© iStock

Nieuwe stappen in de strijd tegen kanker

Het terugdringen of zelfs genezen van kanker komt voor steeds meer tumoren binnen handbereik. Verschillende doelgerichte moleculaire therapieën en immunotherapie openen mogelijkheden om beter te behandelen met minder bijwerkingen. Hoe werken deze therapieën en waar schuilen de voordelen en de valkuilen?

De kankerbehandeling heeft al een bijzonder lange weg afgelegd. Chemotherapie, een van de oudste behandelvormen, blijft voor veel kankerpatiënten nog steeds nodig om de tumor te bestrijden. “Maar de jongste jaren hebben we ook alsmaar meer moleculaire veranderingen binnenin tumoren ontdekt en bestudeerd”, vertelt prof. Dr. Patrick Pauwels (UZA/UA) , professor in de moleculaire oncopathologie. “Die veranderingen doen de kankercellen delen, muteren en uitzwermen. Heel wat van die moleculaire veranderingen kunnen we vandaag aanvallen via zogenaamde targeted- therapie. Dat is een doelgerichte behandeling meestal in pilvorm, die zich op die specifieke moleculaire verandering stort terwijl de gezonde cellen grotendeels buiten schot blijven. Patiënten verkiezen ook deze therapie boven de veel zwaardere chemotherapie. Jammer genoeg zijn de moleculaire veranderingen die we vandaag kunnen targetten nog steeds erg beperkt.”

Dure opsporing

De beste van de klas is momenteel melanoom (een agressieve vorm van huidkanker). “Ongeveer de helft van de gevallen komt in aanmerking voor een doelgerichte therapie. Bij longkanker ligt dat aantal lager , maar zijn de resultaten ook best spectaculair. Dat aantal zou opgetrokken kunnen worden, door meer van deze vaak zeldzame moleculaire veranderingen op te sporen. Met elke nieuwe vondst zijn we blij, want dat levert behandelingsopties op. Maar dat opsporen gebeurt vandaag lang niet overal even nauwgezet. Daar hangt natuurlijk ook een stevig prijskaartje aan vast. Om mutaties te detecteren moeten innovatieve NGS -testen (Next Generation Sequencing) ingezet worden waarmee gendefecten in tumoren worden nagetrokken. Die dure testen worden in zekere mate terugbetaald maar daar zitten wel financiële beperkingen op”, gaat prof. Pauwels verder.

Beperkt aantal patiënten

De verschillende moleculaire therapieën die vandaag voorhanden zijn, kunnen in de praktijk slechts een beperkt aantal patiënten echt genezen langdurig goed houden. “Dat lijkt weinig maar toch loont deze aanpak zeker de moeite. Zo bieden deze therapieën de kankerpatiënten een veel betere levenskwaliteit dan chemo. Zelfs bij patiënten die we niet kunnen genezen, maakt dit een enorm verschil. Bovendien zoeken we op die manier verder naar de mechanismen waarom een patiënt niet of niet langer reageert op zijn therapie. Dat kan leiden tot aangepaste medicatie. Uitgezaaide kankers blijven nog steeds erg lastig te behandelen. Maar via targeted therapie kunnen we die vaak wel ombuigen tot een chronische ziekte met een betere levenskwaliteit dan in het geval van chemobehandeling. Zo hebben we verschillende patiënten die al jarenlang een kwalitatief goed leven leiden omdat hun kanker dankzij die doelgerichte therapie onder controle blijft. ”

Immunotherapie

Daarnaast is er de hype en de hoop van de immunotherapie. “Daar verwachten mensen enorm veel van door de positieve berichten maar helaas is die niet voor iedere kanker geschikt en moeten de verwachtingen wat getemperd worden. Deze therapie is alleen nuttig bij tumoren met de geschikte biomerkers. En zelfs in die gevallen zoals bij bepaalde longkankers, schommelt de respons bij een behandeling met immunotherapie rond de 20 à 30 %.”, nuanceert prof. Pauwels. Slechts een beperkte groep heeft er dus grote baat bij. “Bovendien beschikken we nog steeds niet over superefficiënte individuele biomerkers om goed te voorspellen bij wie het succesvol zal aanslaan. Gezien het prijskaartje is het financieel niet haalbaar is om het bij grote groepen kankerpatiënten uit te proberen. En ook aan immunotherapie zijn nevenwerkingen verbonden. Maar door de hoera-berichten in de media koesteren heel wat patiënten vandaag foute verwachtingen van immunotherapie.”

Geherprogrammeerde cellen

Een bijzondere vorm van immunotherapie die nu opgang maakt, is de Car T- cell therapie. Daarbij worden de eigen witte bloedcellen genetisch aangepast om kankercellen aan te vallen. “Kankercellen zijn extreem slim en zitten vol vernuftige afweersystemen om de krijgers van ons immuunsysteem te verschalken. Om ons immuunsysteem doeltreffender te maken, worden bepaalde witte bloedcellen, de T-lymfocyten, uit het bloed gehaald. Die worden vervolgens genetisch geherprogrammeerd zodat ze de kankercel in het lichaam kunnen herkennen. Tegelijk worden deze cellen ook extra geactiveerd. Nadien vermenigvuldigen we die aangepaste cellen tot een groot leger van 1 biljoen cellen. Dat wordt via een infuus terug toegediend aan de kankerpatiënt. Deze methode werkt uitstekend bij verschillende bloedkankers zoals leukemie omdat de kankercellen zich daar in de bloedbaan bevinden en meteen herkend worden door de getrainde T-lymfocyten.”

De meest voorkomende kankers zijn de carcinomen zoals long-, borst-, darm- en pancreaskanker. Die tumoren hebben zichzelf vaak ingenesteld in het orgaan. “Zij bunkeren zichzelf als het ware in en zijn daardoor bijna ongrijpbaar, zelfs voor de geherprogrammeerde afweercellen. Voor deze kankers is die therapie een stuk minder geschikt. Pancreaskanker blijft een van de moeilijkst te behandelen kankers, precies omdat bijna geen enkele therapie erin slaagt om die bunker binnen te dringen. Maar we zoeken verder.”

Toekomst?

Welke rol zullen al die vernieuwende behandelingen spelen in de toekomstige aanpak van kanker. “Die toekomst wordt ongetwijfeld nog meer een combinatie van verschillende therapieën. Aangevuld met wat we kunnen opsteken uit de ervaring van andere disciplines. Zoals de bestrijding van Aids. Ook die ziekte hebben we niet met 1 pil onder controle gekregen maar dankzij een cocktail van middelen. Een gelijkaardige evolutie zal zich voltrekken bij kanker. Het grote nadeel is het prijskaartje. We staan voor enorme ethische uitdagingen, als je weet dat een combinatie van die dure behandelingen de uitgaven zal doen exploderen. Dat zal moeilijke vragen opwerpen zoals ‘hoeveel is de prijs van een mensenleven waard?’ Vandaar dat het onderzoek naar biomerkers zo essentieel is om de therapieën betaalbaar te houden.”

Vloeibare biopsie

Het zoeken naar biomerkers gebeurt tot nu toe hoofdzakelijk in weefselstalen van tumoren. Die zijn niet altijd even goed bereikbaar om een staal of biopsie te nemen. “Dat actieterrein hebben we nu uitgebreid door de tumor te analyseren aan de hand van andere lichaamsvloeistoffen zoals bloed. Ook in deze vloeibare biopsieën kunnen we nu DNA van de tumor aantreffen. Van die piste verwacht ik in de toekomst enorm veel, omdat de technologie voor dit soort analyses sterk is geëvolueerd en veel meer mogelijkheden biedt. Momenteel loopt in ons labo een doctoraatsonderzoek om een gelijkaardige oefening te doen in de urine van kankerpatiënten. Op termijn zou dit kunnen leiden tot een thuismonitoring van patiënten via urinetesten”, blikt prof. Pauwels vooruit.

Partner Content