Hoe zit het nu met de varkensgriep?

Leen Baekelandt
Leen Baekelandt Journaliste Plusmagazine.be

Eerst was het varkensgriep, nu is het Mexicaanse griep... Om welke griep gaat het precies? Hoe gevaarlijk is ze? Wat betekent de fase 5 die afgekondigd werd? En hoe kunnen we er ons maximaal tegen beschermen?

Inhoud:

Seizoensgriep, vogelgriep, varkensgriep, Mexicaanse griep... what ’s in a name?

Elk jaar doet er zich een klassieke griepepidemie voor die ongeveer 1 tot 5 % van de bevolking treft. Meestal volstaat voldoende rust om de ziekte te overwinnen. Ooraak van de ziekte is een besmetting met het influenzavirus. Helaas bestaat er niet één influenzavirus, maar zijn er duizenden varianten en komen er nog voortdurend nieuwe bij. Hoe dat komt, leest u in het kaderstuk: Influenza, een virus met een vervelend kantje.

De vogelgriep waar al veel om te doen was is een H5N1-virus (zie kaderstuk ‘Influenza, een virus met een vervelend kantje’) dat aanvankelijk enkel een probleem vormde bij dieren. Op een bepaald moment bleek het bij veelvuldig en nauw contact tussen mens en dier ook slachtoffers te maken bij mensen. Toen groeide de vrees dat het virus zich nog beter zou aanpassen aan de mens en op die manier van mens tot mens zou kunnen worden overgedragen. Zover is het tot nu toe nooit gekomen met de vogelgriep.

Varkensgriep is een griepvorm die, naar analogie met de vogelgriep bij vogels, voorkomt bij varkens en deze dieren ziek maakt. Te vlug heeft men gedacht dat de analogie met vogelgriep verder ging en het varkensgriepvirus van dier op mens was overgegaan. Dit blijkt intussen niet het geval. De naam was dus slecht gekozen en daarom wordt intussen de voorkeur gegeven aan Mexicaanse griep.

Het Mexicaanse griepvirus behoort tot het type H1N1, waartoe ook een deel van de virussen behoren, die deze winter verantwoordelijk waren voor de klassieke seizoensgriep, maar net zo goed het virus dat verantwoordelijk was voor de beruchte Spaanse griep die zich in 1918 in een mum van tijd uitbreidde tot een pandemie die wereldwijd in 18 maanden tijd volgens de voorzichtigste schattingen 20 tot 50 miljoen doden eiste.
Het Mexicaanse griepvirus is echter een volkomen nieuwe variant van H1N1, door combinatie van genetisch materiaal uit andere griepvirussen ‘zie kaderstuk ‘Influenza, een virus met een vervelend kantje’). En omdat het een nieuwe variant is, hebben we er ook nog weinig of geen natuurlijke weerstand tegen. Vandaar waarschijnlijk de dodelijke gevallen in Mexico.

Influenza, een virus met een vervelend kantje

Influenzavirussen zijn er om te beginnen van het type A, B en C. A komt bij mensen het meest voor, B wat minder en C slechts zeer zelden.

Er zijn duizenden soorten influenza A-virussen geïdentificeerd, die men verder onderverdeelt in verschillende subtypes. Dat gebeurt op basis van eiwitten die voorkomen op de buitenkant van het virus. Het influenzavirus is te vergelijken met een bolletje (een eiwitmantel) met stekeltjes op (zie afbeelding). Die stekeltjes zijn enerzijds het eiwit hemagglutinine (H) dat zorgt dat het virus zich kan vasthechten aan de cellen van de gastheer, en anderzijds het eiwit neuramidase (N) dat het virus nodig heeft om weer uit de gastheercel te geraken. Van het eiwit N heeft men 16 typen kunnen onderscheiden van het eiwit H 9 typen.

Binnenin het bolletje of de eiwitmantel van het influenzavirus zitten 8 RNA-strengetjes (ketens van erfelijk materiaal). Wanneer de virussen zich in de cellen van een griepslachtoffer vermenigvuldigen, zijn de nieuw gevormde virussen in principe identiek aan de oorspronkelijke virussen. Maar... het griepvirus heeft een vervelende eigenschap! De genetische code (de 8 RNA-strengetjes) verandert heel vaak en gemakkelijk. Kleine veranderingen – mutaties genoemd – gebeuren voortdurend. Dat verklaart ook waarom er tot nu toe geen enkel vaccin bestaat dat ons tegen ‘de griep’ kan beschermen. Het vaccin moet elk jaar opnieuw worden aangepast. De WHO bepaalt deze samenstelling op basis van de registratie van de optredende besmettingen in het afgelopen jaar.

Het nieuwe virus dat in Mexico is opgedoken is geen rustig verder muterend menselijk influenzavirus, ook geen varkensgriepvirus dat is overgegaan op de mens. Het bezit een deel RNA uit het varkensgriepvirus dat tot nu toe in Amerika circuleerde, een deel uit het varkensgriepvirus dat in Azië en Europa circuleerde, een deel uit het vogelgriepvirus en een deel uit een menselijk griepvirus. Het is dus een volkomen nieuwe variant die mensen ziek maakt en van mens tot mens wordt overgedragen.

Wanneer is er sprake van een pandemie?

Een pandemie is een wereldwijde griepuitbraak met een nieuw virussubtype dat nog niet eerder bij de mens werd waargenomen en waartegen de mens bijgevolg nauwelijks is beschermd. Een beruchte pandemie was de Spaanse griep in 1918. De meest recente pandemie was de Hong Konggriep in 1968 (1 miljoen doden).

Er bestaat een degelijk wereldwijd netwerk van laboratoria, onder leiding van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), dat het aantal griepgevallen registreert en nieuwe influenzavirusstammen opspoort.

Op basis van de gegevens waarover de WHO beschikt, bepaalt het in welke fase van voorbereiding op een pandemie de wereld verkeert. Dit systeem omvat zes fasen. Op 11 juni werd overgegaan naar fase 6, wat betekent dat de WHO erkent dat de besmetting is uitgegroeid tot een pandemie.

Fase 1: geen virussen gesignaleerd bij dieren die een infectie bij mensen zouden kunnen uitlokken.
Fase 2: er is een dierlijk influenzavirus geïdentificeerd waarvan geweten is dat het ook een infectie heeft veroorzaakt bij mensen.
Fase 3: een dierlijk of herschikt dierlijk-menselijk influenzavirus heeft een aantal gevallen of kleine clusters van mensen ziek gemaakt, maar er is nog geen overdracht van mens op mens waargenomen. Sinds het uitbreken van de vogelgriep jaren geleden verkeerden we voortdurend in deze fase.
Fasen 1 tot 3 omvatten de voorbereidingen op een pandemie met inbegrip van het ontwikkelen van voldoende capaciteit om slachtoffers op te vangen en te behandelen en het opstellen van nationale draaiboeken.

Fase 4: er bestaat een bewezen overdracht van mens op mens van een dierlijk of een herschikt dierlijk-menselijk influenzavirus.
Fase 5: mens op mens verspreiding van het virus in minstens twee landen binnen een bepaalde WHO-regio. Het afkondigen van fase 5 is een sterk signaal dat een pandemie dreigt. Op 29 april besliste de WHO deze fase af te kondigen voor de Mexicaanse griep.
Fase 6: de pandemische fase.

Wat zijn de symptomen?

De symptomen van de Mexicaanse griep komen in de eerste plaats overeen met de klassieke griepklachten:

  • lopende neus
  • keelpijn
  • droge hoest
  • relatief hoge koorts > 38,5°C
  • koude rillingen
  • spierpijn
  • futloosheid

Wat vaker zou voorkomen bij de Mexicaanse griep dan bij klassieke seizoensgriep is misselijkheid, braken en diarree.

Griepsymptomen kunnen haast van het ene moment op het andere opduiken. De ernstigste symptomen duren een drietal dagen tot een week. De meeste mensen zijn er binnen de twee weken weer helemaal bovenop. Soms blijft de vermoeidheid wel langer in lijf en leden zitten.

Waarom is griep ernstiger bij verzwakte mensen?

Het griepvirus vermenigvuldigt zich in de slijmvliescellen van de luchtwegen. De besmette cellen sterven af en zo vermindert de bescherming tegen verdere aanvallen en wordt men vatbaarder voor bijkomende infecties. Wie gezond en sterk is, hoeft niet veel te vrezen.

Wie ziek of verzwakt is, krijgt gemakkelijker een bijkomende bronchitis of longontsteking die zelfs fataal kan zijn. Bij deze mensen is griep verre van een onschuldige aandoening. De WHO schat dat elk jaar wereldwijd tussen de 200.000 en 500.000 mensen sterven als gevolg van de klassieke seizoensgriep. De meeste van hen zijn ouder dan 65.

Hoe geraakt men besmet?

De Mexicaanse griep wordt overgedragen van mens tot mens en deze besmetting verloopt zoals bij klassieke griep, via de lucht. Even niezen, hoesten of zelfs praten, volstaat om zeer kleine vloeistofdruppeltjes in de lucht te brengen die boordevol virussen zitten. Deze vloeistofdruppeltjes worden door de lucht getransporteerd en door iemand anders ingeademd. Twee tot vier dagen later kan deze persoon ook ziek worden.

Eigenlijk begint het besmettingsgevaar voor anderen een dag vooraleer iemand zelf ziek wordt en het duurt tot zeven dagen na het verdwijnen van de klachten.

Besmetting gebeurt des te gemakkelijker op plaatsen waar veel mensen samen zijn zoals tram, bus, metro, trein, op school, in een rusthuis,...

Hoe kunnen we ons wapenen?

Vaccinatie is zeker ons belangrijkste verdedigingsmiddel, vooral voor mensen die een verzwakte natuurlijke afweer hebben (door ouderdom, ziekte, herstel na operatie,...). Toch biedt een vaccin geen waterdichte bescherming. Eerst en vooral speelt ook uw eigen algemene conditie een rol bij de mate waarin het vaccin zal aanslaan.

Veel hangt ook af van het virustype dat u bedreigt. Lijkt dit type sterk op een virustype dat gebruikt werd in het vaccin, dan is de bescherming groter. Griepvaccinatie redt jaarlijks heel wat mensenlevens, vandaar dat artsen en overheid elk jaar opnieuw inspanningen leveren om mensen die tot een risicogroep behoren ervan te overtuigen zich te laten inenten.

Of het vaccin van dit jaar (dat volgende griepvirussen bevatte: influenza A/H3N2 A/Brisbane/10/07, influenza A/H1N1 A/Brisbane/59/07 en influenza B B/Florida/4/06 (Yamagata)) bescherming biedt tegen het nieuwe Mexicaanse griepvirus, daar is men absoluut niet zeker van. Maar indien er enige verwantschap bestaat tussen de H1N1-virusstam die aanwezig is in het virus en het nieuwe griepvirus, dan zou er toch een zijdelingse bescherming kunnen optreden.

Andere preventieve maatregelen, die zeker ook voor de Mexicaanse griep gelden, zijn:

? Was uw handen zeer regelmatig en gebruik regelmatig een product op basis van alcohol om uw handen te ontsmetten.

? Als u iemand ontmoet, laat dan het handen schudden of het kussen achterwege.

? Vermijd elk contact met mensen die griepsymptomen vertonen.

? Als je zelf ziek bent, gebruik dan papieren wegwerpzakdoeken en gooi die onmiddellijk weg. Draag eventueel een mondmasker.

Omdat er aanvankelijk voortdurend sprake was van varkensgriep, zijn veel mensen bang geworden voor het eten van varkenvlees. Deze angst is onterecht. Varkenvlees is volkomen veilig wat de nieuwe Mexicaanse griep betreft.

Hoe wordt griep behandeld?

Een klassieke seizoensgriep geneest meestal spontaan zonder specifieke geneesmiddelen, tenzij symptomatische medicijnen zoals een koortsremmer. Antibiotica hebben absoluut geen zin. Die zijn enkel werkzaam tegen bacteriële infecties, niet tegen virussen!

Er bestaan wel geneesmiddelen die je tijdens de allereerste stadia of zelfs voor je geïnfecteerd bent, kunt innemen om griep te voorkomen of de duur van de ongemakken te verkorten. Men noemt ze M2-inhibitoren en amantadine is hier een voorbeeld van. Een groot nadeel van dit product is dat de influenzavirussen er heel snel resistent tegen zijn.

De neuraminidase-inhibitoren vormen een nieuwere klasse van antigriepgeneesmiddelen. Hiertoe behoren oseltamivir (merknaam Tamilflu) en zanamivir (merknaam Relenza), producten die tijdens de vogelgriepcrisis regelmatig ter sprake kwamen. Beide producten blijken ook werkzaam te zijn tegen het nieuwe Mexicaanse griepvirus. De doeltreffendheid is het grootst wanneer het wordt toegediend binnen de 2 dagen na het begin van de klachten.

Meer info vindt u op www.influenza.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content