© ISTOCK

Nieuwe aanpak van diabetes: meer dan controle van de bloedsuikerspiegel

Diabetes blijft een van de snelst oprukkende ziekten. Maar qua inzichten en behandelingen zijn we een heel nieuw tijdperk binnengetreden. Van levensstijl switch tot efficiëntere medicatie en sensoren met spitstechnologie.

Een epidemie. Die term nemen wetenschappers nog steeds in de mond als het over de sterke opmars van diabetes (type 2) gaat. Voor ons land luidt de prognose dat in 2025 bijna één op de tien volwassenen diabetespatiënt zal zijn. Diabetes type 2 ontstaat doordat onze lichaamscellen minder gevoelig worden voor het hormoon insuline. Die stof fungeert als een soort sleutel die onze lichaamscellen nodig heeft om de glucose (of suiker) uit het bloed op te nemen. Verschillende factoren zoals leeftijd, genetische aanleg, gebrek aan beweging, maar ook overgewicht kunnen ervoor zorgen dat de cellen deze insuline onvoldoende herkennen, waardoor het glucosegehalte in het bloed te hoog blijft.

Lichaamsbeweging maakt insuline efficiënter. En daar zijn heus geen grootse sportprestaties voor nodig.

Geen wonder dat de diabetescurve de stijgende evolutie van obesitas volgt. Zwaarlijvigheid heeft al jaren een stevige hand in de ontwikkeling van deze ziekte, maar recente studies maken almaar meer duidelijk dat die situatie wel degelijk omkeerbaar is, of minstens vatbaar voor verbetering.

Continue inspanning

“Levensstijl is de beste pil die je tegen diabetes kan nemen, maar tegelijk ook de moeilijkste”, beseft professor Christophe De Block (diensthoofd endocrinologie, UZ Antwerpen). “Uitgebreid internationaal onderzoek van China tot de Verenigde Staten bevestigt dat mensen met prediabetes (die op weg zijn naar diabetes), door gewicht te verliezen en meer te bewegen, hun risico op diabetes op korte termijn al met de helft kunnen verminderen. Wie al diabetes heeft, kan met dergelijke drastische levensstijlingrepen vaak ook zijn ziekte terugdraaien of de behandeling afbouwen. Gewichtsverlies – zelfs al is die beperkt – zal de insulinegevoeligheid weer doen toenemen. Er zijn patiënten die erin slagen om 30 kilo af te vallen, waarna hun bloedsuikerregeling weer helemaal zoals vroeger functioneert. Dat vraagt vaak een continue inspanning. Want eens je (pre)diabetes hebt gehad, blijf je er wel altijd gevoelig voor.”

Wat als je type 1 hebt?

Diabetes type 1 is eigenlijk een auto-immuunziekte waardoor het lichaam helemaal geen insuline produceert. Dat maakt de bloedsuikerregeling nog een stuk complexer dan bij type 2. Maar ook voor de kleinere groep mensen met diabetes type 1 (ongeveer 45.000 in België) werd veel vooruitgang geboekt. Zoals de continue glucosemeters, die het vingerprikken vervangen. “De nieuwe toestellen werken op twee manieren. Ze meten ofwel continu de glucoseconcentraties in het onderhuidse vocht, via een sensor die je wekelijks vervangt, en zijn gelinkt aan een alarm dat waarschuwt bij abnormale niveaus. Of ze maken gebruik van een huidsensor (flash monitoring) op je arm en een klein draadloos toestel waarmee je de sensor scant en dat meteen je glucosegehalte weergeeft op het scherm. Deze meters zijn vandaag ook verkrijgbaar voor type 2, maar niet terugbetaald.” Er lopen ook volop testen met de lang verwachte kunstmatige pancreas, een automatische koppeling tussen de glucosemeter en de insulinepomp. “Geeft die meter aan dat je bloedsuiker te hoog oploopt, dan schiet de insulinepomp in actie, zonder dat je zelf nog moet tussenkomen.” Opmerkelijk is de recente toename van diabetes type 1 bij ouderen, meer bepaald bij kankerpatiënten die een immuuntherapie hebben gevolgd. “Het immuunsysteem wordt bij sommigen zo intensief gestimuleerd, dat het onder meer de eigen insulineproducerende cellen aanvalt.”

Vetmassa en beweging

Obesitas, en dan vooral overdreven veel buikvet, blijkt een trigger voor diabetes. Dat komt omdat dit viscerale vet een actief orgaan is, dat volop ontstekingsbevorderende hormonen vrijzet. “Bij een overmatige vetopslag rond de buik veroorzaken deze hormonen insulinere-sistentie. Je eigen insuline wordt dan minder efficiënt, waardoor je minder suiker kan opnemen in de cellen van je spieren en organen. Je bloedsuikerspiegel blijft daardoor te hoog. Zodra dat buikvet oplost, verdwijnt ook vaak de diabetes, en dat op heel korte termijn. Of je dat vet nu kwijtraakt door een dieet of een obesitasingreep, heeft daarbij geen belang.”

Lichaamsbeweging maakt de insuline dan weer efficiënter. Dat komt door een combinatie van het bloedsuikerverbruik door de spieren die je aan het werk zet en een verbetering van de insulinegevoeligheid van allerlei organen. “Dat hoeven geen grootse sportprestaties te zijn. Alle vormen van beweging hebben effect, zowel kracht- als conditietraining. Een half uurtje stevig doorwandelen per dag – wordt sterk aanbevolen. Tijdens de inspanning kan het soms lastig zijn om je bloedglucose goed af te stemmen, maar nadien wordt je bloedsuikerspiegel er wel stabieler door.”

De nieuwe aanpak van diabetes beperkt zich niet tot het controleren van het glucosegehalte in het bloed. “We moeten af van het vakjes denken en ruimer kijken, aangezien diabetes een impact heeft op heel wat organen en lichaamsfuncties. Ook de bloeddruk en het cholesterolgehalte moeten nauwgezet worden opgevolgd, omdat ze de kans op complicaties zoals oog-, zenuw- en nieraandoeningen en hart- en vaatziekten beïnvloeden”, benadrukt prof. Christophe De Block.

Twee nieuwe geneesmiddelen

Dit ruimere vizier weerspiegelt zich ook in de nieuwe medische behandelingen die breder werken. “De eerste groep nieuwkomers zijn geneesmiddelen gebaseerd op de werking van onze darmhormonen. Deze medicijnen, incretines genoemd, worden eveneens ingespoten. Ze bevorderen de secretie van insuline en onderdrukken tegelijk die van de tegenhanger, het hormoon glucagon. Insuline en glucagon samen regelen onze bloedsuikerwaarden en moeten dus in evenwicht zijn voor een goede controle. Daarnaast remmen deze nieuwe middelen ook het hongergevoel en beschermen ze de nier- en hartfunctie. “Een van deze middelen is liraglutide, dat mee onderzocht werd aan de Universiteit Antwerpen. Het wordt ingezet voor zowel diabetes als obesitas, omdat het in combinatie met een dieet ook extra gewicht – tot zes à acht kilo – doet verliezen via interactie met dat deel van de hersenen dat de eetlust regelt.”

De tweede belangrijke geneesmiddelenklasse die er de voorbije vier jaar is bijgekomen, controleert de suikerhuishouding via de nieren. “De zogeheten SGLT2-remmers zijn middelen die de heropname van suiker in de nieren tegenhouden. Door die heropname af te remmen, plas je opnieuw meer suiker uit, waardoor je bloedsuikerspiegel daalt. En er is meer: één gram suiker uitplassen staat gelijk aan vier kilocalorieën. Op een dag verlies je zo makkelijk 300 extra kcal. Dat zorgt natuurlijk voor extra munitie in de strijd tegen de kilo’s, maar het is ook gunstig voor je bloeddruk, je hart- en je nierfunctie.”

Deze nieuwe types geneesmiddelen verminderen bovendien de kans op hypoglycemie (een zeer lage bloedsuikerspiegel waardoor je bewusteloos kan raken), een van dé grootste angsten bij diabetici. “In heel wat gevallen slagen we er via deze medicatie ook in om de overstap naar insulinetherapie met jaren uit te stellen of zelfs helemaal af te blazen.”

Zoals vaak bij innovaties, hangt er een stevig prijskaartje aan vast, waardoor een terugbetaling voor alle diabetici die er baat bij hebben, lang niet vanzelfsprekend is. “Klopt. Maar tegelijk werken de nieuwe therapieën ook beschermend tegen hart- en vaatziekten, nieraandoeningen en andere complicaties, waardoor ze op lange termijn wel eens kostenbesparend uitvallen. Die analyse moet nu opnieuw gebeuren”, vindt prof. De Block.

Test je risico

Om te achterhalen of je veel kans loopt op diabetes, is er vandaag de Findrisc-methode. Ze werd ontwikkeld in Finland en door tal van andere landen overgenomen. De vragenlijst peilt onder meer naar je leeftijd, je BMI, de omtrek van je middel, hoeveel groenten en fruit je dagelijks inneemt, hoeveel je elke dag beweegt, of je bloeddrukverlagers gebruikt, of je familieleden hebt met diabetes, enz. Op basis van die parameters schat de test erg goed in of je kans loopt om binnen de tien jaar diabetes en/of hart- en vaatziekten te ontwikkelen. Je vindt de test online op www.diabetes.be, gratis infolijn 0800-96333

2 types worden 5 groepen

Enkele maanden geleden werd een nieuwe indeling gemaakt van diabetes. Die moet meer individuele therapie mogelijk maken. “In de praktijk hanteren we deze vijf profielen al een hele poos om de behandeling aan te passen aan de leeftijd en bij overgewicht, insulineresistentie, insulineafhankelijkheid en andere aandoeningen”, verduidelijkt prof. De Block. De opdeling gebeurt voortaan als volgt:

1. Auto-immuunziekte waarbij het lichaam geen insuline meer aanmaakt. Deze vorm manifesteert zich meestal al op jonge leeftijd, maar kan ook pas later optreden.

2. Ernstig insulinetekort maar geen auto-immuunreactie. Deze vorm komt overwegend voor bij jonge patiënten met een gezond gewicht, die moeilijk insuline aanmaken.

3. Mensen met ernstige insulineresistentie, meestal ook met overgewicht. Zij maken insuline aan, maar hun lichaam reageert daar niet langer op. Ze hebben een groter risico op nier- en leverziekten.

4. Milde obesitasgerelateerde diabetes bij mensen die erg veel overgewicht hebben maar geen insulineresistentie.

5. Leeftijdsgerelateerde diabetes. Vergelijkbaar met het vorige type, alleen ontwikkelt deze vorm zich op een aanzienlijk hogere leeftijd.

Partner Content