Breng structuur in uw voeding

Dé hoeksteen van een evenwichtig voedingspatroon? Gestructureerd eten. Moeilijk is dat niet: gewoon luisteren naar uw lichaam en uw eigen intuïtie vertrouwen...

Wie heeft er nog nooit om 11.00 uur ’s avonds een heel pak koekjes opgesmikkeld? Het toont aan dat gestructureerd eten niet altijd evident is. Soms hebben we nu eenmaal een razend drukke dag en helemaal geen zin om aan de slag te gaan met potten en pannen. Toch is structuur dé hoeksteen van een evenwichtig voedingspatroon. Op die manier kunnen we onder controle houden hoeveel en wat we precies eten. Een evenwicht vinden dus tussen kwantiteit en kwaliteit. En daar vaart onze gezondheid wel bij...

Aandacht hebben voor uw behoeften

“Het is heel belangrijk aandacht te hebben voor de behoeften van uw lichaam”, zegt diëtiste Laurence Dieu. “Daarmee bedoel ik niet alleen honger kunnen voelen maar ook verzadiging. Dus ook het moment waarop het lichaam geen voedsel meer nodig heeft. Veel mensen nemen niet meer de tijd om te luisteren naar hun lichaam of ze stoppen niet met eten wanneer ze verzadigd zijn.”

Wie oog heeft voor de signalen van zijn lichaam houdt de opname van voedsel – maaltijden én tussendoortjes – beter onder controle. “Tussendoortjes zijn niet verplicht, maar de regel luidt dat u bij elke maaltijd aan tafel moet komen met matige honger: niet te veel en niet te weinig.” Wie tussen twee maaltijden trek heeft, hoeft zich niet schuldig te voelen als hij toegeeft aan de verleiding om een tussendoortje te nemen. “Op voorwaarde dat u niet zoveel eet dat u bij de volgende maaltijd geen eetlust meer hebt.”

Luisteren naar ons lichaam is een permanente opdracht: we hebben niet elke dag evenveel honger en zijn niet elke dag even snel verzadigd... “Tot slot zijn er ook nog mensen die geen nuances van honger ervaren. Honger hebben betekent voor hen altijd een synoniem van uitgehongerd zijn! Ze storten zich dus meteen op de volgende maaltijd. Anderen verwarren dan weer honger en dorst. Dat zijn twee verschillende lichamelijke gewaarwordingen en toch slagen sommige mensen er niet in ze uit elkaar te houden.” Ze eten dan een hapje, terwijl ze in feite een groot glas water nodig hebben. “En dan zijn er nog de automatismen: iets eten omdat het nu eenmaal pauze is. Zonder zich af te vragen of je honger hebt, dan wel gewoon eet voor het plezier...”

De context bepaalt alles

Structuur brengen in onze voeding betekent ook aan tafel eten. En dat is niet voor iedereen vanzelfsprekend. “Wat wij de voedingscontext noemen is zeer belangrijk: u moet écht wel aan tafel zitten en heel bewust eten, d.w.z. zonder te denken aan het boodschappenlijstje dat u nog moet opstellen of aan het gesprek dat u straks moet voeren... Anders bestaat het risico dat u het gevoel van verzadiging negeert.”

Met een dienblad voor de televisie kruipen is geen goed idee. “Wie eet voor de computer, de televisie, in de bioscoop, in een luie zetel of tijdens het lezen van de krant, verliest de context uit het oog. Ook dan bestaat de kans dat je de verzadiging niet voelt en dus meer eet dan nodig. Dat kan op termijn leiden tot spijsverteringsproblemen en tot gewichtstoename.”

De gulden regel? Drie maaltijden nemen per dag en zorgen dat elke maaltijd zo’n 15 à 20 minuten duurt zodat je je lichaam de tijd geeft om zich verzadigd te voelen. “Maar soms zijn twee maaltijden genoeg: het is bijvoorbeeld perfect mogelijk dat u ’s morgens geen honger hebt als u de avond voordien uit eten bent geweest. Tenzij u suikerpatiënt bent, kunt u dan gerust wachten tot ’s middags. Ga gewoon na wat u voelt en vraag u af of u echt honger hebt.”

Wie nood heeft aan een tussendoortje kiest bij voorkeur voor fruit, zuivel en/of graanproducten. Want veel producten met een hoge calorische waarde – chips, chocola, koekjes en taart – eten we niet om ons te voeden maar puur voor het plezier...

Genieten mag best!

Fijnproevers en lekkerbekken hoeven niet in paniek te raken: eten zien als een bron van genot, is niet fout. “Het wordt alleen problematisch als eten de enige manier is om jezelf te plezieren”, zegt Laurence Dieu. “Vandaar dat het belangrijk is, je op een andere manier te leren ontspannen, met yoga, tai chi, mindfulness, sofrologie, noem maar op. Ik vraag mijn patiënten te denken aan iets dat ze thuis graag doen. Soms gaat het om heel eenvoudige dingen zoals het raam openen en driemaal diep ademhalen, een vriend opbellen en samen een wandeling maken, een boek lezen, een bad nemen... Er zijn zoveel manieren om te herbronnen.”

En als we dan toch zwichten voor die reep chocolade, dan moeten we er echt van genieten! “Als u zich een pleziertje gunt, doe het dan goed! Laat de chocolade smelten in uw mond en maak er een echt verwenmoment van. Maar prop zeker geen chocolade naar binnen terwijl u de tafel afruimt of achter uw computer zit...”

Een andere valstrik waarin we niet mogen trappen, is bepaalde levensmiddelen te demoniseren. “Wie zich schuldig voelt kan namelijk niet genieten en het is bewezen dat dit de voedselopname kan verstoren. Stel: er liggen twee pralines op tafel. Op de ene bent u dol, de andere hebt u minder graag. Als u eerst de praline opeet die u niet graag lust, is de kans groot dat u nadien ook de andere neemt. Maar als u begint met de praline waar u dol op bent, zal de andere blijven liggen. Genot speelt dus wel degelijk een rol bij verzadiging.”