© belga

‘Concertsector geen motor van besmettingen’

Plusmagazine.be Onlineredactie

De concertsector vormt “absoluut geen motor van besmettingen”, zegt de Sportpaleis Group na een eigen onderzoek naar de besmettingsrisico’s naar aanleiding van een bezoek aan een van de zalen. Volgens de Group is er “geen enkele objectieve reden om deze sector strenger te behandelen dan zoveel andere sectoren waar het mensen wel toegelaten is te verzamelen”.

Bij gebrek aan objectieve cijfers, voerde de Sportpaleis Groupt een eigen onderzoek naar de besmettingsrisico’s naar aanleiding van een bezoek aan één van hun zalen. Het bedrijf ondervroeg daartoe 2.000 mensen die tussen 30 oktober en 28 november een van de zalen (het Sportpaleis, de Lotto Arena en Vorst Nationaal) of theaters (Stadsschouwburg Antwerpen, Capitole Gent en Trixxo Theater Hasselt) bezochten.

“De concertsector in het algemeen en de activiteiten in onder andere het Sportpaleis in het bijzonder kwamen in november in een kwalijk daglicht te staan”, zegt Jan Van Esbroeck, CEO van de Sportpaleis Group, in een persbericht. “Op een ongefundeerde basis werd de perceptie gecreëerd dat de sector een broeihaard of zelfs motor van besmettingen zou zijn. Echter was niemand in staat om die stelling ook hard te maken op basis van data en onderzoek. Dus hebben we dat maar zelf gedaan.”

Bijna 2.000 mensen vulden de enquête in. Daaruit bleek dat gedurende die vier weken, 0,11 procent van de besmettingen in Vlaanderen oorsprong had in het bezoek aan een van de zalen. Rekening houdend met het marktaandeel van de Group, zou de concertsector in die periode verantwoordelijk zijn voor 0,64 procent van de Vlaamse besmettingen.

“Deze cijfers tonen aan wat wij zelf al maanden aanvoelen. We are not the problem”, zegt de CEO. Volgens hem is dat ook maar logisch. “Onze sector heeft een hoge expertise op het vlak van crowd management en moet voldoen aan de strengste controles waaronder het Covid Safe Ticket, mondmaskerplicht, ventilatie enzovoort. Onze bezoekers gedragen zich trouwens omwille van de omstandigheden heel disciplinair. Er wordt secuur omgegaan met het volgen van de voorschriften.”

Van Esbroeck zegt dat er ook weinig interne mobiliteit is, vergeleken met bijvoorbeeld een shoppingdag. “Het totaal aantal personen waarmee je als bezoeker op korte afstand in contact komt is uiterst beperkt, ook al zijn er in absolute aantallen veel bezoekers”, klinkt het. “De perceptie dat concerten een broeihaard zouden zijn is dus fout, maar wordt onterecht gevoed door een veelheid aan ongefundeerde of eenvoudigweg foute insinuaties en uitspraken.”

De CEO stelt dat het onaanvaardbaar is dat 80.000 medewerkers in de evenementensector zonder werk worden gezet, terwijl die sector “nauwelijks blijkt bij te dragen aan de besmettingen”.

De sector heeft begrip voor de druk op de ziekenhuizen. Nu het bezettingscijfer op de afdelingen intensieve zorg al een tijd onder de grens van 500 bedden ligt en gezien het beperkte besmettingsrisico, wordt het volgens Van Esbroeck hoog tijd om de zalen opnieuw op volle capaciteit te heropenen, met eventueel nog een aantal tijdelijke maatregelen zoals mondmaskers, crowd control en geen staanplaatsen. Een heropening zal volgens hem ook een positieve maatschappelijke bijdrage leveren.

Partner Content