De energielabels op de huishoudapparaten krijgen een opfrisbeurt en zullen ook beter leesbaar worden. Daarbij wordt teruggekeerd naar een schaal waarbij het A-label de hoogst mogelijke notering wordt.
Om aan te duiden hoe energiezuinuig een huishoudtoestel is, wordt momenteel gebruik gemaakt van aanduidingen die kunnen variëren van A+++ tot G. Maar dat systeem leidt tot verwarring bij heel wat consumenten. Zo is het voor velen bijvoorbeeld niet duidelijk dat het verschil tussen de categorieën A en A+ even groot is als dat tussen A en B.
De huidige classificatie dateert namelijk nog van het begin van de jaren negentig. Maar omdat de toestellen sindsdien alleen maar energiezuiniger zijn geworden, moesten later nog A+++, A++ en A+ als subcategorieën worden ingevoerd. Het akkoord bepaalt nu dat de A- tot G-schaal opnieuw op nul wordt gezet. Zo zal de huidige A+++ na de hervorming een C zijn, en een A wordt G.
"Deze hervorming biedt niet alleen duidelijkheid voor consumenten, maar zorgt er tegelijk voor dat producenten terug meer efficiënte producten op de markt zullen brengen", legt Europarlementslid Lieve Wierinck uit. De nieuwe labeling zou ook een positieve impact hebben op de energiefactuur van consumenten. Afhankelijk van de elektriciteitsprijs zouden ze tegen 2030 tussen de 10 en 30 miljard euro kunnen besparen, zo berekende de Commissie.
Daarnaast komt er ook een databank die elke consument online zal kunnen raadplegen en die alle relevante informatie over energie- of waterverbruik van toestellen zal bevatten. Volgens Wierinck pleitte het Europees Parlement er ook voor dat consumenten vergoed zouden worden voor verkeerd gelabelde toestellen, maar dat werd geblokkeerd door de lidstaten.
Ook Anneleen Van Bossuyt reageert tevreden op het compromis. "Deze op het eerste zicht kleine ingreep moet voor een drastische daling van het Europese energieverbruik zorgen. De jaarlijkse besparing op Europees niveau zal ongeveer gelijk zijn aan het jaarlijkse energieverbruik van Italië en de Baltische staten".
Van Bossuyt beklemtoont dat elektronicazaken ruimschoots de tijd krijgen om de labels aan te passen. Ze wijst er ook op dat het de producenten zijn die de nieuwe labels moeten voorzien op de toestellen die al in de winkel staan. In reclames moeten de verkopers wel duidelijk aangeven in welke categorie het betrokken product zich bevindt. "Kortom, dit is een akkoord op maat van zowel de consument als het bedrijfsleven."
De labels voor witgoed en televisietoestellen zullen vanaf 2020 in de winkel zijn, voor stofzuigers en droogkasten is eind 2024 voorzien en voor verwarmingstoestellen en boilers kan het nog tot 2030 duren. Bart Staes: "Er zullen gedurende een hele tijd twee labels naast elkaar bestaan, en dat zal enkel tot verwarring leiden. We hopen dat de Europese Commissie zo snel mogelijk in actie schiet en niet wacht tot de laatste minuut. Hoe sneller het in voege is, hoe sneller de consumenten er de voordelen van zullen ondervinden. Er is geen enkele reden om dit uit te stellen tot 2030."
De 28 lidstaten en het voltallige Europees Parlement moeten nog instemmen met de tekst.
Om aan te duiden hoe energiezuinuig een huishoudtoestel is, wordt momenteel gebruik gemaakt van aanduidingen die kunnen variëren van A+++ tot G. Maar dat systeem leidt tot verwarring bij heel wat consumenten. Zo is het voor velen bijvoorbeeld niet duidelijk dat het verschil tussen de categorieën A en A+ even groot is als dat tussen A en B. De huidige classificatie dateert namelijk nog van het begin van de jaren negentig. Maar omdat de toestellen sindsdien alleen maar energiezuiniger zijn geworden, moesten later nog A+++, A++ en A+ als subcategorieën worden ingevoerd. Het akkoord bepaalt nu dat de A- tot G-schaal opnieuw op nul wordt gezet. Zo zal de huidige A+++ na de hervorming een C zijn, en een A wordt G. "Deze hervorming biedt niet alleen duidelijkheid voor consumenten, maar zorgt er tegelijk voor dat producenten terug meer efficiënte producten op de markt zullen brengen", legt Europarlementslid Lieve Wierinck uit. De nieuwe labeling zou ook een positieve impact hebben op de energiefactuur van consumenten. Afhankelijk van de elektriciteitsprijs zouden ze tegen 2030 tussen de 10 en 30 miljard euro kunnen besparen, zo berekende de Commissie. Daarnaast komt er ook een databank die elke consument online zal kunnen raadplegen en die alle relevante informatie over energie- of waterverbruik van toestellen zal bevatten. Volgens Wierinck pleitte het Europees Parlement er ook voor dat consumenten vergoed zouden worden voor verkeerd gelabelde toestellen, maar dat werd geblokkeerd door de lidstaten. Ook Anneleen Van Bossuyt reageert tevreden op het compromis. "Deze op het eerste zicht kleine ingreep moet voor een drastische daling van het Europese energieverbruik zorgen. De jaarlijkse besparing op Europees niveau zal ongeveer gelijk zijn aan het jaarlijkse energieverbruik van Italië en de Baltische staten". Van Bossuyt beklemtoont dat elektronicazaken ruimschoots de tijd krijgen om de labels aan te passen. Ze wijst er ook op dat het de producenten zijn die de nieuwe labels moeten voorzien op de toestellen die al in de winkel staan. In reclames moeten de verkopers wel duidelijk aangeven in welke categorie het betrokken product zich bevindt. "Kortom, dit is een akkoord op maat van zowel de consument als het bedrijfsleven." De labels voor witgoed en televisietoestellen zullen vanaf 2020 in de winkel zijn, voor stofzuigers en droogkasten is eind 2024 voorzien en voor verwarmingstoestellen en boilers kan het nog tot 2030 duren. Bart Staes: "Er zullen gedurende een hele tijd twee labels naast elkaar bestaan, en dat zal enkel tot verwarring leiden. We hopen dat de Europese Commissie zo snel mogelijk in actie schiet en niet wacht tot de laatste minuut. Hoe sneller het in voege is, hoe sneller de consumenten er de voordelen van zullen ondervinden. Er is geen enkele reden om dit uit te stellen tot 2030." De 28 lidstaten en het voltallige Europees Parlement moeten nog instemmen met de tekst.