Van stevige kost tot trendy veggie

Wie wil weten wat mensen vroeger aten, kan niet voorbij gaan aan dé steun en toeverlaat van de Vlaamse vrouwen van toen en nu: Ons kookboek, dat in de volksmond lang het kookboek van de boerinnenbond werd genoemd.

Nog altijd is het een basis voor alle beginnende keukenprins(ess)en en een bijbel met de basistechnieken voor gevorderden. Alleen zagen technieken en ingrediënten én dus ook het – toen al meer dan 20 jaar oude – kookboek er in 1950 totaal anders uit dan nu.

“Wat je met slachtafval en orgaanvlees kon klaarmaken, stond er toen nog in, bijvoorbeeld”, vertelt beleidsverantwoordelijke Caroline Audoor van KVLV, Vrouwen met Vaart. “Net zoals wij waren ook onze voorgangsters er altijd snel bij om nieuwe tendensen op te nemen en te integreren in het kookboek, maar tot de jaren ’60 was die evolutie eerder klein. Met de technologische vernieuwingen die na de wereldtentoonstelling van 1958 opdoken, werden sneller nieuwe recepten en technieken geïntroduceerd. Te beginnen met de diepvriezer, dat was al een eerste omwenteling. De doorbraak van de pasta was ook een revolutie. En de kruiden eveneens: vroeger voegde je peper en zout toe en dat was het zowat.”

“We hebben altijd ons best gedaan om mensen te laten zien wat ze met nieuwe ingrediënten konden doen. Onze nieuwste editie heeft een volledig hoofdstuk over veggie en er staan ook symbooltjes bij veggierecepten in andere hoofdstukken. En natuurlijk zijn er nieuwe recepten met bijvoorbeeld quinoa en couscous. Af en toe zijn er recepten gesneuveld: er staan er nu al zo’n 2000 in, het boek moet een beetje hanteerbaar blijven. En sommige technieken zijn ook afgevoerd, omdat ze voorbijgestreefd zijn. Aan de andere kant: door de aandacht voor duurzaam eten en de ecologische voetafdruk is nu de seizoenskalender weer nadrukkelijker aanwezig: de tijd is voorbij dat je in de winter aardbeien kocht zonder je daar vragen bij te stellen.”

“Klassiekers als witloof met hesp in de oven zijn altijd in Ons Kookboek blijven staan, maar ook die recepten zijn met de tijd aangepast. Het witloof wordt nu niet meer plat gekookt, alles is ook lichter geworden: minder room, minder boter. Rond de jaren ’50 zie je in de kookboeken ook waarschuwingen opduiken dat het voedingspatroon voor mensen met een zittend beroep er toch wel anders moet uitzien dan dat van het vroegste publiek van mensen die zwaar werk verrichtten in de buitenlucht.”

Lees ook: Koken zoals in de fifties

Partner Content