Johan Adriaens, Estate Planner © G.F.

Onterven via een vennootschap, kan dat?

Volgens mijn boekhouder is het perfect mogelijk om mijn zoon volledig te onterven ten voordele van mijn dochter. Daarvoor moet ik heel mijn vermogen in een vennootschap inbrengen en dan alle aandelen op lijfrente verkopen aan mijn dochter. Klopt dat?

Dit lijkt op het eerst zicht een interessante techniek om te onterven, maar dat is het niet. Je moet dan inderdaad heel jouw vermogen – je huis, auto, meubels, antiek, kunst, spaargeld, enz. – inbrengen in een vennootschap, bijvoorbeeld een bvba. Dit brengt heel wat kosten met zich. Denk maar aan de oprichting van de vennootschap, het opmaken van een financieel plan, het verslag van de bedrijfsrevisor en in Vlaanderen 10% registratiebelasting op de inbreng van de woning in de vennootschap (12,5% in Brussel en Wallonië).

Maar er is meer. Als je de aandelen van de vennootschap aan je dochter verkoopt op lijfrente, zal zij bij jullie overlijden zwart op wit moeten bewijzen dat het echt om lijfrente ging, die correct betaald werd. Zo niet wordt jouw dochter toch op alles belast in de erfbelasting en kan je zoon zijn deel opeisen voor de rechtbank, vermits het eigenlijk om een schenking ging.

De fiscus doet vooral moeilijk als de tegenprestatie niet of onvoldoende bewezen is of als er geen gelijkwaardigheid van prestaties is. Als de ouders bv. 70 jaar zijn en de vennootschap is zo’n 600.000 euro waard, dan ligt een fair maandelijks bedrag algauw rond de 4.000 euro. Jouw dochter moet dan tot jullie overlijden dat bedrag maand na maand betalen. Bovendien zal ze moeten bewijzen dat de maandelijkse betalingen effectief gebeurd zijn, dus best via een overschrijving. Ondertekende briefjes met daarop de vermelding ‘betaald’ zijn onvoldoende als bewijs.

Stopt een beding van aanwas bij een scheiding?

Mijn vriendin en ik wonen feitelijk samen. We zouden samen een appartement willen kopen. De notaris raadt ons aan om in de overeenkomst een beding van aanwas op te nemen. Maar wat gebeurt daarmee als we ooit uit elkaar gaan?

Als je feitelijk samenwoont, ben je geen wettelijke erfgenaam van je partner. Je partner kan wel een testament opmaken in jouw voordeel en vice versa. Zo’n testament betekent echter niet dat de rechten van de reservataire erfgenamen aan de kant worden geschoven. Zo moeten zijn/haar kinderen minstens de helft van de nalatenschap krijgen. Bovendien kan je een testament altijd wijzigen. En dus krijgen samenwoners die samen een onroerend goed willen kopen wel eens de raad om te kopen met een beding van aanwas. Via zo’n clausule komt bij het overlijden van een van de partners zijn/haar aandeel in het onroerend goed automatisch toe aan de andere partner.

Als jullie uiteengaan blijft dat beding van aanwas in principe gelden, tenzij jullie beiden akkoord gaan om het te laten stoppen. Daarom kom je beter overeen dat het beding wordt aangegaan voor verlengbare periodes van bepaalde duur, bijvoorbeeld telkens voor twee jaar. Als je dat niet doet, kan je bij een scheiding ook proberen te verwijzen naar recente rechtspraak. Die geeft aan dat als de relatie tussen de partners stopt, de eigenlijke zin van zo’n beding wegvalt. Het is echter niet zeker dat een rechtbank deze rechtspraak ook volgt.

Verandert het erfrecht voor wie kinderloos is?

Klopt het dat je voortaan als langstlevende meer erft als jouw overleden partner enkel nog familie in de zijlijn nalaat? Mijn man en ik zijn kinderloos. Hij heeft één broer, ik was enig kind en heb enkel nog neven en nichten als erfgenamen. We zijn getrouwd onder het wettelijk stelsel en hebben geen huwelijkscontract.

Dat is inderdaad zo. In het nieuwe erfrecht dat sinds 1 september 2018 geldt, is het erfrecht voor kinderloze echtparen uitgebreid. Maar het hangt er wel van af of de partner die overlijdt al of niet broers of zussen (of hun afstammelingen) nalaat. Is dat het geval, zoals bij jouw echtgenoot, dan blijft alles bij het oude. Jij zal de volle eigendom erven van het deel van jouw man in jullie gemeenschappelijke vermogen. Heeft hij ook nog eigen goederen – van voor jullie huwelijk of later gekregen via erfenis of schenking -, dan erf jij daar enkel het vruchtgebruik van. De blote eigendom van een eigen goed van jouw man zal naar zijn broer gaan.

Maar is jouw echtgenoot de langstlevende partner, dan verandert er wel iets. Vermits jij geen broers of zussen hebt, maar enkel neven en nichten, erven deze verre erfgenamen niets en gaan ook jouw eigen goederen, als je die hebt, naar jouw echtgenoot, in volle eigendom.

Hoe bewijs je dat je geen schade toebracht, als er geen plaatsbeschrijving is?

Deze maand heb ik de huur van mijn appartement opgezegd omdat ik naar een serviceflat verhuis. Mijn verhuurder beweert dat ik schade heb aangebracht, maar veel zaken zijn gewoon slijtage of waren al zo. Er is nooit een plaatsbeschrijving gemaakt. Wat kan ik doen?

Sinds 2007 moet er verplicht een plaatsbeschrijving worden opgemaakt als het gehuurde goed de hoofdverblijfplaats van de huurder is. De verhuurder moet die plaatsbeschrijving bovendien ook laten registreren. Werd er geen plaatsbeschrijving gemaakt, dan wordt er van uitgegaan dat de woning zich op het einde van de huurovereenkomst in dezelfde staat bevindt als toen de huurder in de woning trok.

Als huurder blijf je aansprakelijk voor schade, maar jouw verhuurder zal zonder plaatsbeschrijving niet zo gemakkelijk kunnen bewijzen dat jij inderdaad schade zou hebben aangebracht aan zijn appartement. De bewijslast ligt in dit geval bij jouw verhuurder, en niet bij jou als huurder. De verhuurder kan een expert aanstellen om de schade te laten evalueren.

Maar ook al was er een plaatsbeschrijving opgemaakt, dan nog maakt de wet (art. 1731 Burgerlijk Wetboek) een uitzondering voor ‘hetgeen door ouderdom of overmacht is tenietgegaan of beschadigd’. Daar zal de expert ook rekening mee houden.

Juridische service, exclusief voor abonnees

Je wil een eerste advies over:

werk en pensioen, huren en wonen, erven en schenken, successierechten, echtscheiding, sociale zaken, consumentenbelangen

Contacteer onze Juriservice!

TELEFONISCH. Hou je Plus-Clubkaart klaar en bel 0900 100 08. Elke vrijdagmiddag van 16 tot 18 uur zoekt Roodhooft-Allaerts Advocaten een antwoord op je vraag.

Je betaalt 0,15 euro per 20 seconden.

LET OP! Proximus verbreekt automatisch de verbinding na 10 minuten.

SCHRIFTELIJK. Voor een schriftelijk antwoord (binnen de zes weken) op één juridische vraag, stort je 30 euro op IBAN-rekening BE16 2100 4520 4274 met de vermelding Juridische vraag. Stuur je vraag + betalingsbewijs naar: Plus Magazine – Juriservice, Raketstraat 50 bus 10, 1130 Brussel.

Je brief kan worden geselecteerd voor publicatie, maar je naam wordt niet bekendgemaakt.

Jan Roodhooft, advocaat
Jan Roodhooft, advocaat© BENNY DE GROVE
Benoît Malevé, advocaat
Benoît Malevé, advocaat© BENNY DE GROVE
Gauthier Polet, advocaat
Gauthier Polet, advocaat© BENNY DE GROVE
Marie-France Lefebvre, advocaat
Marie-France Lefebvre, advocaat© BENNY DE GROVE

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content