© Getty Images/Westend61

1 op de 4 arbeidsongeschikte mensen zit thuis door burn-out, depressie of angst

Leen Baekelandt
Leen Baekelandt Journaliste Plusmagazine.be

1 op de 4 hoofddiagnoses bij de start van een arbeidsongeschiktheid betreft een psychosociale aandoening zoals burn-out, depressie of angststoornis. Dat toont de nieuwste studie van de Onafhankelijke Ziekenfondsen.

De nieuwste studie van de Onafhankelijke Ziekenfondsen toont dat 1 op de 4 hoofddiagnoses (24,8 %) bij intrede in arbeidsongeschiktheid een psychosociale aandoening betreft. Na 1 jaar arbeidsongeschiktheid (bij intrede in invaliditeit), is dit zelfs 4 op de 10. Mensen met een psychosociale aandoening blijken dus langere tijd arbeidsongeschikt te zijn dan gemiddeld: personen met een depressie zitten gemiddeld 4 maanden thuis, mensen met een burn-out 3 maanden. Dit is langer dan bijvoorbeeld personen in arbeidsongeschiktheid omwille van hart- en vaatziekten.

“Mentale gezondheidsproblemen blijven een belangrijke reden voor uitval en langdurige arbeidsongeschiktheid”, bevestigt Professor Arbeidsgeneeskunde Lode Godderis, Directeur Onderzoek bij IDEWE. “En de kans bestaat dat in deze onzekere tijden dit aantal nog meer zal stijgen. Veel mensen hebben angst voor de toekomst, kunnen maar moeilijk om met de onzekerheid en ervaren veel stress.”

Meer burn-out bij vrouwelijke bedienden

Maar er is meer. Uit de analyse blijkt ook dat vooral bedienden arbeidsongeschikt worden door psychosociale aandoeningen. Bij bedienden beslaan psychosociale aandoeningen al bij intrede in arbeidsongeschiktheid ongeveer een derde van het totaal aantal diagnoses. Het aandeel neemt toe tot 55 % na een half jaar en dat blijft ook zo na een jaar. Dit is opmerkelijk hoger dan bij zelfstandigen en arbeiders. Bij zelfstandigen duurt de arbeidsongeschiktheid wel langer en het aandeel zelfstandigen dat arbeidsongeschikt is door een burn-out of depressie neemt sterk toe na een half jaar en bij intrede in invaliditeit.

Vrouwen worden in vergelijking met mannen dubbel getroffen door psychosociale aandoeningen. Ten eerste krijgt 30 % van de vrouwen bij de opstart van arbeidsongeschiktheid een psychosociale aandoening als diagnose, terwijl dit bij mannen slechts 19 % is. Ten tweede duurt de arbeidsongeschiktheid langer bij vrouwen dan bij mannen. Het verschil tussen mannen en vrouwen werd eerder al aangetoond door het RIZIV.

Vooral jongere werknemers

Jonge werknemers, tussen 20 en 40 jaar, lijken meer vatbaar om thuis te zitten door een psychosociale aandoening dan hun oudere collega’s. Maar zij gaan wel sneller terug aan de slag na een periode van arbeidsongeschiktheid door een psychosociale aandoening. Oudere werknemers zijn dus langer arbeidsongeschikt door een burn-out of depressie dan hun jongere collega’s.

“Arbeidsre-integratie is een belangrijk onderdeel van de behandeling van mentale gezondheidsproblemen en het is belangrijk dat dit tijdig wordt opgestart”, legt Professor Godderis uit. “Tijdens een periode van arbeidsongeschiktheid is het waardevol dat er blijvend contact is met het werk. Dit bevordert een geslaagd herstel en helpt ook om vlotter terug aan het werk te gaan. Het is ook cruciaal om werkgerelateerde oorzaken voor de mentale gezondheidsproblemen te erkennen en om de barrières die een terugkeer in de weg kunnen staan, aan te pakken.”

Investeren in welzijn van de werknemers

Astrid Janssens, Adjunct Medisch Directeur bij de Onafhankelijke Ziekenfondsen: “Preventie is de beste remedie om arbeidsongeschiktheid te voorkomen. Dit geldt zeker voor burn-out, maar ook voor bijvoorbeeld bot- en spierziektes: het is zinvol voor bedrijven om meer preventieacties te organiseren. Investeren in optimale werkomstandigheden en in het welzijn van werknemers is een belangrijke voorwaarde in het voorkomen van arbeidsongeschiktheid. Dankzij de reglementering voor de re-integratie op het werk zijn werkgevers zich hier meer van bewust.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content