Anne Vanderdonckt

En, wanneer ga jij met pensioen?

Anne Vanderdonckt
Anne Vanderdonckt Redactiedirecteur van Plus Magazine

Anne Vanderdonckt observeert de maatschappij, haar evoluties, haar vooruitgang, haar inconsistenties. Ze deelt met u haar twijfels, haar vragen, haar enthousiasme. En als ze ergens de draak mee steekt, dan is het met zichzelf.

Er zijn zo van die vragen die je stelt om een gesprek op gang te trekken. Vragen die gevoeliger liggen dan ze onschuldig zijn. Joviaal en zeker niet slecht bedoeld. Onze sociale omgang bulkt van dit soort addertjes, die een pijnlijke stilte teweegbrengen, waar zender noch ontvanger aan ontsnappen.

  • Ben je zwanger? Nee, ik ben verdikt.
  • Zijn dit je kleinkinderen? Nee, mijn kinderen.
  • Alles goed met je vrouw? We zijn net gescheiden.
  • Wat leuk van je zoon om mee te komen! Dit is mijn man.
  • Gefeliciteerd met je huwelijk, binnenkort kinderen? Heeelp!

Die laatste vraag werd me vroeger wel duizend keer gesteld, maar is recent vervangen door een andere: En jij, wanneer ga jij met pensioen? Momenteel volgt de ene pensioenborrel de andere afscheidsdrink op. Het is dus logisch dat die vraag valt, tussen de glazen lauwe bubbels en kommetjes paprikachips door, en groentesticks om het geweten te sussen, leunend op de onmisbare statafel gehuld in obligaat wit of zwart. Wanneer ga jij met pensioen? Doe niet zo paranoïde, dat betekent niet per se: wat zie je er plots veel ouder uit. Niet meteen.

En jij, wanneer? Ik? Nooit! Spreek me er niet over! Vade retro! Geef me de olijven eens door; alles goed met de kinderen? Hoe meer jaren op de teller, ook al blijven er nog een aantal te gaan, hoe moeilijker ik het heb om mezelf voor te stellen later. Ik heb geen doel, daar wringt het schoentje. Maar waar vind je de zin om ’s morgens op te staan na een liefdesrelatie met je job? Wanneer alles je interesseert, maar niets in het bijzonder. Het maakt me angstig. Een vroegtijdig zwart gat, dat mijn slapeloze nachten bevolkt.

En jij, wanneer vertrek jij? Het is een van die delicate vragen die we beter zouden mijden, vind ik. De jobspecialist waarmee ik tijdens een van die recepties aan de tafel hang, maakt er zich vanaf met een jantje-van-leiden. Welnee, de meeste mensen zijn erg blij dat hen de vraag wordt gesteld en ze de kans krijgen om hun toekomstplannen uit de doeken te doen, vindt hij. Ook al beperken die plannen zich tot de hond uitlaten en het gras maaien, ze zijn blij dat ze van die dwangbuis af zijn die het werk is.

Toch blijf ik bij mijn standpunt dat na de wittebroodsweken voor de herwonnen vrijheid, die op een lange vakantie zonder terugkeerdatum lijken, zij die niet depressief worden bij de vraag ‘wat nu gedaan’, degenen zijn die hun plannen tot een goed einde brengen. Het zijn al die mensen die collega Ellie ontmoet voor de rubriek ‘Zo ben ik’. Mensen zoals jij en ik, met plannen die zin geven aan hun pensioen, of hoe ze die vorm gaan geven eens ze die leeftijd hebben bereikt. Ze maken een jeugddroom waar, ontdekken een nieuwe roeping. Ze stellen zich ten dienste van anderen, ver weg of om de hoek. Ze weten waarom ze ’s morgens opstaan en geven hun enthousiasme door. Telkens wekken ze bewondering, ook al halen ze nooit de krantenkoppen. Deze rubriek straalt zoveel menselijke warmte uit, is een onuitputtelijke bron van inspiratie, een vat boordevol enthousiasme. En daar zijn we bij Plus Magazine apetrots op.

Partner Content