© GETTY IMAGES

Een depressie na 50. Hét moment voor een nieuwe start?

Een depressie kan je op elke leeftijd overvallen. Na 50 is ze vaak het gevolg van te veel stress en te zware beproevingen. Een juiste behandeling en begeleiding biedt dan de kans om opnieuw te starten en écht te gaan leven.

Je diepbedroefd voelen, amper plezier ervaren, voor niets nog belangstelling opbrengen, overmand worden door schuldgevoelens, almaar minder zelfrespect hebben, met een gebrek aan eetlust, slaap- en concentratieproblemen kampen... Een depressie is niet zomaar een dipje. Wie het heeft doorgemaakt, weet hoe moeilijk dit is: het leven lijkt één lange, donkere tunnel, het gevoel dat het je nooit meer zal toelachen. Je gedachten zijn donkerder dan je ooit voor mogelijk hield.

“Een depressie is een verschrikkelijke ziekte, ook al omdat je je schaamt”, weet psychiater William Pitchot (CHU Luik en interdisciplinair centrum Psy Pluriel). Toch heeft een depressie, net zomin als een andere aandoening, te maken met een zwak karakter of zelfmedelijden. En de idee dat je nooit nog uit een depressie raakt, is evenzeer een misvatting. “Een depressie is een ziekte, die uitstekend te behandelen valt met medicatie, psychotherapie of een combinatie van beide. Zelfs voor complexe gevallen bestaan oplossingen”, luiden de bemoedigende woorden van de specialist.

De dingen des levens

Ongeacht je leeftijd, een depressie overvalt je altijd onverwacht. Maar wat maakt vijftigers en zestigers kwetsbaar voor een depressie, net op een moment dat ze wat meer tijd krijgen voor zichzelf? Welnu, net dat op jezelf teruggeworpen worden, kan voor problemen zorgen. “Maak je tussen 50 en 65 voor het eerst een depressieve episode door, dan moet je de oorzaak doorgaans bij een bepaalde gebeurtenis zoeken. Erfelijke aanleg speelt hier minder dan bij heel jonge mensen.” Waar psychiaters vroeger een onderscheid maakten tussen een endogene depressie – zonder duidelijke link met een gebeurtenis – en een reactieve depressie – uitgelokt door bijvoorbeeld een overlijden of relatiebreuk -, zijn ze het er vandaag min of meer over eens dat elke depressie wordt veroorzaakt door... het leven, ook al maken genetische factoren je vatbaarder.

Een depressie is een ziekte en heeft niets te maken met een zwak karakter of zelfmedelijden.

“Al in je prilste kinderjaren krijg je te maken met stresserende gebeurtenissen. Meestal kom je die tamelijk goed te boven – of je hebt die indruk -, maar eigenlijk blijft het vrij onduidelijk welke impact dergelijke gebeurtenissen op lange termijn hebben. Als ze elkaar snel opvolgen, stijgt het risico op negatieve gevolgen, omdat je dan geen tijd krijgt om je aan te passen.” En de manier waarop de samenleving is geëvolueerd, werkt aanpassingsproblemen in de hand: vandaag kan je ook als vijftiger nog je job verliezen, scheiden,... “Het probleem is niet zozeer de verandering an sich – mensen hebben zich doorheen de geschiedenis altijd weten aan te passen -, wel de snelheid waarmee alles verandert, vooral op technologisch vlak. Het aanpassingsvermogen van een vijftiger is nu eenmaal kleiner dan dat van een twintiger of dertiger.”

De verklaring voor een depressie moet niet enkel bij een te grote psychische belasting worden gezocht, ook lichamelijke overbelasting speelt mee. Je energiereserve is niet eindeloos. “Werk je veel en hard, dan ben je vaak geneigd om jezelf weg te cijferen, niet goed genoeg voor jezelf te zorgen. Zo zien we bij mensen die in de horeca werken, bijvoorbeeld, dat die sector elke dag voor een pak stress zorgt en ook lichamelijk erg belastend is”, licht dokter William Pitchot toe. Bovendien is er heel vaak een link tussen depressie en andere gezondheidsproblemen, zoals verhoogde bloeddruk, diabetes, een te hoge cholesterol, obesitas of slaapapneu. “Hoe ouder je wordt, hoe meer een depressie zich overigens in lichamelijke symptomen uit.” Als je je onbehagen niet of niet langer onder woorden kan brengen, gaat je lichaam aangeven dat het niet goed met je gaat. Het is hoe dan ook van belang om een depressie – ongeacht de leeftijd – correct te diagnosticeren en te behandelen. Vooral bij 85-plussers is het risico op zelfdoding erg groot. “Fatalisme is geen optie. Hou oud je ook bent, je kan beter worden en je uiteindelijk zelfs heel goed voelen. Ook wie de 90 voorbij is, verdient dat een depressie wordt behandeld”, aldus nog de psychiater.

Na 50 word je je bewust van wie je echt bent en dat proces verloopt nooit rimpelloos.

Betekenisvolle episode

Behandelen dus. Maar hoe? Volgens dokter William Pitchot moeten we vooral af van de algemeenheden en vooroordelen. Neen, antidepressiva zijn niet bij iedereen nodig, maar ze zijn ook niet gevaarlijk, al kunnen ze bijwerkingen hebben. En ja, het is altijd aangewezen om een behandeling met medicijnen aan te vullen met psychotherapie. Niet alleen om het genezingsproces te versnellen, maar ook preventief, om nieuwe depressieve episode te voorkomen.

“Een eerste depressie wordt uitgelokt door een bijzonder negatieve ervaring. Maar dat geldt niet voor pakweg de vijfde depressieve episode. Omgevingsfactoren spelen dan minder. Je wordt gewoon almaar vatbaarder voor de ziekte. Vandaar dat een depressie krachtdadig moet worden aangepakt, want ze vormt een risicofactor voor een nieuwe depressie.” Welke behandeling de beste is, wordt geval per geval bekeken, zonder vast te houden aan dogma’s. Hypnose, psychoanalyse, systeemtherapie, cognitieve gedragstherapie: er zijn tal van behandelopties en nog meer therapeuten.

“Het komt er vooral op aan een zinvolle behandeling te vinden. Veel mensen kloppen bij ons aan omdat ze al 20 jaar antidepressiva slikken zonder goed te weten waarom. Moeten ze die echt nemen? Misschien niet. Maar omgekeerd zien we ook veel mensen die antidepressiva nodig hebben, maar ze niet voorgeschreven krijgen. Simpel is het nooit.” Het is vooral belangrijk dat je je op je gemak voelt bij je arts en/of psychotherapeut. Want zoals dat in het leven wel vaker gaat, is die klik de basis van de oplossing.

Een depressie na 50. Hét moment voor een nieuwe start?
© GETTY IMAGES

Een depressie is een ziekte, maar om te genezen moet je ook luisteren naar de boodschap die erachter zit. Vaak wijst een depressie op iets dat vierkant draait, op keuzes die niet (langer) bij je passen, op de vitale noodzaak om je psychisch functioneren, je prioriteiten en je waarden te herschikken. Die noodzaak is er des te harder wanneer die depressie halverwege je leven optreedt. “Eenmaal de symbolische kaap van 50 voorbij, heb je de indruk dat alles vanaf nu bergaf gaat, dat je qua efficiëntie en daadkracht zal moeten onderdoen voor jongere mensen. Dat raakt ook je identiteit.”

Je kan spreken van een crisis, maar het doel van die crisis is niet om daarna weer te gaan leven zoals voordien. Volgens Carl Gustav Jung doorloop je in de tweede helft van je leven een proces van ‘individuatie’. Je wordt je bewust van wie je werkelijk bent, je wordt een individu dat zich van anderen onderscheidt. Zo’n proces verloopt nooit rimpelloos. Maar eenmaal dat afgerond is, voel je je vaak veel vrijer, authentieker en beter in je vel dan tevoren. “Je kan na 50 véél gelukkiger zijn dan voordien! Als je midden in een depressie zit, kan je dat moeilijk geloven, maar als het achter de rug is, blijkt het vaak een erg positieve ervaring. Je kan als een heel ander mens uit een depressie komen. Tegen jongeren van 20-25 jaar die een depressie doormaken, zeggen we dat ook: dat het goed is dat ze alles in vraag stellen, dat hun depressie het pad effent naar de juiste beslissingen en meer geluk.”

Symptomen die kunnen wijzen op een depressie

  • Je hebt voor niets nog belangstelling, zelfs niet voor dingen die je tot voor kort erg boeiden.
  • Je beleeft aan niets meer plezier: niet aan je maaltijden, niet aan seks, niet aan sportieve en intellectuele activiteiten.
  • Je slaagt er niet meer in je te concentreren op je werk. En ook wanneer je een boek leest of naar een film kijkt, kan je je gedachten er niet bij houden.
  • Je hebt de indruk dat je geheugen het soms laat afweten, dat je alles vergeet.
  • Je slaapt slecht, je wordt ’s nachts heel vaak wakker of je kan ’s ochtends je bed niet uit.
  • Je hebt geen eetlust meer of je eet net heel de dag door.
  • Je komt er maar niet toe om beslissingen te nemen.
  • Je vindt jezelf waardeloos.
  • Je voelt je schuldig over de toestand waarin je je bevindt.
  • Je hebt zelfmoordgedachten.

Maryse (54): “Depressie is de hel, maar op een dag wist ik dat het ergste achter me lag”

Ik weet dat mensen soms traag maar zeker naar een depressie afglijden. Bij mij gebeurde het erg bruusk. Ik was altijd opgewekt, evenwichtig, positief ingesteld. Misschien wel een beetje té? Ik kon het allemaal aan. Ik was 25 jaar getrouwd, maar die relatie schonk me al lang geen voldoening meer. Mijn echtgenoot was depressief sinds hij 15 jaar eerder was ontslagen. We sliepen apart, gingen apart op vakantie. Dat heb ik jarenlang volgehouden. Voor mijn twee dochters, maar ook omdat ik zo ben opgevoed. Scheiden, dat doe je niet. Ik was ook bang dat mijn man een scheiding niet te boven zou komen.

Vijf jaar geleden ontmoette ik op het werk – ik ben verpleegster – een man met wie ik het heel goed kon vinden. In het weekend maakten we wandelingen, gingen een hapje eten, praatten urenlang aan de telefoon. Ik leefde op. Mijn dochters en vriendinnen merkten onmiddellijk dat ik veranderd was. Er is een man in je leven, zegden ze. Hoewel hij vrij was, wilde ik niet dat er tussen ons meer zou zijn. Ik kon me niet voorstellen dat ik mijn man zou verlaten. Bovendien voelde ik me te oud: helemaal opnieuw beginnen op 50 is onzin, zo hield ik mezelf voor. Dus maakte ik een einde aan onze ontmoetingen.

Enkele weken na de breuk dacht ik dat ik alles weer onder controle had, maar van de ene dag op de andere kon ik nog nauwelijks mijn bed uit. Ik kreeg sombere gedachten, at nog maar één keer per dag. Het ging almaar slechter, tot ik niet meer in staat was om te gaan werken. Mijn patiënten waren mijn leven, nu kon ik ze niet meer uitstaan. Een arts met wie ik samenwerk, zei dat ik hulp moest zoeken. Ik ben in therapie gegaan bij een van zijn collega’s. Geneesmiddelen heb ik niet genomen. Wat ik nodig had, was nadenken over mijn leven – dat me niet meer beviel – en over de kansen op geluk die ik weigerde te grijpen om redenen die veel dieper gingen dan ik wilde toegeven.

Wanneer je in een depressie valt, moet je alles grondig onder de loep nemen: je familie en het verleden, je donkere kantjes. Zoiets vergt moed. Maar op een bepaald moment voel je dat je door een deur stapt die eerder nooit voor je openging. En je weet dat er geen weg terug is, al vind je nog hindernissen op je weg. Toen ik dat voelde, wist ik dat het ergste achter me lag. Een jaar later ben ik een nieuw leven begonnen. Écht een nieuw leven, dieper en vrolijker. Ik wens niemand een depressie toe: het is de hel op aarde. Maar paradoxaal genoeg is die depressie ook mijn redding geweest.

Partner Content