Vetten: het advies van de diëtist

Leen Baekelandt
Leen Baekelandt Journaliste Plusmagazine.be

Van 9 tot 15 maart 2015 vindt de 11de editie van de Week van de Diëtist plaats. Tijdens die week organiseren meer dan 200 diëtisten in Vlaanderen acties om vrijblijvend kennis te maken met de werkwijze van een profesionele diëtist. Het thema van de editie is “Vetten, het advies van de diëtist”.

‘Tegen 2016 moet er 5 procent minder verzadigd vet in onze voeding zitten, tegen 2020 moet dat 10 procent minder zijn. Met de maatregelen, in de vorm van een pact met de Belgische voedingsproducenten, wil minister van Volksgezondheid Onkelinx obesitas aanpakken.’ Deze afspraak met de voedingsindustrie en de toenmalig bevoegde minister van volksgezondheid, werd in januari 2014 bekend gemaakt, als een stap in de aanpak van de obesitasepidemie. Dat overgewicht een probleem is, weet intussen iedereen. Met de recente cijfers van de gezondheidsenquête, staat het nog maar eens zwart op wit: 48% van de volwassenen in België heeft overgewicht, 14% is obees. Eén op vijf jongeren (2-17 jaar) is te dik.i
De laatste decennia zijn de schadelijke gevolgen van ‘welvarende voedingsgewoonten’ – gekenmerkt door een overconsumptie van energierijke voeding (rijk aan verzadigde vetten en vrije suikers) en een onderconsumptie van complexe koolhydraten (de belangrijkste bron van vezels) – voor de gezondheid duidelijk geworden. Een verband werd aangetoond tussen deze energierijke voeding en een aantal belangrijke chronische aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten, kanker, diabetes mellitus, tandcariës, gastro-intestinale aandoeningen en bot- en gewrichtsaandoeningen (bron: gezondheidsenquête 2013)

Moeten we daarom alle vetten bannen?

Neen, zeker niet. Vetten bestaan uit vetzuren. Vetzuren worden opgedeeld in verzadigde en onverzadigde vetzuren. Vet in voedingsmiddelen bestaat altijd uit een combinatie van beide. Verzadigde vetten verhogen het cholesterolgehalte in het bloed, en vooral het ‘slechte’ LDL-cholesterol. Het zijn de onverzadigde vetten die een beschermende werking hebben tegen hart- en vaatziekten. De onverzadigde vetzuren zijn beter gekend als omega-9, omega-3 (alfa linoleenzuur) en omega-6 (linolzuur) . De laatste twee zijn de essentiële vetzuren die ons lichaam niet zelf kan aanmaken. We moeten ze dus via onze voeding binnenkrijgen. Essentiële vetzuren komen voor in vette vis, schaaldieren, tofu, noten en sommige plantaardige oliën zoals koolzaadolie, notenolie, olijfolie en lijnzaadolie.

Vet is een bron van energie, vitamine A, D en E en essentiële vetzuren.

Bij een gezond eetpatroon komt max. 30% – 35% van de dagelijkse energiebehoefte uit vet. Om de kans op hart- en vaatziekten te verlagen, is het van belang te kiezen voor producten met zo min mogelijk verzadigd vet en geen of weinig transvet. Een voeding met te veel vet is ongezond maar een voeding zonder vet is eveneens ongezond. Essentiële vetten verbeteren onze gezondheid en de aanbreng van in vet oplosbare vitaminen is noodzakelijk.
Praktisch: Een mespuntje minarine (5 gram) per sneetje brood en een eetlepel vetstof (10-15 gram) per persoon voor de bereiding van de warme maaltijd volstaan.

Praktisch

Week van de diëtist, van 9 tot 15 maart. Wil je graag weten of je al dan niet gezond eet en drinkt? Of wil je jouw voedingsgewoonten eens laten bestuderen en waar nodig laten bijsturen? Vraag dan raad bij een diëtist in jouw buurt! De lijst van deelnemende diëtisten en hun activiteiten is terug te vinden op de website
http://www.vbvd.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content