Brugge die scone

Leen Baekelandt
Leen Baekelandt Journaliste Plusmagazine.be

Brugge is werelderfgoed waar u ook maar kijkt en daar is de stad terecht trots op. We nemen u mee op wandel door het Brugge dat u moét gezien hebben.

We beginnen onze tocht door Brugge op het Zand dat met het Concertgebouw een eigentijdse trekpleister heeft. Hier vindt u op de gelijkvloerse verdieping ook de toeristische dienst die u met plezier op weg zal helpen voor uw verkenning van de fiere werelderfgoedstad. Helemaal boven in het Concertgebouw wordt in Forum+ actuele beeldende kunst getoond. Maar alleen al voor het prachtige panorama moet u even tot daar gaan.

We laten het Concertgebouw achter ons, steken het plein over en wandelen door de Zuidzandstraat tot aan de Sint-Salvatorskathedraal. De Sint-Salvatorskathedraal is de oudste parochiekerk van Brugge. In de kerk zelf bevinden zich enkele mooie wandtapijten en een majestueus doksaal met orgel. In de schatkamer van de kathedraal kunt u onder meer schilderijen bewonderen van Dirk Bouts, Hugo van der Goes en Pieter Pourbus.

Via de Steenstraat komen we op het Simon Stevinplein. Hier staat het standbeeld van de beroemde Vlaams-Nederlandse wetenschapper Simon Stevin (° Brugge 1548, ? Den Haag 1620), één der belangrijkste raadgevers van Prins Maurits van Nassau.

Van het Stevinplein zetten we onze wandeling verder langs de Oude Burg. Op de Oude Burg 27 bevindt zich het Hof van Watervliet, een prachtig gerestaureerd 16de-eeuws gebouwencomplex.

Trap op voor de dapperen

Voor het einde van deze straat ziet u links de hallen die bij het Belfort horen. Via het imposante binnenplein kunt u overdag (van 8 tot 18 uur is de poort open) even doorsteken naar de Markt. Het Bruggemuseum Belfort en de Hallen zijn één van dé praalgebouwen van de stad! Wie er de beklimming van 366 treden voor over heeft, kan boven van een adembenemend uitzicht genieten. Op de tweede verdieping bevindt zich de voormalige middeleeuwse schatkamer en helemaal boven de 47 klokken van de Brugse beiaard, goed voor een totaal gewicht van 27 ton.

Op de Markt staat het standbeeld van Jan Breydel en Pieter De Coninck, de twee lokale volkshelden die in 1302 (Guldensporenslag) een vooraanstaande rol speelden in het Vlaams verzet tegen de Franse overheersing.

In de hoek van de Markt nemen we de verkeersvrije Breidelstraat die ons naar de Burg voert. Onderweg komen we rechts voorbij één van de nauwste straatjes van de stad, de Garre, waar heel wat gezellige cafeetjes zijn.

De Burg, een architectuurmuseum op zich

De Burg is ontegensprekelijk het meest majestueuze plein van de stad. Op de Burg vindt u het Bruggemuseum-Stadhuis (1376-1420), een van de oudste stadhuizen der Nederlanden opgetrokken in gotische stijl. Binnen moet u zeker een kijkje gaan nemen in de Gotische Zaal met een indrukwekkend houten, gepolychromeerd hanggewelf en historische muurschilderingen.

Aan de rechterzijde van dit monument verschuilt zich de Basiliek van het Heilig Bloed, een dubbelkappel met beneden de romaanse Sint-Basiliuskapel (1139-1149) en op de bovenverdieping de kapel waar de Relikwie van het Heilig Bloed wordt bewaard en iedere vrijdag wordt vereerd. Deze kapel kreeg in de 19de eeuw een neogotisch interieur. In het Museum van de basiliek van het Heilig Bloed worden o.a. reliekschrijnen, kerkelijke gewaden en schilderijen tentoongesteld.

In de andere hoek van de Burg merkt u de blinkende renaissancegevel van de voormalige Civiele Griffie, met net daarnaast de ingang van het Bruggemuseum-Brugse Vrije. Pronkstuk in dit museum is de prachtige eikenhouten schouw (1529 met albasten fries, ter verheerlijking van Keizer Karel V.

Recht tegenover het stadhuis is de Proosdij, een gebouw in barokstijl, gelegen waar destijds de zogenaamde ‘Proosdij van Sint-Donaas’ zetelde. Onder de bomen op het plein stond vroeger de Sint-Donaaskathedraal. Tijdens graafwerken voor de bouw van een hotel werd hier in 1988 de romaanse kooromgang van de in 1799 verwoeste kathedraal blootgelegd. De kooromgang werd mooi geïntegreerd in de kelders van het hotel. Vlakbij troont ook het beeld van De Geliefden, een symbolische verwijzing naar de talrijke verliefde paartjes die wettelijk in de echt verbonden worden in het nabijgelegen Stadhuis.

De arme blinde ezel

We verlaten de Burg via de het straatje links van het stadhuis, de Blinde Ezelstraat. Vergeet niet om even achterom te kijken naar de mooie overwelving tussen het Stadhuis en de Civiele Griffie.

In het linker hoekhuis dat tegen de reie aanleunt, zou vroeger een molen hebben geweest die aangedreven werd door een ezel. Om het dier een depressie te besparen wanneer het zou beseffen dat het dag en dag maar rondjes moest lopen, werd de ezel geblinddoekt. Vandaar de straatnaam...

Net voorbij de brug belanden we op de Vismarkt. Een naam die niets aan de verbeelding overlaat. Van dinsdag tot zaterdag wordt hier nog elke voormiddag dagverse zeevis verkocht, een delicatesse die vroeger enkel voor de rijken was weggelegd.

Wie minder welstellend was, vond zijn gading iets verder op het Huidenvettersplein, waar goedkopere zoetwatervis aan de man werd gebracht.
Het grote gebouw dat het pleintje beheerst, was vroeger het ambachtshuis van de huidenvetters of leerlooiers. Hier werden koeienhuiden bewerkt tot leder, een bezigheid die qua geur niet moest onderdoen voor de vis die buiten verhandeld werd.

Fototoestellen in aanslag!

Verder wandelend komen we op de Rozenhoedkaai, zonder twijfel het meest gefotografeerde hoekje van Brugge! Hier bevond zich vroeger de zouthaven. Zout was het goud van de middeleeuwen. Woorden als salaris, salaire of het Engelse salary herinneren nog aan deze periode.

Van de Rozenhoedkaai komen we op de Dijver. Hier verzamelden eeuwen geleden allerhande Druïden om deze heilige plaats te eren. Tegenwoordig vindt u er het Europa-College, een post-universitaire onderwijsinstelling waar geselecteerde studenten van diverse nationaliteiten een gespecialiseerde opleiding volgen, toegespitst op de diverse aspecten van de Europese Unie.
Net daarnaast ligt het Groeningemuseum dat een overzicht biedt van de Zuidnederlandse en Belgische schilderkunst van de15de tot de 20ste eeuw. Wereldberoemd zijn de meesterwerken van de zogenaamde ‘Vlaamse Primitieven’ (Jan van Eyck, Hans Memling, Hugo van der Goes,...).

Van de Dijver komen we automatisch in de Gruuthusestraat terecht, waar het Bruggemuseum-Gruuthuse is gevestigd. In dit voormalig paleis van de Heren van Gruuthuse (15de eeuw), dat in 1955 een museumfunctie kreeg, is een zeer gevarieerde collectie van meubilair, huisraad, zilverwerk, wandtapijten, kant, keramiek, glas, wapens, muziek- en meetinstrumenten, e.a. te bewonderen.

Michelangelo’s Madonna

Via het Guido Gezelleplein komen we bij Bruggemuseum-Onthaalkerk Onze Lieve Vrouw (13de-15de eeuw). Deze recent gerestaureerde kerk met een 118 meter hoge bakstenen toren, herbergt een uiterst rijk kunstbezit. Blikvanger bij uitstek is de witmarmeren Madonna met Kind, één van de meesterwerken van Michelangelo. Eveneens het bekijken waard zijn de 16de-eeuwse Praalgraven van Karel de Stoute en Maria van Bourgondië in het hoogkoor. Tijdens misvieringen is de kerk niet toegankelijk voor toeristen.

In de Mariastraat bevindt zich het oude Sint-Janshospitaal, nu Kunstcentrum Sint-Jan genaamd. Hier loopt nog tot 3 oktober een tentoonstelling van de Spaanse schilder Juan Miró.
In de Corneliuskapel van het historische St.-Janshospitaal (13de-14de eeuw) worden zes authentieke meesterwerken van Hans Memling bewaard. In de voormalige ziekenzaal, waar religieuzen vroeger pelgrims, reizeigers en zieken verzorgden, worden nu meubelen, schilderijen en voorwerpen tentoongesteld die verwijzen naar de rijke geschiedenis van het hospitaal. Leerrijk is tevens een bezoek aan de Oude Apotheek uit de 17de eeuw.

Van Brugse Zot tot begijntjes

Via de Stoofstraat komen we op het Walplein terecht, waar Brouwerij De Halve Maan, onze aandacht trekt. In deze brouwerij, waarvan reeds in 1546 sprake is, draait alles rond ‘De Brugse Zot’, een pittig biertje van hoge gisting op basis van mout, hop en speciale gist. De naam verwijst naar de bijnaam van de Bruggelingen, die ze te danken zouden hebben aan Maximiliaanvan Oostenrijk. Om hem te verwelkomen trok een stoet door de straten met bonte feestvierders en zotten. Toen Maximiliaan wat later gevraagd werd om een nieuw ‘zothuis’ (psychiatrische instelling) te financieren, antwoordde hij: ‘Ik heb hier alleen maar zotten gezien. Brugge is één groot zothuis. Sluit gewoon de poorten.’
Het gerstenat kan ter plaatse geproefd worden. Wie meer over het productieproces en de geschiedenis van de brouwerij wil vernemen, kan deelnemen aan een geleid bezoek.

Via de Wijngaardstraat (rechts), het Wijngaardplein en de brug naast het Sashuis wandelen we verder naar het ‘Prinselijk Begijnhof Ten Wijngaarde’, gesticht in 1245. Het begijnhof wordt momenteel niet meer door begijnen bewoond, maar wel door zusters van de Orde van St.-Benedictus. De imposante binnentuin, de witgekalkte geveltjes en de gezegende stilte creëren er een zeer aparte sfeer.

We wandelen terug doorheen de Wijngaardstraat en komen uit in de Katelijnestraat. Op de hoekvan deze straat en de Oude Gentweg bevindt zich het Diamantmuseum. Hier ontdekken we de geschiedenis van Brugge als oudste diamantcentrum van Europa. Via de Mariastraat, de Heilige Geeststraat, het Sint-Salvatorskerkhof en de Zuidzandstraat komen we opnieuw op ons vertrekpunt terecht. Tijd voor nog een Brugse Zot en in gedachten nagenieten van deze prachtige stad.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content