© Getty Images/iStockphoto

1 op de 2 Belgische vrouwen werd al geconfronteerd met ongepast grensoverschrijdend gedrag op het werk

Plusmagazine.be Onlineredactie

Meer dan de helft van de vrouwelijke werknemers (55%) zegt al geconfronteerd te zijn geweest met ongepast gedrag op het werk; terwijl ook 25% van hun mannelijke collega’s hetzelfde zegt. Zo blijkt uit een studie* van jobsite StepStone bij meer dan 5000 Belgische werknemers .

Op de vraag of ze het gevoel hadden dat ze al geconfronteerd werden met ongepast gedrag op het werk, bevestigde 40% van alle respondenten deze stelling. Bij de vrouwelijke collega’s was dat 55%, terwijl dit voor mannelijke werknemers 25% bedroeg.

Hoogleraar arbeidsgeneeskunde aan de KU Leuven Lode Godderis geeft toelichting: “Op wetenschappelijk basis hadden we een groter genderverschil in ongewenst gedrag op het werk verwacht.Dit kan een gevolg zijn van het feit dat steeds meer bewijzen en getuigenissen worden gedeeld die erop wijzen dat een man evenzeer slachtoffer kan zijn van ongewenst gedrag.Dit maakt dat mannelijke werknemers zich misschien meer bewust zijn van andere voorvallen en dit niet langer verbergen.”

Wat betreft de respondenten die geconfronteerd worden met grensoverschrijdend gedrag, zei 80% van de deelnemers dat men aanstoot nam aan het gedrag. Het verschil tussen mannen (70%) en vrouwen (82%) was hier minder groot.

Er waren geen significante verschillen tussen Nederlandstalige, Franstalige of anderstalige collega’s met betrekking tot bovenstaande resultaten.

Meest voorkomende vormen

De meest voorkomende vormen van grensoverschrijdend gedrag op het werk waren voor iedereen opmerkelijk gelijk – ongeacht taal of geslacht:

49% werd al geconfronteerd met dubbelzinnige opmerkingen op het werk

47% met frequente ongepaste grappen

34% met ongewenst fysiek contact

Een interessant verschil kan worden opgemerkt met betrekking tot opmerkingen over iemands uiterlijk. Vrouwelijke werknemers werden vaker geconfronteerd met opmerkingen over hun eigen uiterlijk (43%), terwijl dit voor hun mannelijke tegenhangers 16% was. Het aantal opmerkingen over het uiterlijk van een collega (en dus niet over het eigen uiterlijk) was vergelijkbaar met 30% voor zowel mannen als vrouwen.

Wie zijn de daders?

Maar wie heeft deze vormen van gedrag begaan? In bijna de helft van de gevallen was het een collega in het team van het slachtoffer (46%). Op de tweede en derde plaats zien we dat de manager van de persoon (37%) en een collega in een ander team (35%) werden genoemd.

Niet bespreekbaar op het werk

Wat betreft de communicatie over een incident van grensoverschrijdend gedrag lijken de respondenten minder geneigd om dit aan de juiste partijen op het werk te melden. Slechts 15% zou er met hun manager of HR-afdeling over praten, terwijl 30% wel met een collega sprak. 33% sprak erover, maar niet op het werk en 34% kon nergens terecht met wat er op het werk gebeurde.

“Er over kunnen spreken is een cruciale stap in het voorkomen van ongewenst gedrag. Daarom is het belangrijk dat je je grenzen kunt aangeven. Het feit dat we er niet over kunnen spreken, maakt ook dat het aantal gevallen hoog blijft.”, verduidelijkt professor Godderis.

* De studie werd uitgevoerd voor de coronacrisis in december 2019-januari 2020.

Partner Content