© FOTO'S FRANK BAHNMÜLLER

Auteur Tom Lanoye: ‘Ik heb een podium nodig’

Auteur Tom Lanoye had in 2018 zoveel verjaardagen te vieren dat hij in 2019 op zijn elan verder gaat. En nog tot de zomer rondtoert met zijn Jubileetour, een terugblik op 40 jaar schrijverschap en 60 jaren in dit leven.

De literaire divo van Vlaanderen zit er gebruind en ontspannen bij. Hij is net terug uit Kaapstad, waar hij vier maanden per jaar woont. Veel is er niet nodig om de spraakwaterval op gang te brengen. Zijn pittige politieke kritiek heeft niet aan kracht ingeboet.

Blik je met plezier terug?

Zolang ik nieuwe dingen maak, vind ik het heerlijk om als literaire jukebox te fungeren. Als schrijver word je technisch beter met de jaren. Op voorwaarde dat je wil bijven leren. Ik heb ook de neurose van de middenstand, denk altijd dat ik niet hard genoeg gewerkt heb. Die terugblik heeft mij ervan overtuigd dat ik toch zeer hard gewerkt heb.

Je hebt ook altijd op het podium gestaan.

Ik zou niet kunnen leven zonder. Ik hou van theater. Maar ik kan ook niet leven zonder te schrijven. Eigenlijk is dit een zeer Europese opmerking. Zuid-Afrika heeft bijvoorbeeld een sterke orale traditie. Het onderscheid tussen schrijven en op het podium staan is iets wat ik al lang niet meer maak. Het vloeit in mekaar over. Ik denk ook dat het de manier is waarop literatuur stand kan houden in een sterk veranderende wereld. We moeten geen schrik hebben van digitalisering. Maar ze maakt wel dat de lijfelijke aanwezigheid van een auteur belangrijker wordt. En dat moeten we uitspelen. Ik geloof in de rituele kracht van literatuur.

Je 60ste verjaardag heb je gevierd met veel toeters en bellen. Is 60 geweldig?

That’s me! Waarom niet? Alles wat mij onderscheidt van wat men verwacht van een auteur zal ik niet uit de weg gaan. Ik vond het fantastisch om met een fanfare in een oldtimer uit mijn eigen bouwjaar door Antwerpen te rijden. Ik geef toe dat ook ik moet vechten tegen nostalgie en angst voor het ouder worden. Al zit ik nu erg goed in mijn vel. Mijn jeugd was rock-‘n-roll, maar best moeilijk, de coming-out als homo was geen makkelijke periode. En tot mijn 26ste heb ik als kelner gewerkt. Nu zit ik in een comfortabele situatie. Sinds mijn 30ste kan ik leven van mijn pen. En toen kreeg ik ook mijn man René in mijn leven.

Wat heeft je gemaakt tot wie je nu bent?

Ikzelf heb daar de grootste rol in gespeeld, door al die jaren hard te werken. En vooral met veel plezier. Enkele grote vertellers als leraar hebben me wel beïnvloed. En uiteraard die excentrieke, half gekke, formidabele moeder van mij, met haar amateurtoneel.

Je jeugd vormt vaak een inspiratiebron.

Ik heb mijn ouders heel hard zien werken in hun slagerij. En mijn moeder toneel zien spelen. Ik heb altijd meegekregen dat kunst belangrijk is. Heel merkwaardig voor die kleine winkeliers die wij waren. Daar ben ik zeer dankbaar voor. Dat ik een moeder had die zei: kunst is belangrijk. En daar zelf het voorbeeld van was. Ik ben geen flamingant, dus het klinkt raar uit mijn mond, maar ik vind het jammer dat de Vlaamse beweging de culturele erfenis aan het opgeven is. Flamingante partijen zien cultuur als een identiteitsprobleem.

Cultuur wordt als elitair beschouwd?

Een schrijver zou tot de elite behoren en Fernand Huts ( ondernemer) is een man van het volk? Wie dat wil geloven maakt zichzelf blazen wijs. Mijn moeder, slagersvrouw en amateuractrice, was het voorbeeld van artistieke ambitie, zelfs in een kleine provinciestad als Sint-Niklaas. Ja, kunst moet dingen zeggen die geen economisch nut hebben. En voor wie autoritair denkt, vormt dat een bedreiging. Kunst moet ook zaken zeggen die pijnlijk zijn. Zelfkritiek is nu eens iets wat fantastisch is aan onze Europese waarden.

Zuid-Afrika is je tweede thuis. Wat trekt je aan in het land?

Een grote vriendschap. Ik ben bevriend met de Zuid-Afrikaanse Marianne Thamm ( lees ook onze boekenpagina van vorige maand): ze is journaliste, schrijfster, stand-upcomedian, lesbo-activiste en heel beroemd in Zuid – Afrika. En het weer natuurlijk. Het is heel lekker leven in Kaapstad, een fantastische stad. Ik ben ook dol op het Afrikaans. Ik hoor tégen het Afrikaans te zijn vanwege het misbruik door de Afrikaner apartheidsfanaten. Maar het is gewoon een prachtige taal.

De afstand van Europa leert mij bovendien anders te kijken. Zuid-Afrika heeft een zeer goeie pers. Heel anders dan bij ons, want zij maken geen deel uit van de EU of de oude koloniale mogendheden. Die blik helpt om bepaalde dingen te schrijven. Bovendien is de samenleving er hyperdivers. Het land heeft elf officiële talen en verschillende etnieën en religies. Uiteraard draagt Zuid-Afrika een heftig verleden mee en kent het een zeer moeilijk heden. Ook een niet zo duidelijke toekomst, maar tegelijkertijd een ontzettend veerkrachtige bevolking.

Het is ook de plek waar ik rustig kan lezen, research doen en schrijven. Dankzij Marianne Thamm heb ik er makkelijk contact met de intelligentsia, journalisten, schrijvers. Daardoor ben ik zeer geprivilegieerd.

Je vierde nog een verjaardag. Je bent 30 jaar samen met je man. Ooit was je een boegbeeld voor het homohuwelijk.

In 1996 hebben René en ik ons samenlevingscontract in een symbolisch register laten optekenen, met de hele pers erbij. Niet in het stadhuis, want dat mochten we niet! Het was een politiek statement. Met als bedoeling het hele dossier van het homohuwelijk dynamiek te geven. We zijn intussen echt getrouwd, in het Antwerpse stadhuis, maar zonder pers. Omdat het dan politiek niet meer nodig was. Ik ben heel trots op wat wij toen gedaan hebben. Ik denk dat mensen vergeten zijn hoe controversieel het toen was. Wij kregen anonieme scheldbrieven, mijn ouders ontvingen dreigtelefoons. Er kwamen mensen – in the middle of the fucking night – aan onze deur bellen om ons uit te schelden.

Homorechten zijn nooit verworven. Het is zoals met vrouwenrechten. Je moet altijd waakzaam blijven.

De mentaliteit is toch enorm geëvolueerd.

Ja, maar homorechten zijn nooit verworven. Het is zoals met vrouwenrechten, je moet waakzaam blijven, zeker zodra het autoritaire patriarchaat het weer overneemt. Kijk naar wie er aan de macht is in een aantal landen: Trump, Bolsonaro, Orban, Erdogan. Weet je, hier in België hebben we de tolerantie voor homo’s te danken aan het feit dat de meeste moslims homoseksualiteit niet accepteren. Daardoor is extreemrechts bij ons niet tegen homo’s. Maar de tolerantie is flinterdun.

Is het makkelijk om in Zuid-Afrika als homokoppel te leven?

Zuid-Afrika heeft non-discriminatie wegens geslacht, geaardheid of ras opgenomen in de grondwet, onder impuls van Mandela. Het homohuwelijk is geregeld. Dat wil lang niet zeggen dat iedereen tolerant is. Maar je leeft in je eigen bubbel. In progressieve kringen is er geen probleem. Maar dat is in Europa net hetzelfde. Ik denk niet dat ik in het stadion van Club Brugge zou moeten zoenen met mijn man. Men eist van moskeeën wat men niet eist van voetbalclubs. En de motor van homofobie is altijd machismo.

Je bewerkt vaak klassieke Griekse tragedies. Zie je parallellen met onze tijd?

Ja, natuurlijk. Hubris en catharsis ( hoogmoed en loutering), dat is in een notendop Europa. We houden onszelf altijd voor dat we het centrum van de wereld zijn, terwijl dat niet meer zo is. Als Europa zich niet verenigt, zijn we totaal verloren. De catharsis komt altijd na grote conflicten. Ach, ik besef dat het misschien schandalig is dat ik er hier zo gebronsd en gelukkig bij zit, en tegelijk pessimistisch klink. Ik hoop dat ik mij vergis.

Jubileetour Lanoye. Tot 1/6/ 2019. Speellijst, www.begeerte.be

Auteur Tom Lanoye: 'Ik heb een podium nodig'
© FOTO’S FRANK BAHNMÜLLER

Tijdlijn

7 augustus 1958

Geboren in Sint-Niklaas

1970-1979

Sint-Jozef-Klein-Seminarie in Sint Niklaas, daarna Germaanse filologie en sociologie aan de UGent

1985 tot nu

Werk

Publiceert talloze romans, o.a. Alles moet weg (1985), Kartonnen dozen (1991), Het goddelijke monster (1997), Sprakeloos (2009), Zuivering (2017) en theaterstukken, o.a. Mama Medea (2001), de theatermarathon Ten Oorlog (1997), Diplodocus Deks (2004), Koningin Lear (2015).

Prijzen

Arkprijs Vrije Woord (1995), Gouden Uil Publiekprijs voor Zwarte tranen (2000), Gouden Uil Publieks- en Literatuurprijs voor Boze tongen (2003), Gouden Uil Publieksprijs voor Sprakeloos (2010), Constantijn Huygensprijs voor hele oeuvre (2013).

Privé

Getrouwd met René Los. Woont en werkt in Antwerpen en Kaapstad.

Partner Content