek geven om het zware uur van het afscheid en de latere herdenking mooier te maken.”

Reveil, intieme allerheiligenconcerten op de begraafplaats.
Reveil, intieme allerheiligenconcerten op de begraafplaats.© ISOPIX

Dat is ook wat Pieter Deknudt, oprichter van Reveil (www.reveil.org) en frontman van Zinger, wil bereiken met de intieme concerten die op Allerheiligen op tientallen begraafplaatsen in Vlaanderen plaatsvinden: een nieuwe manier om overledenen te herdenken. Vijf jaar geleden gaf Zinger een herdenkingsconcert op de begraafplaats van Deerlijk, waar op korte tijd vier jonge mensen waren overleden, waaronder een goede vriend van de band. “Voor ons voelde het heel natuurlijk om muziek te spelen ter herdenking. Iedereen die af en toe naar een concert gaat, weet hoe fantastisch het voelt om samen met anderen op te gaan in muziek. Wij dachten: als dat kan om te feesten, waarom dan niet om samen te rouwen. Het moment waarop je met een grote groep mensen naar één gedicht of lied luistert, voelt heel krachtig”, herinnert Pieter Deknudt zich. “Achteraf kwam een koppel dat hun kindje had verloren ons bedanken. Zij kwamen nooit naar de begraafplaats. Ze voelden zich er niet goed. Maar door dat collectieve moment voelde die plek niet langer kil aan. Muziek werkt troostend.”

Dit jaar is Reveil aan haar vijfde editie toe en er nemen steeds meer gemeenten aan deel. Bedoeling is dat lokale bands en dichters een intiem herdenkingsmoment houden en dat er verhalen worden opgerakeld over de doden die op de begraafplaats begraven liggen. “Een begraafplaats ligt vol mensen met een verhaal. Het zijn de roots van een gemeente”, vindt Pieter Deknudt. “Rouwbeleving is momenteel een wit blad in onze contreien. Er is geen echte handleiding voor. En dat is wel jammer. Reveil kan een nieuwe manier worden om 1 november te vieren, om samen herinneringen op te halen aan de doden. Zoals de Día de los Muertos in Mexico, maar dan vertaald naar onze cultuur. Anderzijds is muziek spelen tussen de graven geen nieuw gegeven. Vroeger speelde de fanfare ook op het kerkhof.”

Rouwtherapeut Johan Maes merkt dat mensen inderdaad op zoek gaan naar nieuwe rituelen om hun geliefden te herinneren. “Vroeger zorgde de Kerk voor het collectieve ritueel. Velen vinden dit nu te vormelijk, te afstandelijk. Rouw wordt meer privé beleefd, maar daarmee is de symboliek wat weggevallen. Dat betekent echter niet dat mensen geen behoefte hebben aan een afscheids- en herdenkingsritueel. Dat kan collectief, maar dat mag zeker – liefst zelfs – ook een persoonlijk ritueel zijn, dat je in je eigen omgeving beleeft.”

Meer groen, meer mensen, meer voeling met de dood. Wat kan je daarop tegen hebben? Maar hoe druk mag het worden op een begraafplaats? Van Andy Malengier mag de afscheidsplaats in een begraafpark voor alle rituelen van het leven worden gebruikt. “Wat mij betreft kunnen er ook doopsels, communies of lentefeesten worden gehouden – althans de rituelen, niet de feesten. In het begraafpark picknicken, waarom niet? Ik zie de parken ook als plaatsen om te wandelen of als fietsverbinding tussen twee delen van een dorp.” Een visie die de landschapsarchitect nog regelmatig moet verdedigen. “Mijn job bestaat niet louter uit plannen opstellen en het gemeentebestuur overtuigen. Ik geef ook vaak uitleg aan de buurt.”

De organisatoren van Reveil houden de regie strak in handen: elk concert vindt plaats tussen 17 en 18 uur, op het magische moment van de zonsondergang. “We kijken ook streng toe op welke muziek er wordt gespeeld. We beluisteren elke artiest die zich kandidaat stelt en soms weigeren we”, zegt Pieter Deknudt.

Voor Johan Maes is het belangrijk dat begraafplaatsen een begrenzing kennen. “Zowel een fysieke begrenzing, als afspraken over wat kan en mag. Het kan niet de bedoeling zijn dat je eender waar met de dood en rouw wordt geconfronteerd. En het lijkt me ook niet aangeraden om een wild herdenkingsfeestje te houden met een bak bier bij de grafzerk van een vriend. Een begraafplaats moet een plek zijn waar iedereen kan komen en zich goed voelen. Maar het is zeker een goede zaak dat er anders omgesprongen wordt met de dood dan de voorbije decennia.”

Partner Content