© iStock

Ambtenarenpensioenen in het vizier

Een hervorming van de pensioenen moet (weerom) budgettaire ruimte scheppen om de begroting (op termijn) in evenwicht te krijgen. Dit keer worden de ambtenarenpensioenen geviseerd.

Naast een hele reeks andere maatregelen (verhoging accijnzen op diesel, taks op kansspelen, besparingen in de werkloosheid,...) springt vooral de afschaffing van de diplomabonificatie bij de ambtenarenpensioenen in het oog.

Wat?

Om recht te hebben op een volledig pensioen moet je nog altijd 45 jaar gewerkt hebben. Bepaalde periodes van inactiviteit tellen mee als gewerkte periodes (ziekte, werkloosheid, ...). In de privésector tellen de jaren dat je gestudeerd hebt niet mee. Je kan ze wel laten meetellen, maar dan moet je daar zelf bijdragen voor betalen en je moet dat ook aangevraagd hebben binnen de 10 jaar na het eindigen van je studies. Weinig loontrekkenden doen dit, want het is een dure zaak. Voor de ambtenarenpensioenen worden de studiejaren wel meegeteld. Daardoor kwamen ambtenaren ook vlugger dan loontrekkenden aan het vereiste aantal gewerkte jaren om vervroegd met pensioen te kunnen. Want om vervroegd met pensioen te kunnen (dus voor de wettelijke leeftijd van 65 jaar die zal opschuiven naar 66 en later naar 67 jaar) moet je in 2016 62 jaar zijn én 40 loopbaanjaren aantonen (beide voorwaarden moeten vervuld zijn – er is enkel een uitzondering voor de lange loopbanen).

Loopbaanduur en pensioenbedrag

Al in het Regeerakkoord was sprake van de geleidelijke afschaffing van de diplomabonificatie voor de ambtenarenpensioenen. Maar oorspronkelijk zou die afschaffing enkel slaan op de berekening van de loopbaanduur voor het vervroegd pensioen, niet op de berekening van het pensioenbedrag. Maar dit laatste zou na de begrotingsonderhandelingen op de helling staan. De afschaffing van de diplomabonificatie zou nu ook gelden voor de berekening van het pensioenbedrag. Daardoor zullen ambtenaren langer moeten werken vooraleer ze recht hebben op een volledig pensioen. Ze kunnen dit vermijden als ze, net als loontrekkenden, zelf bijdragen betalen om de studieperiodes te regulariseren. Er is wel in een overgangsregeling voorzien.

Ook ziektepensioen voor de bijl

Verder zal ook het ziektepensioen van ambtenaren geschrapt worden. Een loontrekkende die langdurig ziek is, komt op ‘invaliditeit’ terecht en krijgt een uitkering die een stuk lager ligt dan het ziektepensioen van een langdurig zieke ambtenaar.

Partner Content