Advertorial

© Getty Images/iStockphoto

7 praktische tips om te wennen aan je multifocale lenzen

Net begonnen met (multifocale) lenzen? Zo lukt het vlotjes.

1. Goed geïnformeerd

Laat je goed informeren bij het in gebruik nemen van de lenzen. Als je beseft dat er een gewenningsperiode is en als je weet waar je je aan kan verwachten, neemt dat al een heel pak onzekerheid weg.

2. Lukt het?

Plan bij het ontvangen van je lenzen meteen één of maximum twee weken later een controle in bij je contactlensspecialist, om te evalueren hoe het gaat. Als je zicht in bepaalde situaties volgens jou toch net niet scherp genoeg is, kunnen er dan meteen (kleine) correcties gebeuren.

3. Check-up

Bij die controle kan je contactlensspecialist bepaalde zaken nakijken: hoe reageert je oog? Beweegt de lens goed op het oog? Als je nog vragen hebt, kan hij je ook concreet helpen met praktische adviezen.

4. Elke dag dragen

Draag je lenzen die eerste weken liefst elke dag, zelfs al ben je van plan om af te wisselen tussen je bril en lenzen. Op die manier kan je brein zich het best aanpassen. Het kan even wennen zijn in het begin, maar eens het aanpassingsproces is doorlopen, hebben je ogen en je brein het voor altijd beet.

5. Geen stress!

Zorg dat je niet onder tijdsdruk staat als je je lenzen ’s morgens aanbrengt. Als je dat in alle rust kan doen, zal het een pak vlotter gaan. Eens je de routine te pakken hebt, kost het je minder dan een paar minuten.

6. Zwemmen? Zonder lenzen

Ga liefst niet zwemmen met lenzen in, ook niet met daglenzen: het risico op een infectie door het zwembadwater is reëel. Wil je toch graag scherp(er) zien in het zwembad, dan kan een zwembril op sterkte een oplossing zijn.

7. Laat je ogen nakijken

Laat vanaf het moment dat je lenzen draagt minstens één keer per jaar je ogen controleren bij je contactlensspecialist. Hij of zij kan checken of alles goed is en of je lenzen nog aangepast zijn aan je zicht.