Vlaanderen legt eigen voorraad maskers aan

De Vlaamse regering legt voortaan zelf een strategische stock beschermingsmateriaal aan voor mogelijke epidemieën. Dat schrijven De Morgen en Het Laatste Nieuws maandag.

Het federale debacle rond de strategische voorraad mondmaskers leidde er in de eerste maanden van de pandemie toe dat het dragen van een mondmasker lange tijd niet werd aanbevolen of verplicht. De Vlaamse regering heeft toen beslist om zelf mondmaskers en ander beschermingsmateriaal te kopen. Sinds het begin van de coronapandemie kocht Vlaanderen voor bijna 42 miljoen euro aan persoonlijk beschermingsmateriaal aan, waarvan 30,1 miljoen euro besteed werd aan mondmaskers.

De regering-Jambon betonneert nu dat Vlaanderen zelf in beschermingsmateriaal voorziet en legt voortaan een strategische voorraad aan. Het gaat om 16 miljoen chirurgische mondmaskers, 2,25 miljoen FFP2-maskers, 7,5 miljoen handschoenen en 750.000 schorten. Voor het bepalen van die aantallen is gekeken naar de piekmaand in de coronacrisis. Voor handgels bestaat er voldoende binnenlandse productie, onder meer dankzij de jeneverbrouwers, waardoor een noodvoorraad niet nodig is. Bovendien is dat een zeer brandbaar product, waardoor opslag moeilijker is. Dat kost de Vlaamse regering de komende tien jaar alvast 15 miljoen euro.

Een noodvoorraad van drie maanden

Vlaams minister Wouter Beke (CD&V) en Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) maken zich sterk dat ze de vervaldatum van de stock in de gaten zullen houden en het beschermingsmateriaal op basis van die datum zullen vervangen. Daarbovenop worden de Vlaamse zorg- en welzijnsvoorzieningen verplicht een noodvoorraad aan te houden van drie maanden, waarvoor ze een extra vergoeding krijgen.

Ze krijgen meer dan 15 miljoen euro aan compensaties voor uitgaven die ze hebben moeten doen omwille van de pandemie. Voor de residentiële instellingen gaat het om een forfaitaire vergoeding van 10 miljoen voor de kosten die ze maken voor het aanleggen van een strategische stock aan beschermingsmateriaal. De niet-residentiële instellingen krijgen een bedrag van 5 miljoen euro voor bijkomende werkingskosten en aankopen om de zorg te kunnen verder zetten onder veilige omstandigheden. Het gaat dan bijvoorbeeld over aanpassingen aan de infrastructuur van de zorginstelling.

“We spelen daarbij op zeker”

“Vlaanderen neemt zijn verantwoordelijkheid door de nodige voorraden strategische beschermingsmaterialen aan te leggen en de bruikbaarheid ervan permanent te monitoren. We spelen daarbij op zeker en leveren daarvoor de nodige budgettaire inspanningen, opdat we de werknemers in onze Vlaamse zorg- en welzijnsinstellingen kunnen voorzien van het noodzakelijke materiaal in tijden van crisis”, zegt minister-president Jan Jambon.

“Onze Vlaamse zorg- en welzijnsinstellingen hebben tijdens de coronacrisis het beste van zichzelf gegeven in uiterst moeilijke en onuitgegeven omstandigheden. Deze uitgaven zijn dan ook noodzakelijk geweest om de dagelijkse werking verder te zetten”, aldus nog minister Beke.

Partner Content