De Woonzorglijn kreeg in 2015 minder oproepen dan in 2014: 1.849 tegenover 2.152. Contactopname via de digitale weg heeft duidelijk het meest succes: 87,6 pct van de oproepen bereikte de Woonzorglijn via e-mail of de website. Het aantal oproepen via de telefoon blijft dalen, al werden er toch nog steeds 222 telefonische oproepen ontvangen.

De Woonzorglijn krijgt iets minder informatievragen van familie en bezoekers. Wel waren er wat meer informatievragen van personeelsleden, thuiswonende ouderen die overwegen de stap naar een woonzorgcentrum te zetten of andere oproepers zoals studenten, projectontwikkelaars, en mensen die willen investeren in een assistentiewoning. De informatievragen handelden voor het grootste deel over regelgeving en normering (37,1 pct) en algemene info (31,3 pct).

In 2015 ontving de Woonzorglijn 91 klachtenoproepen. Tijdens die klachtenoproepen werden 278 concrete klachten geformuleerd. Eén oproeper kan immers meerdere klachten formuleren. Zowel het aantal klachtenoproepen (91 tegenover 112) als geformuleerde klachten (278 tegenover 376) daalde ten opzichte van 2014. De meeste gemelde klachten handelden over hulp en bijstand (49), de personeelsomkadering (27) en medicatie (26).

Na onderzoek bleken klachten over hulp en bijstand (14), medicatie (11) en oproepsysteem (9) het vaakst gegrond te zijn. Van de gemelde klachten over de personeelsomkadering bleken er 7 gegrond te zijn.

Belangrijk aandachtspunt is de toename van het aantal gegronde klachten over de rechten en de vrijheden van de bewoners. Anderzijds daalt het aantal gegronde klachten met betrekking tot de dienstverlening aanzienlijk.

Bekijken we de totaliteit van de 278 geformuleerde klachten dan zien we dat 88 klachten (31,7 pct) gegrond waren en 169 klachten (60,8 pct) ongegrond.

Na de vaststelling van de gegronde klachten gaan de Woonzorglijn en de sectorverantwoordelijke van het team Ouderenzorg aan de slag en streven ze het oplossen van de klachten maximaal na. Dat doen ze in samenwerking met de Zorginspectie die de opvolgingsinspecties ter plaatse uitvoert. In 27,3 pct van de gegronde klachten bleek de voorziening na de vaststelling de klachten opgelost te hebben. In 68,2 pct van de gevallen bleek een verdere opvolging door de sectorverantwoordelijke noodzakelijk.

De Woonzorglijn kreeg in 2015 minder oproepen dan in 2014: 1.849 tegenover 2.152. Contactopname via de digitale weg heeft duidelijk het meest succes: 87,6 pct van de oproepen bereikte de Woonzorglijn via e-mail of de website. Het aantal oproepen via de telefoon blijft dalen, al werden er toch nog steeds 222 telefonische oproepen ontvangen. De Woonzorglijn krijgt iets minder informatievragen van familie en bezoekers. Wel waren er wat meer informatievragen van personeelsleden, thuiswonende ouderen die overwegen de stap naar een woonzorgcentrum te zetten of andere oproepers zoals studenten, projectontwikkelaars, en mensen die willen investeren in een assistentiewoning. De informatievragen handelden voor het grootste deel over regelgeving en normering (37,1 pct) en algemene info (31,3 pct). In 2015 ontving de Woonzorglijn 91 klachtenoproepen. Tijdens die klachtenoproepen werden 278 concrete klachten geformuleerd. Eén oproeper kan immers meerdere klachten formuleren. Zowel het aantal klachtenoproepen (91 tegenover 112) als geformuleerde klachten (278 tegenover 376) daalde ten opzichte van 2014. De meeste gemelde klachten handelden over hulp en bijstand (49), de personeelsomkadering (27) en medicatie (26). Na onderzoek bleken klachten over hulp en bijstand (14), medicatie (11) en oproepsysteem (9) het vaakst gegrond te zijn. Van de gemelde klachten over de personeelsomkadering bleken er 7 gegrond te zijn. Belangrijk aandachtspunt is de toename van het aantal gegronde klachten over de rechten en de vrijheden van de bewoners. Anderzijds daalt het aantal gegronde klachten met betrekking tot de dienstverlening aanzienlijk. Bekijken we de totaliteit van de 278 geformuleerde klachten dan zien we dat 88 klachten (31,7 pct) gegrond waren en 169 klachten (60,8 pct) ongegrond. Na de vaststelling van de gegronde klachten gaan de Woonzorglijn en de sectorverantwoordelijke van het team Ouderenzorg aan de slag en streven ze het oplossen van de klachten maximaal na. Dat doen ze in samenwerking met de Zorginspectie die de opvolgingsinspecties ter plaatse uitvoert. In 27,3 pct van de gegronde klachten bleek de voorziening na de vaststelling de klachten opgelost te hebben. In 68,2 pct van de gevallen bleek een verdere opvolging door de sectorverantwoordelijke noodzakelijk.