© Getty Images/iStockphoto

Sporten als je bètablokkers moet nemen: Kan dat ?

Recreatieve sporters die een bètablokker krijgen voorgeschreven, merken dat ze het lastiger krijgen bij het lopen of fietsen. Hun hartslag blijft op een bepaald niveau hangen, waardoor er minder intensief kan gesport worden en ze vaak sneller uitgeput raken. Toch is het nog mogelijk om veilig te sporten, weet sport-en keuringsarts dr. Sam Moustie, staflid SPORTS (UZA).

“Met bètablokkers wordt verwezen naar medicatie die ervoor zorgt dat de bloeddruk daalt, dat de hartslag verlaagt en dat de hartspier minder krachtig samentrekt. Het hart wordt hierdoor wat ontlast. Het gevolg hiervan is ook dat de hartslag niet meer boven een bepaald niveau uitstijgt. Dat heeft een remmende invloed op sportprestaties. Het hart kan de maximale hartslag niet langer bereiken, waardoor het minder bloed en zuurstof kan rondpompen naar de spieren. Het effect verschilt licht naargelang het type bètablokker en de dosering. Sommige mensen reageren er ook gevoeliger op.

Hoe bloeddruk

Deze geneesmiddelen kunnen voor verschillende aandoeningen worden voorgeschreven. Een van die indicaties is de behandeling van hoge bloeddruk of hypertensie. Tot voor enkele jaren was een bètablokker de eerste optie. Vandaag zijn er verschillende andere geneesmiddelen die een evenwaardig alternatief bieden. Deze groepen geneesmiddelen (Calciumantagonisten en Ace inhibitoren) verlagen even doeltreffend de bloeddruk zonder de hartslag te vertragen. Zeker voor wie regelmatig en intensief sport, is dat interessant. Je kan dit zeker aankaarten bij je arts, zodat hij kan zien wat voor jouw specifieke situatie de beste keuze is.

Daarnaast schrijven artsen bètablokkers voor voor een hele reeks hart-en vaataandoeningen zoals hartritmestoornissen. Hier moet eerst gekeken worden naar de precieze oorzaken en het type stoornis. In sommige gevallen kan stressreductie en minder cafeïnegebruik al wat soelaas brengen. Is er sprake van ernstiger ritmestoornissen, dan zijn bètablokkers vaak aan de orde. Verder zijn er nog verschillende aandoeningen waarbij er geen alternatief is voor bètablokkers. Dat is onder meer het geval na een hartinfarct, bij angina pectoris, bij hartfalen, bij ischemie en bloedvernauwingen.

Trainen ?

Extra gaan trainen om het remmende effect van bètablokkers weg te werken, heeft niet veel zin. Een betere optie is om bij je arts een inspanningstest op de fiets af te leggen, met een lactaatafname. Dat geeft aan hoe de verzuring van de spieren wordt opgebouwd. Voor recreatieve sporters is het aangewezen om zoveel mogelijk te trainen zonder de spieren te verzuren (buiten verzuring). Zo onderhou je op een gezonde manier een goede basisconditie. Heel wat recreanten sporten net tot aan het punt dat ze ‘het goed voelen’ maar dat is erover. Aan de hand van een inspanningstest kan je laten bepalen wat de veilige hartslagzones zijn waarbinnen je best sport, ook met bètablokkers. Die hartslagzone zal natuurlijk wat lager liggen.

’s Ochtends gaan lopen of fietsen en pas nadien je bètablokker nemen om beter te kunnen sporten, is zeker geen goed idee. Bij een aandoening zoals hypertensie begint de bloeddruk al te stijgen vanaf 5 à 6 uur ’s morgens. Door de medicatie uit te stellen, riskeer je net te gaan lopen met een verhoogde bloeddruk. Dat is potentieel gevaarlijk.

Conclusie

Neem je bètablokkers voor een bloeddrukbehandeling, overleg dan met je arts of er geen alternatieven mogelijk zijn, zodat je minder belemmerd wordt bij het sporten. Krijg je bètablokkers voor andere aandoeningen, dan hoef je zeker niet te stoppen met sporten, maar pas je ritme en inspanningen wat aan. Een sportmedisch onderzoek kan aangeven op welke manier je veilig conditie kan opbouwen.

Ga nooit op eigen houtje deze medicatie stopzetten of veranderen. Bespreek dit altijd met je arts.

Partner Content