Katherine Pancol: Ik wil een Frankrijk bevolkt met Belgen!

De Franse schrijfster Katherine Pancol scoort ook in ons land hoge toppen met verslavende romans als De gele ogen van de krokodillen en de Muchachasreeks. Plus Magazine kreeg de kans om haar te interviewen en dat resulteerde in een boeiend en geestig gesprek.

De gele ogen van de krokodillen, De trage wals van de schildpadden, De eekhoorns huilen op maandag en nu Muchachas 1, 2 en 3,... De romans van Katherine Pancol verkopen als zoete broodjes, met miljoenen tegelijk en haar typische personages blijven maar in de verschillende verhaallijnen opduiken, van het ene boek naar het andere doorlopen. Maar het is haar eigen verhaal dat we willen horen van de auteur als ze even in ons land is, voor ze zich weer opsluit om aan een nieuw boek te beginnen... ja hoor: Muchachas 4!
Hoe ga je om met dit succes?
Heel goed! (lacht) Ik ga er op mijn 60ste beter mee om dan op mijn 25ste, toen het succes me naar het hoofd steeg. Ik wist niet meer wie ik was, waar ik leefde en dan word je een prooi aan mensen... Dat succes was echt grillig, maar nu heb ik het getemd. Dat voelt goed aan, want nu maakt het mijn leven gemakkelijker, zachter en vooral: het versterktt mijn zelfstandigheid en mijn vrijheid.
Wat zijn de ingrediënten van een goede roman?
Je moet tijd uittrekken om de personages op te bouwen, want zij zijn het die de roman uitmaken. Voor ik met een boek begin, werk ik eerst mijn personages uit: hun origine, familie, geur, kleding, hun meest geheime droom,... Ik oefen hun manier van praten en bewegen in, zodat ik hen zo goed ken dat ik alleen nog maar in het boek moet zetten. Dan gaat elk personage zijn eigen gang.
Wat inspireert je?
Alles! Het dagelijkse, het bijzondere, het banale, een zin die ik hoor. Alles kan een aanleiding zijn, ik heb alleen een aanknopingspunt nodig. Mijn personage Josephine heb ik bijvoorbeeld in het water ontmoet. Ik was op een ochtend in Fécamp in Normandië gaan zwemmen toen ik kennis maakte met een briljante vrouw met een universitaire graad, die van zichzelf vond dat ze dom was en wiens kinderen haar echt gemeen bejegenden.
Je verhalen draaien vaak rond zware, droevige thema’s zoals pedofilie en geweld tegen vrouwen...
Ik ben maar een getuige van het leven van vandaag. Muchachas bijvoorbeeld is ontstaan uit een scène die zich voor mij ontrolde: een vrouw die zich liet aftuigen door haar vriend. Ze reageerde niet, want ze was al zo ver heen... Ik wilde begrijpen hoe je op zo’n punt kan komen, ik ben in het hoofd van die vrouw gekropen. En door haar ogen heb ik 1.500 bladzijden geschreven.
En hoe sta je zelf in het leven?
Ik heb besloten om gelukkig te zijn, want dat is goed voor de gezondheid! (lacht) Ik ben dol op dat citaat van Voltaire. Ik ben van nature positief ingesteld.
Is België een bron van inspiratie voor jou?
Het zijn eerder mensen dan landen die me inspireren en ik heb geen Belgische wortels. Ik ben hier wel al vaak geweest, vooral omdat mijn zoon hier een jaar stage heeft gelopen op het Europees parlement in Brussel. Ik hou wel van die wat rare Belgische houding ten opzichte van de realiteit. Jullie hebben een verbeelding en een humor die ik nergens anders vind: zachte en tedere gekte. Ik wil een Frankrijk bevolkt met Belgen!
Wat vinden je kinderen van je boeken?
Wspreken daar thuis niet over. Bij hen ben ik mama, niet de schrijfster. Ik denk dat ze mijn boeken lezen, maar ik heb het hen nooit gevraagd en dat zou ik ook nooit durven. We spreken met mekaar wel vaak over boeken van andere auteurs.
Volgen ze jouw voetsporen?
Nee. Mijn zoon was eerst wel echt literair aangelegd, maar werkt nu in een Amerikaanse handelfirma en mijn dochter wilde altijd al filmregisseur worden. Nochtans schrijven ze allebei wel echt heel goed en vinden ze altijd de goede woorden. Toen ze klein waren, mochten ze van mij nooit woorden als ‘ding’ of zo gebruiken. En ik las hen Racine en Corneille en zo voor.
Van waar komt bij jou die passie voor het schrijven?
Toen ik nog een klein meisje was, heb ik ontzettend veel gelezen. Ik ging naar de gemeentelijke binbliotheek en las gewoon alfabetisch wat ze hadden! Darbij komt dat we vaak verhuisden toen ik klein was en het enige wat ik van het ene huis naar het andere kon meenemen was mijn boek. ’s Avonds vertelde ik mezelf verhalen om te kunnen inslapen en ik vertelde ook verhalen aan mijn broier en neefjes. En ook schreef ik toneelstukjes toen ik klein was. Gek, he?
Weet je op voorhand hoe het verhaal gaat aflopen, als je begint te schrijven?
Nee, nooit. Ik weet hoe het begint en dan laat ik begaan tot de personnages ermee ophouden. Op het einde van Muchachas 3 heb ik twee losse eindjes, omdat ik niet wist wat er zou gebeuren. En vorige zomer, nadat ik al zes maanden gestopt was met eraan te werken, wist ik opeens wat er zou gebeuren. Omdat de personages zich verder ontwikkeld hadden.
Er komt dus een vervolg?
Ja, ik ga Muchachas 4 schrijven. Ik heb al notities klaar. Ik wil erin afrekenen met de familie Cortès die zo’n beetje uit mijn hoofd barst.
Heb je al last gehad van de angst voor het lege blad papier?
Ja, dat is echt vreselijk! (lacht) Er zijn dagen dat ik niets schrijf. Het moeilijkste is om het juiste woord te vinden; Schrijven, dat is zoals sudoku: het juiste woord doet alles kloppen en maakt het geheel compleet, net zoals zo’n cijfer in een roostertje.
Wat vind je het leukst aan je beroep?
Ik verdien mijn brood met verhalen vertellen, dat is geweldig! En ik ben mijn eigen baas, ik bepaal zelf met hoeveel werk ik mezelf opzadel.
Je favoriete auteur?
Balzac! Gewoon alles staat er in zijn geschriften. Hij schrijgft over een samenleveing die uiteindelijk niet zoveel veranderd is. Alle schandalen die vanfdaag opduiken, staan al bij hem beschreven. En niemand beschrijft liefdesverdriet zo goed als hij. Die relaties bij Balzac zijn echt juweeltjes!
Mis je het werk als journaliste bij Elle en Paris Match niet?
Nee, want ik schrijf. En als ik zin heb in een reportage schrijf ik teksten voor mijn blog.
Word je herkend op straat?
Ja en de mensen zijn echt vriendelijk! Ze vragen een handtekening of een selfie. Ik vind het zo schattig dat ze zeggen dat ik alsjeblief verder moet schrijven. Ik antwoord dan dat ik echt niet anders zou kunnen.
Wat zijn je volgende projecten?
Ik ga me opsluiten om het vervolg van Muchachas te schrijven en dan zou ik graag naar de Verenigde Staten vertrekken, omdat daar dan de verkiezingscampagne gaat beginnen. Ik wil dan tijd doorbrengen me mensen in hartje Amerika en uit die ontmoetingen dan later weer verhalen halen.
Wat betekent geluk voor jou?
Ik hou van het leven en van mijn kinderen, die voor mij een volledige hergeboorte betekenden. Toen ik klein was, was ik verplicht om al snel volwassen tre zijn, ik had te veel verantwoordelijkheden. Dat was te zwaar, ik lachte nooit. Omdat ik nooit een jeugd gehad heb, ben ik weer kind geweest met mijn dochter en zoon. Ik heb met dezelfde overtuiging verstoppertje gespeeld als zij. Nu lach ik de hele tijd, omdat ik de zaken omgekeerd gedaan heb: ik ga dus eindigen als baby!

Tijdlijn

Katherine Pancol: Ik wil een Frankrijk bevolkt met Belgen!

1954: geboorte in Casablanca (Marokko)
1959: aankomst in Frankrijk
1970: literatuurstudies in Parijs
1972: lerares Frans/Latijn in Zwitserland
1974-2008: journaliste bij Elle en Paris Match
1979: eerste roman Moi d’abord
1987: geboorte van dochter Charlotte
1989: geboorte van zoon Clément
2006: publicatie van De gele ogen van de krokodillen
2014: Muchachas
Zowel de trilogie van De gele ogen van de krokodillen als de Muchachasreeks verschenen in Nederlandse vertaling bij uitgeverij Manteau. De vertaling van het derde deel van Muchachas ligt in april in de boekenwinkel...
copyright foto Katherine Pancol: Sylvie Lancrenon


Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content